Algemene NCTV-dreigingsniveaus en de concrete bedreigingen van Joodse instellingen

2020Z20366

(ingezonden 3 november 2020)

Vragen van het lid Buitenweg (GroenLinks) aan de minister van Justitie en Veiligheid over algemene NCTV-dreigingsniveaus en de concrete bedreigingen van Joodse instellingen

  1. Kent u het onderzoekDreigingsrapport 2020. Het dreigingsniveau van de Joodse gemeenschap in Nederland van de stichting Bij Leven en Welzijn, het Adviesorgaan ter bescherming van de Joodse gemeenschap in Nederland?
  2. Wat vindt u van de constatering dat de huidige dreiging van antisemitisme en bedreigingen van de Joodse gemeenschap in vergelijking met voorgaande jaren gelijk is gebleven? Hoe verhoudt dit zich tot de beslissing van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) om het dreigingsniveau in Nederland te verlagen van 4 naar 3? In hoeverre zegt het algemene Nederlandse dreigingsniveau iets over de mate van dreiging voor specifieke groepen, zoals de Joods Nederlandse gemeenschap? Wat is naar het oordeel van de NCTV het concrete dreigingsniveau voor de Joods Nederlandse gemeenschap?
  3. Is het voorgekomen dat op basis van de algemene NCTV-analyses beveiligingsmaatregelen zijn afgebouwd, zonder de concrete dreiging bij deze beslissingen te hebben betrokken?
  4. Deelt u de mening dat in de algemene dreigingsanalyses van de NCTV de concrete dreigingsniveaus voor specifieke groepen beter tot uitdrukking moeten worden gebracht? Zo nee, waarom niet? Deelt u voorts de mening dat, omgekeerd, specifieke beveiligingsbeslissingen niet in hoofdzaak op algemene NCTV-dreigingsanalyses kunnen worden genomen, maar op hun eigen merites moeten worden beoordeeld?

Indiener(s)