Geachte voorzitter,
Op 19 juli 2019 ontving ik vragen van het lid De Pater-Postma (CDA) over de
toename van agressie tegen weginspecteurs. Hierbij ontvangt u de beantwoording
van deze vragen.
Vraag 1
Kent u het bericht Werkplek weginspecteurs Rijkswaterstaat levensgevaarlijk?[1]
Antwoord 1
Ja, dat bericht ken ik.
Vraag 2
Wat is uw reactie op dit bericht?
Antwoord 2
Ook ik zie dat de werkomstandigheden van de weginspecteurs steeds gevaarlijker
worden. De weginspecteurs zijn er om te zorgen dat iedereen zo veilig en vlot
mogelijk van A naar B kan rijden. Het is dus in ieders voordeel dat deze mensen
hun werk goed uit kunnen oefenen. De weginspecteurs staan daar in weer en wind
in gevaarlijke situaties langs de weg. Als ik ergens ontzettend boos van word, is
het wel agressief gedrag tegen hulpverleners, zoals de weginspecteurs.
Vraag 3
Hoe kijkt u aan tegen het feit dat de directeur-generaal van Rijkswaterstaat
aangeeft nooit de publiciteit te zoeken, maar nu een uitzondering maakt omdat
gemerkt wordt dat agressief gedrag tegen weginspecteurs toeneemt?
Antwoord 3
Dat de directeur-generaal een uitzondering maakt, geeft aan dat agressie tegen
hulpverleners een ernstige zaak is. Agressiviteit richting medewerkers van
Rijkswaterstaat, niet alleen de weginspecteurs maar ook de handhavers op het water, neemt steeds meer toe. De directeur-generaal is en voelt zich als
werkgever verantwoordelijk voor een veilige werkomgeving voor al haar mensen,
dus ook de weginspecteurs.
Vraag 4
Deelt u de mening dat naast fysiek geweld ook agressief gedrag als ‘een vinger
opsteken’, spugen of schelden naar mensen die op of naast de weg aan het werk
zijn absoluut onacceptabel is?
Antwoord 4
Die mening deel ik. Ook dergelijk gedrag is volkomen onacceptabel.
Vraag 5
Deelt u de mening dat de mensen die voor ons werken aan de weg, de
weginspecteurs, de bergers en de wegenwacht bescherming verdienen tegen dit
soort wangedrag?
Antwoord 5
Ik ben het hier van harte mee eens. Iedereen die bij het uitoefenen van zijn of
haar functie agressief bejegend wordt, verdient bescherming.
Vraag 6
Kunt u aangeven waar de toename van dergelijk wangedrag vandaan komt? Deelt
u het gevoel van urgentie om grenzen te stellen en waar mogelijk eerder in te
grijpen en de pakkans te verhogen?
Antwoord 6
In zijn algemeenheid zien we dat de maatschappij verhardt en dat het persoonlijk
belang prevaleert boven het algemeen belang. In veel sectoren neemt de
agressiviteit richting publieke hulpverleners en handhavers toe. Om hier aandacht
voor te vragen en mensen bewust te maken van de effecten van hun gedrag, is de
rijksoverheid de campagne #doeslief gestart. Het gevoel van urgentie om
agressief gedrag richting hulpverleners aan te pakken deel ik. De minister van
Justitie en Veiligheid is ook bezig om dit aan te pakken.
Vraag 7
Bent u bereid om op korte termijn in gesprek te gaan met de minister van Justitie
en Veiligheid om te kijken welke maatregelen hiertegen genomen kunnen worden?
Antwoord 7
Mijn ambtsgenoot van Justitie en Veiligheid is druk bezig om maatregelen hiertegen te nemen. Zo is in 2018 de celstraf voor agressief gedrag tegen hulpverleners verhoogd van 1 naar 3 maanden en wordt
op dit moment gewerkt aan een wet die moet voorkomen dat mensen die geweld
plegen tegen hulpverleners wegkomen met een taakstraf.
Rijkswaterstaat heeft ook regelmatig contact met de politie en het OM over dit
onderwerp. Een van de maatregelen die hiermee in gang zijn gezet is het versneld
en vereenvoudigd aangifte kunnen doen van agressief gedrag. Een andere
maatregel die uit deze gesprekken is voortgekomen, is het gebruik van de
noodknop door weginspecteurs.
Hoogachtend,
DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT,
drs. C. van Nieuwenhuizen Wijbenga