2018Z03109
Vragen van het lid Van Helvert (CDA) aan de ministers van Buitenlandse
Zaken en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de
sloop van klaslokalen in Abu a-Nawar door Israël (ingezonden 21 februari
2018).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de berichtgeving dat de Israëlische autoriteiten
de sloop gelast hebben van klaslokalen van een school in Abu a-Nawar op de
Westelijke Jordaanoever?1
Vraag 2
Klopt het dat deze klaslokalen dienst deden voor 26 Palestijnse schoolgaande
kinderen van de Bedoeïenen- en vluchtelingengemeenschap in Abu a-Nawar?
Vraag 3
Is het waar dat de klaslokalen mede gefinancierd zijn door de Europese Unie
(EU) en EU-lidstaten? Heeft Nederland ook bijgedragen?
Vraag 4
Welke uitleg heeft Israël gegeven aan de sloop en hoe beoordeelt u deze?
Vraag 5
Bent u het eens met de strekking van het Local Statement dat de
EU-vertegenwoordiger en de hoofden van de EU-missies in Jeruzalem en
Ramallah hebben doen uitgaan naar aanleiding van de sloop?2 Zo nee,
waarom niet?
Vraag 6
Welke acties gaan de Nederlandse regering en de EU ondernemen om ervoor
te zorgen dat de Israëlische regering de school herbouwt? Indien Israël
daartoe niet bereid is, bent u dan, in lijn met de motie Knops c.s. bereid te
bepleiten dat de schade vergoed wordt door Israël?3
Vraag 7
Deelt u de opvatting dat Israël als bezettende mogendheid de plicht heeft het
recht op toegang tot onderwijs voor kinderen te garanderen? In hoeverre
schendt Israël deze plicht volgens u?
Vraag 8
Bent u bereid de slooppraktijken door Israël in Area C aan de orde te stellen
in EU-verband en een oproep te bepleiten richting Israël om daarmee te
stoppen?
1 https://www.btselem.org/press_releases/
20180204_classes_demolished_in_abu_a_nuwar_shcool
2 https://eeas.europa.eu/headquarters/headquarters-homepage/39422/local-eu-statementdemolition-israeli-authorities-parts-school-bedouin-community-abu-nuwar_en
3 Kamerstuk 23 432, nr. 435