2019Z20671
Vragen van het lid Nijboer (PvdA) aan de minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties over gedupeerde huizenkopers in Brielle (ingezonden 30
oktober 2019)
-
Hoe kunnen huizenkopers er zeker van zijn dat de afbouwgarantie
betrouwbaar is?
-
Op welke wijze kunnen huizenkopers alsnog hun recht halen indien een
onbetrouwbare waarborginstelling weigert de afspraken na te komen? Hoe
haalbaar zijn dergelijke procedures en welke kosten zijn daaraan
verbonden?
-
Vindt u dat huizenkopers voldoende informatiepositie hebben om in te
kunnen schatten of de waarborggarantie betrouwbaar is? Kunt u uw
antwoord toelichten?
-
Wat zijn de redenen geweest om nationale garantiefondsen te organiseren
en verplicht te stellen voor reisorganisaties? Kunt u daarbij specifiek
ingaan op de informatie- en onderhandelingspositie van de consument, en
de grote persoonlijke gevolgen van een faillissement?
-
Bent u bereid in gesprek te treden met de bouwsector om een nationaal
bouwgarantiefonds op te richten en aansluiting daarbij verplicht te
stellen, nu blijkt dat huizenkopers onvoldoende beschermd zijn zelfs
als zij zich ervan verzekeren dat hun aannemer is aangesloten bij een
garantiefonds?