Antwoord op vragen van het lid Moorlag over een tekortschietende capaciteit van het stroomnetwerk in Groningen en Drenthe om de geplande zonneparken te faciliteren

2080

Vragen van het lid Moorlag (PvdA) aan de Minister van Economische Zaken

en Klimaat over een tekort schietende capaciteit van het stroomnetwerk in

Groningen en Drenthe om de geplande zonneparken te faciliteren (ingezonden

16 april 2018).

Antwoord van Minister Wiebes (Economische Zaken en Klimaat) (ontvangen

15 mei 2018).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht dat Tennet en Enexis een ondercapaciteit van

het Zuid-Gronings en Noord-Drenths stroomnetwerk constateren?1 [1]

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Klopt de constatering van de twee stroomnetbeheerders? Zo ja, wat is uw

oordeel hierover? Zo nee, constateert u dat er afdoende capaciteit is?

Antwoord 2

De netbeheerders hebben de wettelijke taak om te zorgen dat zonneparken

tijdig kunnen worden aangesloten op het elektriciteitsnet. Dit doen zij waar

mogelijk toekomstgericht, zonder daarbij desinvesteringen te doen. Dit met

het oog op de betaalbaarheid van de energievoorziening.

In het gebied waar het hier over gaat, de omgeving van Groningen en

Noord-Drenthe, loopt het elektriciteitsnet tegen zijn grenzen aan. Dat heeft

drie oorzaken. Allereerst is het gebied relatief dun bevolkt, zonder grote

energievragers. Daardoor is de capaciteit van het net bescheiden en passend

bij de huidige situatie. De tweede oorzaak is dat de grondprijzen hier vrij laag

zijn en projectontwikkelaars hier extra kansen zien voor het plaatsen van

grootschalige zonneparken. De derde oorzaak is dat provincies en gemeenten

in dit gebied een actief beleid voeren voor vestiging van zonneparken,

waardoor in relatief korte tijd de hoeveelheid aan te sluiten zonneparken snel

toeneemt.

Vraag 3

Deelt u de stelling van de netbeheerders dat een Rijksstructuurvisie voor

zonne-energie nuttig is om dergelijke tekorten in netwerken te voorzien en in

de toekomst te kunnen voorkomen?

Antwoord 3

De behoefte aan uitbreiding van de netcapaciteit hangt nauw samen met de

ruimtelijke inpassing van nieuwe opwekinstallaties zoals zonneparken. De

hoeveelheid zonneparken en de locatie waar ze worden aangesloten op het

net bepalen de behoefte aan extra netcapaciteit. De mogelijkheid om

zonneparken en netuitbreiding ruimtelijk in te passen speelt hierbij een

belangrijke rol, evenals kostenefficiƫntie. Deze vraagstukken zijn een

belangrijk gespreksonderwerp aan de Klimaattafels, en specifiek aan de

Elektriciteitstafel, waar ook decentrale overheden en netbeheerders aanzitten.

Dit vraagt een integrale aanpak. Ik zal het belang van voldoende netcapaciteit

voor duurzaam opgewekte elektriciteit benadrukken.

Vraag 4

Is er naar uw oordeel aanleiding om op korte termijn maatregelen te treffen

in overleg met de netbeheerders om te waarborgen dat de opwekking van

zonne-energie niet stagneert? Zo ja, welke maatregelen? Zo nee, waarom

niet?

Antwoord 4

Voor de korte termijn zullen de betrokken overheden, netbeheerders en de

sector in overleg een praktische oplossing moeten zoeken. Het vergroten van

de netcapaciteit kost tijd, omdat ruimte gevonden moet worden voor stations

en voor nieuwe verbindingen met bijbehorende ruimtelijke vergunningprocedures.

In de systematiek van de Omgevingswet moet de nationale omgevingsvisie

(NOVI) bijdragen aan de ruimtelijke inpassing van de energietransitie.

De NOVI wordt parallel aan het Klimaatakkoord voorbereid. Ik zal hierbij

de afspraken in het Klimaatakkoord over de uitbreiding van netcapaciteit

betrekken.



[1] 1 https://energeia.nl/energeia-artikel/40067003/te-weinig-netcapaciteit-in-groningen-en-drenthevoor-alle-geplande-zonneparken?utm_source=nieuwsbrief&utm_campaign=energeiadagelijks&utm_medium=email&utm_content=20180412

Indiener(s)