De berichten: ‘Flu virus with 'pandemic potential' found in China’ en ‘Zorgen in China over nieuwe griep, die mogelijk kan uitgroeien tot pandemie’

Geachte Voorzitter,

Hierbij zend ik uw Kamer, mede namens de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, de antwoorden op de vragen van de Kamerleden De Groot (D66) en Diertens (D66) over de berichten: ‘Flu virus with 'pandemic potential' found in China’ en ‘Zorgen in China over nieuwe griep, die mogelijk kan uitgroeien tot pandemie’ (2020Z12925).

Hoogachtend,

de minister voor Medische Zorg

en Sport,

  1. van Ark

Antwoorden op Kamervragen van de Kamerleden De Groot (D66) en Diertens (D66) over de berichten: ‘Flu virus with 'pandemic potential' found in China’ en ‘Zorgen in China over nieuwe griep, die mogelijk kan uitgroeien tot pandemie’ (2020Z12925).

Vraag 1

Bent u bekend met de berichten ‘Flu virus with 'pandemic potential' found in China’ 1) en ‘Zorgen in China over nieuwe griep, die mogelijk kan uitgroeien tot pandemie’? 2)

Antwoord op vraag 1

Ja, deze berichten zijn mij bekend.

Vraag 2

Bent u bekend met het G4 EA H1N1-virus, welke volgens wetenschappers de potentie heeft om een pandemie te worden en welke verspreid kan worden van varkens naar mensen?

Antwoord op vraag 2

Ik ben bekend met het artikel waarin de onderzoekers hun bevindingen over dit virus beschrijven.

Vraag 3

Hoe beoordeelt u het feit dat in de afgelopen jaren diverse Chinese varkensboeren en medewerkers van slachthuizen besmet zijn geraakt met deze nieuwe griepvariant, en deze nu in zeker tien Chinese provincies heerst?

Antwoord op vraag 3

Zo lang mens en dier nauw samenleven zal er altijd een risico bestaan dat er ziekteverwekkers overgaan van dier naar mens. Het is aan ons om ervoor te zorgen dat risico’s die daarbij horen zo klein mogelijk zijn.

Van influenzavirussen is bekend dat zij kunnen recombineren. Over het onderwerp ‘reassortant influenza typen bij varkens’ heb ik op 4 juni 2020 uw Kamer geïnformeerd in de beantwoording op vragen van de leden Ouwehand, Wassenberg en Van Esch (allen PvdD) over een alomvattend aanvalsplan om het risico op toekomstige overspringende zoönotische infectieziekten drastisch te verkleinen (Kamerstuk: nr. 2020D21953).

Vraag 4

Wat heeft u geleerd van de coronacrisis, in het geval nieuwe potentiële pandemieën zoals deze opduiken?

Antwoord op vraag 4

De lessen die geleerd zijn uit de huidige epidemie zijn ook bruikbaar voor andere infectieziekten. Ik heb uw Kamer over het proces t.a.v. COVID-19: ‘lessons learned’ geïnformeerd in mijn brief van 15 juni 2020 (Kamerstuk: nr. 25295-422) en in de brief over COVID-19: Deskundigen traject Lessons Learned van 21 juli jl. (Kamerstuk: nr. 25295-463). Naar aanleiding van de gewijzigde motie van het lid Ouwehand over een ambitieus plan van aanpak om het risico op het ontstaan van zoönosen te verkleinen (Kamerstuk: nr. 25295-452) kom ik hier zoals toegezegd in het debat van 25 juni jl. uiterlijk eind dit jaar op terug.

Vraag 5

Hoe anticipeert de zoönosenstructuur op nieuwe virussen zoals deze?

Antwoord op vraag 5

In 2011 is in Nederland de zogenaamde zoönosestructuur ingericht (https://www.onehealth.nl/over-one-health/zoonosenstructuur). Binnen de zoönosenstructuur vindt samenwerking en afstemming plaats tussen organisaties die zich bezig houden met infectieziekten bij dieren (wild, landbouwhuisdieren en gezelschapsdieren) en organisaties die zich bezig houden met infectieziekten bij mensen. Elke maand komen de deelnemers samen in het signaleringsoverleg zoönosen. Zij delen en beoordelen nieuwe signalen over infectieziekten die van dier op mens over kunnen gaan. Deze signalen kunnen afkomstig zijn uit de regio, vanuit het hele land of uit het buitenland. Afhankelijk van het signaal kan het nodig zijn om binnen de structuur op te schalen. In alle overleggen nemen zowel mensen uit het humane als het veterinaire domein deel.

