Antwoord op vragen van het lid Van der Lee over een brand bij de RWE centrale in de Eemshaven

Geachte Voorzitter,

Op 18 mei jl. heeft het lid Van der Lee (GroenLinks) vragen gesteld over een brand bij de RWE centrale in de Eemshaven (kenmerk 2020Z08878). Hierbij treft u de antwoorden op deze vragen.

Eric Wiebes

Minister van Economische Zaken en Klimaat

 

2020Z08878

1

Is het u bekend dat er op zaterdag een grote brand is uitgebroken bij de RWE centrale in de Eemshaven?

Antwoord

Ja.

2

Is het juist dat de brand woedde in de aanvoerinstallatie van houtsnippers en dus in het gedeelte van de centrale waarin biomassa wordt verwerkt?

3

Kunt u al meer informatie delen over de oorzaak van de brand die zou zijn ontstaan bij het lossen van houtsnippers? Zo nee, waarom niet?

4

Had deze brand niet voorkomen moeten worden door veiligheidsvoorzieningen in de los- of transportinstallatie en/of door het veiligheidsbeleid voor de hele centrale?

5

Bent u bereid om de eigenaar van de centrale, de brandweer en andere deskundigen te laten onderzoeken hoe herhaling kan worden voorkomen?

Antwoord 2 tot en met 5

De eigenaar doet onderzoek naar de aanleiding van deze brand, die woedde in de logistieke aanvoerinstallatie op de kade en niet in het gedeelte van de centrale waar de biomassa wordt verwerkt. Het onderzoek gebeurt deels door een externe partij en het is er op gericht om herhaling te voorkomen. De eigenaar heeft het bevoegd gezag, de provincie Groningen, over de onderzoeksopzet geïnformeerd.

6

Wordt er naast de oorzaak van de brand ook onderzocht of er sprake is van het tekortschieten van veiligheidsvoorzieningen en/of beleid en of er onverantwoorde risico’s worden genomen tijdens de bij- en meestook van biomassa in deze kolencentrale? Zo ja, bent u bereid de Kamer hierover te informeren en indien nodig en mogelijk additionele stappen te zetten zodat dit type gevaarlijke situaties zo veel als mogelijk voorkomen wordt?

Antwoord

Voor zover mij bekend omvat het onderzoek alle aspecten. Op basis van de conclusies van het onderzoek en eventuele aanbevelingen is het aan het bevoegd gezag om te beoordelen of er aanleiding is om aanpassingen te doen, binnen de geldende wet- en regelgeving.

Indiener(s)