Antwoord op vragen van het lid Helder over het bericht 'Politie registreert bewust de afkomst van agenten' en het interview met de nieuwe portefeuillehouder diversiteit

In antwoord op uw brief van 12 december 2018 deel ik u mee dat de schriftelijke vragen van het lid Helder (PVV) over het bericht 'Politie registreert bewust de afkomst van agenten' en het interview met de nieuwe portefeuillehouder diversiteit aan de minister van Justitie en Veiligheid worden beantwoord zoals aangegeven in de bijlage van deze brief.

De Minister van Justitie en Veiligheid,

Ferd Grapperhaus


Vragen van het lid Helder (PVV) aan de minister van Justitie en Veiligheid over het bericht 'Politie registreert bewust de afkomst van agenten' en het interview met de nieuwe portefeuillehouder diversiteit (ingezonden 12 december 2018, kenmerk: 2018Z23577)

Vraag 1

Kent u het bericht 'Politie registreert bewust de afkomst van agenten' en het interview met de nieuwe portefeuillehouder diversiteit? [1]

Antwoord op vraag 1

Ja.

Vraag 2

Is de nieuwe portefeuillehouder diversiteit juist geciteerd? Zo nee, wat heeft hij daadwerkelijk gezegd?

Antwoord op vraag 2

Ja. Het artikel is een goede weergave van het gesprek met de nieuwe programmamanager Kracht van het Verschil.

Vraag 3

Indien zijn uitspraken juist zijn weergegeven, waar haalt de portefeuillehouder het onzalige idee vandaan dat “de belastingbetaler met liefde betaalt voor diversiteit”?

Vraag 4

Deelt u de mening dat de kern niet moet zijn dat het politiekorps een afspiegeling is van de maatschappij, maar dat het gaat om het gezag dat de politie moet hebben? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

En zo nee, op welke wijze helpt een afgedwongen percentage diversiteit bij het hebben van gezag?

Antwoord op vragen 3, 4 en 5

Een diverse samenstelling van het politiekorps draagt bij aan de legitimiteit en daarmee het gezag van de politie. Daarbij geldt diversiteit in brede zin: verscheidenheid op het gebied van sekse, etniciteit, leeftijd, opleiding, geaardheid, et cetera. Ik ben van mening dat een goede afspiegeling van de Nederlandse samenleving binnen het korps noodzakelijk is voor een effectieve aanpak van criminaliteit, radicalisering, discriminatie en overlast. Een divers samengesteld korps is noodzakelijk voor verbinding met- en draagvlak in onze samenleving. [2] Het zorgt ervoor dat specifieke veiligheidsproblemen in de wijk kunnen worden aangepakt en er contact blijft met verschillende gemeenschappen, daarmee verbetert het politiewerk. Verder vormen divers samengestelde teams een bron van creativiteit en innovatie, hebben zij een groter leer- en aanpassingsvermogen en helpen deze soms een tunnelvisie te voorkomen. Ze dragen bij aan een inclusieve werkcultuur, verkleinen de kans op uitsluiting en leiden tot behoud van medewerkers uit groepen die (nu nog) zijn ondervertegenwoordigd bij de politie. De politie hanteert streefcijfers om de focus op diversiteit te houden bij vacaturehouders en de ondersteunende diensten. [3]

Vraag 6

Wat valt nu onder het streefcijfer van 25% diversiteit? Gaat het om 25% van de instroom dat een niet-westerse nationaliteit moet hebben of om 25% van de instroom met een diverse achtergrond dat uit veel meer bestaat dan etniciteit?

Antwoord op vraag 6

In het algemeen gaat het streven naar diversiteit binnen het korps om meer dan alleen etniciteit. Het streefcijfer van 25% ziet specifiek op de instroom van medewerkers met een dubbele culturele achtergrond, verkregen door afkomst, levens- of werkervaring. [4] Iedere instromende medewerker moet in ieder geval de Nederlandse nationaliteit hebben.

Vraag 7

Waarom spreken de korpschef, de portefeuillehouder diversiteit en zijn woordvoerder hierover niet eensluidend?

Antwoord op vraag 7

Variëteit binnen het korps zorgt ervoor dat de politie beter presteert. De politie is van en voor iedereen. Een politie waarin iedereen zich kan herkennen en die iedereen kan vertrouwen. Hier denken de korpschef, de programmamanager en de woordvoerder hetzelfde over.

Vraag 8

Deelt u de mening dat politieagenten wel tegen een paar, al dan niet flauwe, grappen moet kunnen zonder dat meteen wordt gesteld dat sprake is van (impliciete) discriminatie? Zo nee, vindt u dan niet dat de belastingbetaler dadelijk is opgezadeld met een korps dat voor een deel bestaat uit ‘watjes’?

Antwoord op vraag 8

Humor moet kunnen, discriminatie en racisme hebben geen plaats binnen de maatschappij en zeker niet binnen de politie. Daar treden zowel de korpschef als ik hard tegen op. Dat heeft niets met watjes te maken, maar met respect voor elkaar.



[1] Volkskrant, 10 december 2018

[2] Kamerstukken II, 2016-2017, aanhangsel 1375.

[3] Kamerstukken II, 2016-2017, aanhangsel 1375.

[4] Kamerstukken II, 2016-2017, aanhangsel 1375.

Indiener(s)