Daarnaast werken de overheid, sectoren en veterinaire zorg in Nederland goed samen om dierziekten te voorkomen, snel te ontdekken, te beheersen of te bestrijden. Er is daarvoor een goed monitoringssysteem ingericht (de zogenaamde basismonitoring) om dierziekten in de veehouderij, waaronder zoönosen, snel te ontdekken. Zo kunnen indien nodig snel de benodigde bestrijdingsmaatregelen genomen worden. Dit doen we onder andere om te voorkomen dat dierziekten verspreiden naar andere dieren of naar mensen als dat een mogelijkheid is.

Vraag 6

Welke overeenkomsten en verschillen zijn er met het SARS-COV-2?

Antwoord op vraag 6

De overeenkomst is dat het beide virussen zijn die luchtwegproblemen veroorzaken. Beide bestaan uit een enkelstrengs RNA. Daarmee bevatten beide virussen de eigenschap dat ze snel en eenvoudig van eigenschappen kunnen veranderen. De verschillen zijn daarentegen echter groot. Het SARS-CoV-2 virus komt uit de familie ‘Coronavirussen’, waar SARS en MERS voorbeelden van zijn. Het gevonden influenzavirus is een influenza A-virusstam. Er is uitgebreid onderzoek gedaan naar influenza-A virussen. Humane H1N1 en H3N2 influenza A-virussen staan erom bekend jaarlijks terug te komen als veroorzakers van de seizoensgriep, naast humane influenza-B virussen. Daar wordt ieder jaar tegen gevaccineerd. Het overgrote deel van de influenza-A virussen uit varkens leidt niet tot infecties in mensen.

Vraag 7

Heeft dit virus de potentie om te zorgen voor een epidemie in Nederland of zelfs een pandemie?

Antwoord op vraag 7

Uit infectieproeven die de onderzoekers hebben uitgevoerd blijkt dat de door hen gevonden stam infectieus is voor fretten. Fretten worden veelvuldig gebruikt als modeldier voor mensen. Daarbij tonen ze ook aan dat er transmissie van het virus tussen fretten plaats kan vinden via direct contact maar ook via druppels.

Transmissie tussen mensen is door de onderzoekers voor dit virus niet waargenomen. De kans op een epidemie of pandemie wordt pas groot zodra het virus efficiënt van mens op mens overgaat. Dat is in de afgelopen zeven jaar dat het virus in China rond gaat, voor zover bekend, nog niet gebeurd.

Vraag 8

Welke voorbereidingen worden getroffen om verdere verspreiding te voorkomen?

Antwoord op vraag 8

Zie hiervoor ook alle maatregelen die nu al zijn getroffen in mijn antwoord op vraag 5. Verder geeft de informatie over deze virusstam geen aanleiding om verdere maatregelen te nemen. Het blijft van belang om de standaard hygiëneprotocollen en -procedures te volgen, en die moeten afdoende zijn om veehouders en medewerkers van slachthuizen te beschermen.

Vraag 9

Is er een mogelijkheid om via griepvaccinaties ons alvast voor te bereiden op verspreiding van dit G4 EA H1N1-virus?

Antwoord op vraag 9

Het huidige vaccin werkt niet goed tegen dit specifieke virus. Tweemaal per jaar wordt tijdens de WHO-samenstellingsbijeenkomsten van het griepvaccin alle informatie over de virussen beoordeeld en wordt de behoefte aan nieuwe kandidaat-vaccinvirussen besproken. De WHO betrekt de nieuwe informatie over dit virus daarbij om te bepalen of een vaccin noodzakelijk is.

1) BBC News, 30 juni 2020, 'Flu virus with 'pandemic potential' found in China' (https://www.bbc.com/news/health-53218704?fbclid=IwAR3Ssr8KwDupH6z1FIN7bxA_UppoYhv6EUnVaggcV8TXCcqO2jQwMNg9K48).

2) Volkskrant, 30 juni 2020, 'Zorgen in China over nieuwe griep, die mogelijk kan uitgroeien tot pandemie' (https://www.volkskrant.nl/wetenschap/zorgen-in-china-over-nieuwe-griep-die-mogelijk-kan-uitgroeien-tot-pandemie~bf71aeba/?utm_source=link&utm_medium=app&utm_campaign=shared%20content&utm_content=free).

Indiener(s)


Stef  Blok