Antwoord op vragen van het lid De Groot over het bericht dat zelfzuivelaars een forfaitaire melkproductie van 7.500 kilo per koe mogen hanteren

Beantwoording vragen De Groot (D66)

Hieronder beantwoord ik de vragen van het lid De Groot (D66) over het bericht dat zelfzuivelaars een forfaitaire melkproductie van 7.500 kilo per koe mogen hanteren (ingezonden 2 november 2018, kenmerk 2018Z19934).

1

Bent u bekend met het artikel 'Vreba melkvee wordt duurzame zelfzuivelaar'? [1]

2

Bent u bekend met het artikel 'Zelfzuivelen met superkoeien'? [2]

Antwoord

Ik ben bekend met beide artikelen.

3

Klopt het dat in het stelsel van fosfaatrechten wordt gerekend met forfaitaire fosfaatexcretie per koe welke afhankelijk is van de melkproductie?

Antwoord

Artikel 21b van de Meststoffenwet bepaalt dat de productie van dierlijke meststoffen door melkvee voor de toepassing van het fosfaatrechtenstelsel forfaitair wordt vastgesteld. De uitgangspunten voor de forfaits worden in artikel 74 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet benoemd. Melkproductie is hierin een bepalend onderdeel, omdat de gemiddelde excretie toeneemt naarmate koeien meer melk produceren. De forfaits zelf zijn vastgelegd in bijlage D van die regeling.

4

Klopt het dat zelfzuivelaars, die meer dan 50% van de geproduceerde hoeveelheid melk op het eigen bedrijf verwerken, een forfaitaire melkproductie van 7.500 kilo en een ureumgehalte van 26 per koe mogen hanteren met een bijbehorende fosfaatproductie van 39,1 kilo per jaar?

Antwoord

Er is sprake van een zelfzuivelaar indien een landbouwer voldoet aan de twee voorwaarden, genoemd in artikel 74, vierde lid, van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet. Allereerst moet de landbouwer meer dan 50% van de op het eigen bedrijf geproduceerde melk zelf verwerken tot eindproduct. Van een eindproduct is sprake indien het product niet verder bewerkt hoeft te worden en het product klaar is voor verkoop aan consumenten. Ten tweede moet die landbouwer minder dan 50% van de op het bedrijf geproduceerde melk aan een koper leveren. Een koper is een onderneming of groepering die van de landbouwer melk koopt om dit vervolgens in te zamelen, te verpakken, op te slaan, te koelen of te verwerken, dan wel een onderneming of groepering die van de landbouwer melk koopt om dit vervolgens door te verkopen aan een of meer bedrijven die melk of andere zuivelproducten behandelen of verwerken.

Een melkveehouder die voldoet aan deze twee voorwaarden mag een forfaitaire melkproductie van 7500 kilogram melk per koe per jaar hanteren met een bijbehorende fosfaatproductie van 39,1 kilo per jaar. De fosfaatproductie door melkvee wordt per kalenderjaar berekend, dit betekent dat per jaar wordt bepaald of men voldoet aan artikel 74, vierde lid, van de URM.

5

Wat is de reden dat zelfzuivelaars voor het berekenen van de fosfaatproductie een andere methode hanteren?

6

Wat maakt het moeilijk voor zelfzuivelaars om de fosfaatproductie te berekenen per kilo melk?

Antwoord

Voor de groep zelfzuivelaars zijn over het algemeen onvoldoende gegevens voorhanden om het excretieforfait van melkkoeien op betrouwbare wijze te differentiëren. Immers, minder dan 50% van de geproduceerde melk wordt geleverd aan een koper. Door het lage aantal leveringen kan geen afgewogen beeld verkregen worden van de verschillen in de melkgift en het ureumgehalte die kunnen ontstaan naar aanleiding van het seizoen, de soort diervoeder en andere factoren die van invloed kunnen zijn op de melkgift en het ureumgehalte. Voor de groep zelfzuivelaars wordt daarom gerekend met een gemiddelde melkproductie van 7500 kilogram melk per koe per jaar en met 26 milligram ureum per 100 kg melk.

7

Hoe hoog schat u het risico in dat met deze constructie er een overmaat van fosfaat wordt geproduceerd door zelfzuivelaars?

Antwoord

Sprake is slechts van een zelfzuivelaar als aan de twee voorwaarden genoemd in het antwoord op vraag 4 is voldaan. De groep zelfzuivelaars betreft een beperkte groep van ongeveer 200 landbouwers. Onder deze melkveehouders zullen zich ondernemers bevinden die boven de 7500 kilogram melk per koe produceren en ondernemers die minder dan 7500 kilogram melk per koe produceren. Ik acht het risico dat door deze groep een overmaat aan fosfaat wordt geproduceerd gelet op de omvang van de groep niet zo groot. Het fosfaatrechtenstelsel biedt andere melkveehouders wellicht wel een prikkel om hun melk zelf te gaan verwerken tot eindproducten. Dat vraagt echter investeringen en het aanboren van afzetmarkten. Dit betekent dat omschakelen enkel en alleen vanwege het fosfaatrechtenstelsel geen vanzelfsprekendheid is.

8

Bent u het eens met de stelling dat zelfzuivelbedrijven de fosfaatrechtenwetgeving omzeilen?

Antwoord

Indien een landbouwer voldoet aan de eisen zoals beschreven in het antwoord op vraag 4, is sprake van een zelfzuivelaar en kan de zelfzuivelaar rekenen met een gemiddelde melkproductie van 7500 kilogram melk per koe per jaar. Indien een landbouwer niet voldoet aan deze eisen, geldt de hoofdregel. Een landbouwer kan zich hierdoor niet voordoen als zelfzuivelaar als hij dit in feite niet is.

9

Deelt u de mening dat hierdoor oneerlijke concurrentie tussen melkveehouders ontstaat?

Antwoord

Ik deel deze mening niet, voor elk bedrijf geldt hetzelfde wettelijke kader. Wel acht ik het in het kader van het milieu ongewenst als de gehanteerde norm voor zelfzuivelaars veel lager ligt dan de werkelijke gemiddelde melkproductie.

10

Bent u bereid om te kijken naar de mogelijkheden om ook zelfzuivelaars op te nemen in de reguliere wetgeving voor fosfaatrechten?

Antwoord

Ik zal de vinger aan de pols houden waar het gaat om de fosfaatproductie door zelfzuivelaars. Als daar aanleiding toe is, zal ik bezien in hoeverre aanpassingen nodig en mogelijk zijn.

11

Hoe verhoudt de huidige lijn zich met uw visienota over kringlooplandbouw? [3]

Antwoord

De beperking van de productie van fosfaat door middel van het fosfaatrechtenstelsel geldt zowel voor ondernemers die het merendeel van hun melk leveren aan zuivelondernemingen als voor ondernemers die het merendeel van hun melk zelf verwerken tot eindproducten. Het fosfaatrechtenstelsel houdt rekening met zelfzuivelaars, in die zin dat zelfzuivelen mogelijk wordt gemaakt. Zelfzuivelen past in een korte keten; dit strookt met mijn visie op de kringlooplandbouw.



[3] Kamerstuk 35000-XIV, nr. 5.

Indiener(s)