2019Z07796
Vragen van de leden Raemakers, Van Eijs en Van Weyenberg (allen D66) aan de
ministers voor Medische Zorg, van Financiën en van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid over het bericht ‘800.000 Nederlanders kregen kanker, na
‘genezing’ houden zij problemen’(ingezonden 16 april 2019)
-
Bent u bekend met het bericht ‘800.000 Nederlanders kregen kanker, na
‘genezing’ houden zij problemen’? 1)
-
Deelt u de mening dat het van het grootste belang is dat voldoende
kennis over de gevolgen van kanker en de behandeling daarvan
beschikbaar is? In hoeverre deelt u de aanbevelingen van het Integraal
Kankercentrum Nederland over de noodzaak tot extra onderzoek hiernaar?
2)
-
In hoeverre herkent u de signalen uit het rapport die stellen dat
patiënten vaak geen advies krijgen over aanpassingen van hun
levensstijl na hun behandeling? Welke acties kan het kabinet ondernemen
om dergelijke advisering te stimuleren?
-
Deelt u de mening dat het onacceptabel is wanneer -onder meer door
onbekendheid en problemen met de vindbaarheid en vergoedingen van
ondersteunende zorg- minder dan 30% van de patiënten dergelijke zorg
ontvangt?
-
Deelt u de mening dat voor mensen met een informatiebehoefte over
ondersteunende zorg, deze tijdig en op maat beschikbaar moet zijn zoals
aangegeven in het rapport?
-
Hoe kijkt u naar de aanbeveling om de nazorg, die nu vaak plaatsvindt
door de medisch specialist, beter te verdelen tussen de medisch
specialist, verpleegkundig specialist en de huisarts? Zijn er factoren
in het systeem die deze verdeling lastig maken? Kunnen hier drempels
worden weggenomen om een betere verdeling te bevorderen?
-
Hoe apprecieert u het advies uit het rapport om voor ondersteunende
zorg met een nationale aanpak te komen? Welke bijdrage kan het kabinet
hiervoor leveren?
-
Hoe kijkt u naar de samenhang tussen de klachten die zich pas op lange
termijn openbaren, zoals ernstige vermoeidheid, en de huidige
vormgeving van onze sociale zekerheid? Is onze huidige vormgeving van
sociale zekerheid voldoende toegerust op een steeds grotere groep
mensen die pas laat nawerkingen ervaren?
-
Hoe kijkt u bijvoorbeeld naar de uitkomsten dat mensen die geen vast
contract hebben en daardoor in de ziektewet terecht komen, veel meer
moeite hebben om terug te keren op de arbeidsmarkt? 3)
-
Wanneer worden de uitkomsten verwacht van de evaluatie van de pilot
‘eerdere inzet van de no-riskpolis in de ziektewet’? Is de
geldigheidsduur van vijf jaar voor een no-riskpolis voldoende gezien
het feit dat tien jaar na de diagnose één op de vijf mensen nog steeds
ernstig vermoeid is?
-
Zou het wenselijk kunnen zijn, gezien het feit dat juist bij
ex-kankerpatiënten bepaalde klachten zich pas na lange tijd kunnen
openbaren, om toch specifiek voor ex-kankerpatiënten en mogelijk voor
chronisch zieken een aparte no-riskpolis te ontwikkelen?
-
Op welke manier wordt op dit moment aandacht besteed aan ‘werk’ in de
spreekkamer? Wat is de stand van zaken rond de aanbeveling van de SER
dat de factor arbeid meer in de reguliere zorg geïntegreerd zou moeten
worden? 4)
-
Deelt u de analyse dat de aanpak van het Radboud Medisch Centrum
waarbij klinisch arbeidsgeneeskundigen betrokken worden bij
behandelingen, goed werkt en dat de ervaringen daar, zeker bij AYA’s
(Adoloscents and Young Adults) door het combineren van
arbeidsdeskundige en geneeskundige zorg tot goede uitkomsten leidt? 5)
-
Op welke manieren zou de samenwerking tussen de reguliere zorg en de
bedrijfsgezondheidszorg verder kunnen worden verbeterd? Hoe kijkt u
naar de aanbevelingen uit het nadere actieplan ‘Kanker en werk’ om te
onderzoeken of de klinische arbeidsgeneeskunde onderdeel kan worden van
de DBC-systematiek of om de behandeling van aanpassingsstoornissen weer
op te nemen in het basispakket? 6)
-
Deelt u de mening dat deze patiënten een eerlijke kans moeten hebben op
het kopen van een woning? Bent u het er mee eens dat het onacceptabel
is wanneer bijna de helft van de patiënten onder de 35 jaar problemen
ervaart met het aanvragen van een hypotheek? Wat kan het kabinet doen
om de positie van deze patiënten voor het verkrijgen van een hypotheek
te verbeteren? Zijn er mogelijkheden om eventueel via de maatwerktafel
toegang tot hypotheken voor deze groep te bevorderen?
-
Kan het voorbeeld uit het rapport, waarbij de verzekerbaarheid van
vrouwen die borstkanker hebben gehad is verbeterd nu gebruik wordt
gemaakt van een nieuw model, ook bij meer kankerdiagnoses worden
toegepast? Hoe kan de overheid het gebruik van recente data door
verzekeraars en financiële instellingen verder bevorderen? Hoe gebeurt
dat in andere landen?
-
Hoe kijkt u aan tegen wetgeving zoals in Frankrijk en België, die
(ex-)kankerpatiënten na verloop van tijd het recht geeft hun
kankerdiagnose niet te hoeven opgeven bij een financiële instelling? Is
er al informatie beschikbaar over hoe dit recht werkt in de praktijk?
7)
-
Kunt u deze vragen binnen drie weken beantwoorden?
1)
https://www.ad.nl/gezond/800-000-nederlanders-kregen-kanker-na-genezing-houden-zij-problemen~a94b455b/
2)
https://www.iknl.nl/docs/default-source/shop-downloads/kib-2019.pdf?sfvrsn=3
3)
https://www2.deloitte.com/nl/nl/pages/data-analytics/articles/sots-onderzoek-naar-ontwikkelingen-op-arbeidsmarkt-na-kankerdiagnose.html
4)
https://www.rijksoverheid.nl/binaries/rijksoverheid/documenten/kamerstukken/2016/04/08/kamerbrief-kanker-werk/kamerbrief-kanker-werk.pdf
5)
https://www.radboudumc.nl/expertisecentra/late-effecten-na-kanker/over-het-expertisecentrum
6)
https://d66.nl/content/uploads/sites/2/2015/10/Kanker-en-werk-_-nader-actieplan.pdf
7)
https://www.ecco-org.eu/Global/News/Latest-News/2019/04/NEWS-ECCO-celebrates-Belgium-s-achievement-of-Survivorship-resolution