Antwoord op vragen van het lid Krol over het aanstellen van een directeur voor het stafbureau van het Nationaal Groeifonds

Geachte voorzitter,

Bijgaand treft u, mede namens de minister van Economische Zaken en Klimaat, de antwoorden aan op de vragen van het lid Krol over het aanstellen van een directeur voor het stafbureau van het Nationaal Groeifonds, ingezonden op 21 september 2020.

Hoogachtend,

de minister van Financiën,

W.B. Hoekstra

2020Z16760 (ingezonden 21 september 2020)

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht van 18 september 2020 op de website van de Algemene Bestuursdienst van de Rijksoverheid dat de heer drs. Wouter Raab, thans werkzaam op het ministerie van Financiën, is aangesteld als directeur voor ‘het stafbureau’ van het Nationaal Groeifonds?

Antwoord vraag 1

Ja.

Vraag 2

Klopt het dat de aanstelling van deze directeur te maken heeft met de Begrotingsstaat XIX, het Nationaal Groeifonds, voor het jaar 2021?

Antwoord vraag 2

Ja.

Vraag 3

Bent u ervan op de hoogte dat zowel de Tweede als de Eerste Kamer nog niet over deze begrotingen – met de status van wet – voor 2021 hebben ingestemd en dat de voorgestelde Begrotingsstaat Nationaal Groeifonds dus nog niet is vastgesteld of goedgekeurd?

Antwoord vraag 3

Ja.

Vraag 4

Deelt u de mening dat het bedrag dat gemoeid is met het door u voorgestelde Nationaal Groeifonds (20 miljard euro voor de eerste tranche) zeer fors is (ruim 2,5% van het bruto binnenlands product (bbp)), dat het een geheel nieuw onderdeel van de rijksbegroting is, en dat dus het voeren van een parlementair debat over nut en noodzaak van dit Nationaal Groeifonds wel het minste is voordat u met de voorbereiding en de uitvoering start? Zo ja, waarom begint u al? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Bent u van mening dat het Nationaal Groeifonds al in kannen en kruiken is, ondanks het feit dat de Tweede en Eerste Kamer de begroting nog niet hebben goedgekeurd?

Vraag 6

Bent u het ermee eens dat het minachting van de volksvertegenwoordiging is om niet te wachten op democratische goedkeuring van de begrotingsstaat, maar gewoon aan de slag te gaan zonder dat het parlement hierover heeft kunnen besluiten?

Antwoord vraag 4, 5 en 6

Het is aan de Kamer om al dan niet goedkeuring te geven aan de begroting van het Nationaal Groeifonds. Ik ben het met u eens dat behandeling van de begroting in beide Kamers in een parlementair debat – en goedkeuring van de begroting en daarmee van het fonds - noodzakelijk zijn voordat bedragen uit het groeifonds kunnen worden toegekend. Dat neemt niet weg dat het nodig is om de voorbereidende werkzaamheden te starten. Het kabinet heeft de ambitie om in 2021 al te beginnen met de investeringen. Dit past bij de grote uitdagingen ten aanzien van het verdienvermogen. Om deze investeringen mogelijk te maken zijn de voorbereidende werkzaamheden gestart.

Vraag 7

Waarom heeft u zo’n haast met het benoemen van een directeur voor een nog niet ingesteld en goedgekeurd Nationaal Groeifonds, terwijl u na meer dan twee maanden na goedkeuring in het parlement nog niet eens de toezichthouder (“state agent”) voor KLM heeft benoemd? Waarom heeft het Nationaal Groeifonds voor u zoveel meer prioriteit dan het organiseren van effectief toezicht op de miljarden belastinggeld die zijn geleend aan KLM?

Antwoord vraag 7

Om een snelle start te maken met het Nationaal Groeifonds, nadat de Kamer daar zijn goedkeuring aan heeft gegeven, is een goede ondersteuning van de onafhankelijke beoordelingscommissie die voorstellen moet gaan beoordelen een randvoorwaarde. Op 23 september heb ik uw Kamer geïnformeerd over de benoeming van een “state agent” voor KLM.

Vraag 8

Is er een vacature opengesteld voor de functie van directeur voor ‘het stafbureau’ Nationaal Groeifonds en is er een selectieprocedure gevolgd? Met hoeveel kandidaten zijn gesprekken gevoerd? Is er een functieprofiel? Zo ja, kunt u dit bij de beantwoording van deze vragen aan de Kamer toesturen?

Antwoord vraag 8

Er is vooraf een profiel opgesteld (bijgevoegd). Om snel te kunnen starten met de voorbereidende werkzaamheden is er voor gekozen om met een ervaren - en eerder via een ABD-procedure benoemde directeur – het gesprek te voeren om de werkzaamheden op zich te nemen.

Vraag 9

Klopt het dat de heer Raab als directeur Staatsdeelnemingen op het ministerie van Financiën betrokken was bij onder andere de zeer kostbare reddingsoperatie van ABN AMRO in 2008, die de belastingbetaler vele miljarden verlies heeft opgeleverd, die hoogstwaarschijnlijk nooit meer goedgemaakt zullen worden en waarover de Parlementaire Enquêtecommissie Financieel Stelsel oordeelde dat er grote fouten waren gemaakt?

Vraag 10

Klopt het eveneens dat de heer Raab in die hoedanigheid betrokken was bij de overname van de Duitse hoogspanningsnetten van het energiebedrijf RWE door TenneT in 2009/2010, die de Nederlandse staat vele tientallen miljarden aan Duitse investeringsverplichtingen opleverde?

Vraag 11

Wat maakt, in het licht van de resultaten van de miljarden kostende investeringen die onder toezicht van de heer Raab zijn verricht, deze kandidaat geschikt om een fonds van 20 miljard euro te gaan beheren?

