Geachte voorzitter,
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Ploumen (PvdA) over de vergoeding van kunstmatige inseminatie (2019Z02470).
Hoogachtend,
de minister voor Medische Zorg
en Sport,
Bruno Bruins
Antwoorden op Kamervragen van het Kamerlid Ploumen (PvdA) over de vergoeding van kunstmatige inseminatie. (2019Z02470)
1
Bent u op de hoogte van het feit dat de vergoeding van
vruchtbaarheidsbehandeling voor lesbische vrouwen ter discussie staat?1)
Antwoord op 1.
Ja, ik ben ervan op de hoogte dat de vergoeding uit het basispakket van
kunstmatige inseminatie met donorsemen bij alleengaande of lesbische
vrouwen zonder medische indicatie momenteel onderwerp van discussie is.
2
Werd kunstmatige inseminatie voor alleenstaanden of voor homoseksuele paren
tot nu toe wel vergoed, om sociale redenen?
Antwoord op 2.
Het is mij bekend dat de beroepsvereniging van gynaecologen (NVOG) de wens
heeft dat kunstmatige inseminatie met donorsemen bij alleengaande of
lesbische vrouwen zonder de aanwezigheid van een medische indicatie uit de
basisverzekering vergoed zou moeten worden. Het Zorginstituut heeft
aangegeven dat het ontbreken van een mannelijke partner geen medische
indicatie betreft.
Diverse zorgverzekeraars hebben signalen gekregen dat dergelijke
behandelingen zonder medische indicatie werden gedeclareerd, en hebben
vervolgens besloten om hierop actiever te controleren. Het is niet de
bedoeling dat deze behandelkosten worden gedeclareerd ten laste van de Zvw.
3
Hoeveel alleenstaanden en hoeveel homoseksuele paren hebben in de afgelopen
jaren gebruik gemaakt van vergoeding voor kunstmatige inseminatie? Welke
kosten waren daar precies mee gemoeid?
Antwoord op 3.
Zorgverzekeraars controleren of er een medische indicatie aanwezig is voor
de kunstmatige inseminatie. Daarbij weten zij niet of de aanvraag tot
vergoeding van de betreffende kosten afkomstig is van alleenstaanden of
homoseksuele paren. Het aantal van deze aanvragen en de hoogte van deze
kosten zijn dan ook niet bekend.
4
Bent u van plan om door wijziging van regelgeving te voorzien in vergoeding
van kosten vanuit de basisverzekering in situaties waar de wensouders zelf
geen medisch vruchtbaarheidsprobleem hebben, maar waarbij voor de
vervulling van de kinderwens één of meer andere personen zonder eigen
medische indicatie worden betrokken? Zo nee waarom niet? Zo ja, maakt dit
onderdeel uit van de pakketwijzigingen voor 2020?
5
Bent u bereid vergoeding om sociale reden, zoals tot nu toe gebruikelijk, voor dit jaar nog toe te staan? Zo nee, waarom niet?
Antwoord op 4 en 5.
Als algemeen uitgangspunt geldt dat medische interventies die worden
verricht bij mensen die daarvoor niet een eigen medische indicatie hebben,
geen verzekerde prestatie zijn en dus niet op grond van een zorgverzekering
ingevolge de Zorgverzekeringswet voor vergoeding in aanmerking komen. Op
grond van deze wettelijke kaders hebben zorgverzekeraars de taak om
declaraties van behandelingen te toetsen op doelmatigheid en rechtmatigheid
(is er sprake van een terechte aanspraak?) waaronder ook het medische
indicatievereiste. Ook bij lesbische en alleengaande vrouwen kan sprake
zijn van een medische indicatie, op grond waarvan zij recht hebben op
vergoeding van een vruchtbaarheidsbehandeling. Echter, het ontbreken van
een mannelijke partner (in geval van alleengaande en lesbische vrouwen) is
geen medische indicatie.
Het feit dat in het verleden minder streng gecontroleerd werd op medische
noodzaak vind ik geen reden om behandelingen waarvoor een medische
indicatie ontbreekt te vergoeden.
Het mogelijk maken van vergoeding van behandelingen waarvoor een medische indicatie ontbreekt impliceert een fundamentele aanpassing van de Zorgverzekeringswet die vergaande consequenties heeft. Hiermee ontstaat druk op de betaalbaarheid en kwaliteit van het verzekerde pakket, wat de solidariteit kan ondergraven om hier met elkaar voor te betalen. Ik ben dan ook niet van plan de Zorgverzekeringswet hierop aan te passen.
1) NRC, 25 januari 2019