Hierbij bied ik, mede namens de minister van Defensie, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Karabulut (SP) over een zoekgeraakte wapenleverantie in Libië in 2017. Deze vragen werden ingezonden op 21 juli 2020 met kenmerk 2020Z14211.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Stef Bok
[Ondertekenaar 3] |
[Ondertekenaar 4] |
Antwoorden van de Minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de Minister van Defensie, op vragen van het lid Karabulut (SP) over een zoekgeraakte wapenleverantie in Libië in 2017
Vraag 1
Bent u bereid een feitenrelaas te geven over de gebeurtenissen die zich afspeelden in september 2017 in Tripoli in Libië, waar een voorraad wapens en communicatieapparatuur ten behoeve van de beveiliging van de Nederlandse ambassade in Tripoli door onbekenden is meegenomen? 1) Zo nee, waarom niet?
Antwoord
De ministers van Buitenlandse Zaken en Defensie hebben de Vaste Kamercommissies voor Buitenlandse Zaken en Defensie destijds meermaals vertrouwelijk geïnformeerd (Kamerstuk 34775-V-40 d.d. 14 dec 2017, Kamerstuk 34775-V-80 d.d. 25 mei 2018, Kamerstuk 35000-V-6 d.d. 5 okt 2018).
Vraag 2
Klopt het dat de Kamer hier niet over is geïnformeerd? Zo ja, vindt u dat de Kamer niet geïnformeerd hoeft te worden over dergelijke gebeurtenissen?
Antwoord
De Vaste Kamercommissies voor Buitenlandse Zaken en Defensie zijn meermaals vertrouwelijk geïnformeerd, zowel over de vermissing van het materiaal als over het terugkrijgen van een groot deel van het materiaal (Kamerstuk 34775-V-40 d.d. 14 dec 2017, Kamerstuk 34775-V-80 d.d. 25 mei 2018, Kamerstuk 35000-V-6 d.d. 5 okt 2018).
Vraag 3
Bent u bereid aan te geven welke wapens, in eenheden en soorten, met de hoeveelheid bijbehorende munitie, vermist zijn geraakt? Zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Bent u bereid aan te geven welke communicatieapparatuur vermist is geraakt? Zo nee, waarom niet?
Vraag 5
Kunt u aangeven welke overige goederen in de container werden vervoerd die voor de ambassade waren bestemd?
Antwoord vraag 3 t/m 5
Over de aard van de goederen doen we uit veiligheidsoverwegingen geen mededelingen. De Vaste Kamercommissies voor Buitenlandse Zaken en Defensie zijn hierover destijds vertrouwelijk geïnformeerd (Kamerstuk 34775-V-40 d.d. 14 dec 2017, Kamerstuk 34775-V-80 d.d. 25 mei 2018, Kamerstuk 35000-V-6 d.d. 5 okt 2018).
Vraag 6
Kunt u aangeven welke militie de goederen in beslag heeft genomen? Bestaat deze militie nog en zijn daar contacten mee?
Antwoord
We hebben niet met zekerheid kunnen vaststellen wie de goederen in beslag heeft genomen. Uit veiligheidsoverwegingen doen we hierover geen verdere mededelingen.
Vraag 7
Kunt u aangeven op welke wijze er indirecte invloed is geweest voor de veiligheid, nu u tegenover het Algemeen Dagblad heeft verklaard dat er ‘geen directe invloed’ op de veiligheid is geweest?
Antwoord
Veiligheid van onze ambassades heeft de hoogste prioriteit en de veiligheidssituatie wordt constant gemonitord. De veiligheidssituatie van de Nederlandse diplomatieke aanwezigheid en de aanwezige medewerkers in Tripoli is niet direct of indirect in het geding geweest door vermissing van de goederen.
Vraag 8
Deelt u de analyse van het Algemeen Dagblad dat de officiële regering in Libië volledig afhankelijk is van plaatselijk milities? Bent u van mening dat dat ook nog in 2020 geldt?
Antwoord
Zowel de officiële internationaal erkende regering in Tripoli als het Libyan National Army (LNA) leunen sterk op gewapende lokale milities in het gewapend conflict. Beide partijen kunnen daarbij rekenen op buitenlandse steun waardoor het risico op regionale escalatie toeneemt. Als lid van de Internationale Follow Up Conference voor Libië (IFCL) zet Nederland zich in voor de-escalatie en een einde aan buitenlandse militaire inmenging.
Vraag 9
Wat is uw opvatting over het nut en de functie van het werk van de Nederlandse ambassade in Libië sinds de heropening in september 2017? Kunt u dat toelichten?
Antwoord
Stabiliteit in Libië is van direct belang voor de Europese en Nederlandse veiligheid. Het werk van de Nederlandse ambassade draagt hieraan bij middels het tegengaan van gewelddadig extremisme, illegale migratie en smokkelactiviteiten. Diplomatieke vertegenwoordiging van Nederland in Libië geeft de mogelijkheid de situatie te monitoren, relaties met de Libische overheid en internationale partners te onderhouden, en een actieve rol te vervullen in het huidige proces richting een politieke oplossing. Een concreet voorbeeld hiervan is de toetreding van Nederland tot het Berlijn proces als covoorzitter van de International Humanitarian Law and Human Rights (IHL/HR) werkgroep.