 

Antwoord vraag 9, 10 en 11

Over deze dossiers is reeds veelvuldig met uw Kamer gesproken. Ik ga niet in op de bijdragen van individuele ambtenaren aan beleid. Voor alle beleid geldt op grond van de ministeriële verantwoordelijkheid dat u mij daar op kan aanspreken en niet ambtenaren. Ik heb er alle vertrouwen in dat met deze benoeming het Nationaal Groeifonds een uitstekende directeur van het stafbureau heeft.

Vraag 12

Bent u bekend met het artikel ‘Opstand der Commissarissen’ in NRC Handelsblad van 12 september 2015, waarin commissarissen citeren dat de heer Raab het als zijn belangrijkste taak ziet “de minister uit de wind te houden” en dat dit veel bevreemding wekt? Is het ‘uit de wind houden van de minister’ een kerncompetentie voor de directeur van het Nationaal Groeifonds? Zo ja, waarom?

Antwoord vraag 12

Ik ben met dat artikel bekend. De projectdirecteur Nationaal Groeifonds werkt ten behoeve van de onafhankelijke beoordelingscommissie.

Vraag 13

Hoe hoog is de beloning van de heer Raab? Valt de beloning van de heer Raab onder de Wet Normering Topinkomens?

Antwoord vraag 13

De beloning is conform het functiegebouw Rijk. De beloning valt daarmee onder de Wet Normering Topinkomens.

Vraag 14

Klopt het dat de directeur start op 1 oktober 2020? Gaat hij alleen aan het werk of zijn er al meer personeelsleden aangesteld voor ‘het stafbureau’? Zo ja, hoeveel en per wanneer beginnen zij? Wat zijn de kosten daarvan en waar worden deze kosten gealloceerd?

Antwoord vraag 14

De directeur start op 1 oktober 2020. Voor de stafdirectie zullen naar verwachting op korte termijn meer personeelsleden geworven worden. De precieze omvang van de directie staat op dit moment nog niet vast. Bij 2e suppletoire begroting 2020 zullen de hiermee samenhangende kosten voor 2020 worden geraamd op de EZK-begroting.

Vraag 15

Klopt het dat directeur Raab betaald gaat worden uit de apparaatskosten zoals voorgesteld in de begrotingsstaat van het nog niet goedgekeurde Nationaal Groeifonds?

Antwoord vraag 15

Na goedkeuring van de begroting van het Nationaal Groeifonds zullen met ingang van 2021 de kosten van de stafdirectie inclusief de directeur ten laste komen van het apparaatsbudget van het Nationaal Groeifonds.

 

Vraag 16

Welke kosten zijn er tot nu toe gemaakt voor het nog niet door het parlement goedgekeurde Nationaal Groeifonds? Zo ja, kunt u deze specificeren? Zijn er al verplichtingen aangegaan voor het Nationaal Groeifonds? Zo ja, welke? Ten laste van welke begrotingspost en welk budget?

Antwoord vraag 16

Tot op heden is de ambtelijke inzet voor het Nationaal Groeifonds binnen de bestaande formatie bij de desbetreffende departementen opgevangen. Er zijn geen verplichtingen aangegaan voor het Nationaal Groeifonds aangezien de begroting van het Nationaal Groeifonds voor 2021 nog niet is goedgekeurd.

Vraag 17

Kunt u met onmiddellijke ingang de voorbereidingen om een stafbureau voor het Nationaal Groeifonds op te tuigen, stoppen en de aanstelling van de directeur en andere werknemers terugdraaien?

Antwoord vraag 17

Gezien de wens van dit kabinet om een snelle start te maken met het Nationaal Groeifonds, nadat de Kamer daar zijn goedkeuring aan heeft gegeven, lijkt mij dat niet verstandig en ben ik dat niet voornemens.

Vraag 18

Kunt u deze vragen beantwoorden voorafgaand aan de Algemene Financiële Beschouwingen in de Tweede Kamer?

Antwoord vraag 18

Ja.

 

Profielschets Directeur Staf

  • Heeft aantoonbaar kennis van projecten, financieel-economisch beleid en risicomanagement.
  • Heeft ruime leidinggevende ervaring als manager van organisaties, organisatieonderdelen en/of projecten en is daarin aantoonbaar succesvol.
  • Heeft (inter)nationale ervaring bij (bij voorkeur verschillende) departementen of daarbuiten op het gebied van beleid, uitvoering, toezicht en/of bedrijfsvoering.
  • Heeft een netwerk van relevante stakeholders, zowel binnen de rijksoverheid bij beleid en uitvoering als daarbuiten.
  • Beschikt over substantiële bestuurlijke sensitiviteit en strategisch inzicht.
  • Is in staat om een nieuwe organisatie op te zetten, richting te geven en te leiden.
  • Maakt, ondanks de druk van binnen en/of buiten, de adequate afwegingen en stelt de juiste prioriteiten ten behoeve van het bereiken van een optimaal resultaat.
  • Analyseert, weegt en beoordeelt complexe, soms tegenstrijdige, informatie.
  • Is stressbestendig en weet effectief, eenduidig, zuiver (ten dienste van het algemeen belang) te blijven presteren onder druk, bij crisissituaties, tegenspel, tegenslag of teleurstelling.
  • Werkt vanuit een gedragen visie integer, transparant, navolgbaar, inspirerend en bewust in dienst van het algemeen belang, de maatschappelijke opgave en de eigen organisatie (w.o. interne bedrijfsvoering) en laat dat in het dagelijks handelen zien.
  • Creëert en stimuleert een reflectief, veilig en positief lerend team.

Indiener(s)