Antwoorden Kamervragen van het lid Kuiken (PvdA) aan de minister voor
Rechtsbescherming over een veroordeelde pedofiel die in detentie een
boek over zijn slachtoffer kon schrijven (ingezonden 22 december 2017,
nr. 2017Z18848)
Vraag 1
Kent u het bericht 'Woede in Canada om boek van Tilburgse webcampedo
Aydin C.'? 1)
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat het voor slachtoffers of nabestaanden van
slachtoffers van deze man als een klap in het gezicht kan worden
ervaren dat hij zich in een boek meent te moeten vrijpleiten van de
misdaden waarvoor hij is veroordeeld? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom
niet?
Vraag 3
Begrijpt u waarom in Canada woedend is gereageerd op dit boek? Zo ja,
waarom? Zo nee, waarom niet?
Antwoord op vraag 2 en 3
De Nederlandse en Canadese (nabestaanden van) slachtoffers van Aydin C.
hebben iets verschrikkelijks meegemaakt. Ik kan me voorstellen dat zij de
uitspraken van de dader in dit boek als confronterend ervaren. Ik betreur dit ten
zeerste. In Canada is het wettelijk verboden om geld te verdienen aan misdaden,
de woede hierover vind ik in dat licht bezien ook begrijpelijk.
Vraag 4
Mocht deze man een in detentie geschreven boek naar buiten de
gevangenis laten brengen om het te laten publiceren? Zo ja, waarom? Zo
nee, waarom mocht dat niet en welke maatregelen kunnen tegen
hem genomen worden?
In het kader van orde en veiligheid en voor de bescherming van slachtoffers en
nabestaanden kunnen door de directeur van een penitentiaire inrichting
beperkingen worden opgelegd. In dit geval was hier geen sprake van, omdat
hiervoor geen aanleiding was. Een gedetineerde mag een boek schrijven. Een
boek vervolgens naar buiten brengen en laten publiceren is toegestaan, tenzij
beperkingen zijn opgelegd.
In deze casus heeft betrokkene het manuscript meegegeven aan een
medegedetineerde die met ontslag ging. Dit is niet toegestaan. Het manuscript
had door de gedetineerde verzonden moeten worden met de post via de
inrichting. De inhoud van post kan gecontroleerd worden als dit als
toezichtsmaatregel vooraf door de directeur is opgelegd en meegedeeld. Als een
gedetineerde met ontslag gaat is het de gangbare praktijk dat controle plaatsvindt
op de compleetheid van de celinventaris. Wat meegenomen werd naar buiten
door de medegedetineerde die met ontslag ging, is niet gecontroleerd omdat hier
geen aanleiding voor was.
Toen bleek dat de huisregels overtreden waren door gedetineerde Aydin C. zijn
aan hem toezichtsmaatregelen opgelegd, zoals controle van zijn post, bezoek en
telefoonverkeer.
Vraag 5
Bestaat er in Nederland wet- of regelgeving op grond waarvan een
gedetineerde geen voordeel mag trekken uit zijn daad? Zo ja, welke wetof
regelgeving betreft dit? Zo nee, acht u dergelijke wet- of regelgeving
wenselijk en hoe gaat u daar voor zorgen?
Het is mogelijk dat een persoon die strafrechtelijk is veroordeeld voor een misdrijf,
inkomsten verwerft die verband houden met zijn strafrechtelijke verleden. Dat kan
bijvoorbeeld door hierover lezingen te geven of een boek te publiceren. Indien de
betrokken persoon is veroordeeld tot het betalen van een boete, dan wel een
schadevergoedingsmaatregel ten gunste van het slachtoffer of een
ontnemingsmaatregel opgelegd heeft gekregen, en deze nog niet geheel zijn
voldaan, kunnen de inkomsten van dergelijke activiteiten van de veroordeelde
worden geïnd.
Voorts kan actie worden ondernomen tegen de inhoud van de door de
gedetineerde gedane uitingen, indien deze een onrechtmatige daad vormen tegen
anderen. Zo kan de gedetineerde gehouden zijn tot vergoeding van schade die
een slachtoffer of zijn nabestaande lijdt door onrechtmatige uitingen (artikel 6:162
Burgerlijk Wetboek). In uitzonderlijke gevallen kan de rechter een vordering tot
verbod van publicatie toewijzen. Een onrechtmatige uiting van een gedetineerde
kan bovendien op zichzelf leiden tot een strafrechtelijke veroordeling wegens
belediging.
Er is dus geen verbod, zoals in Canada, op het verwerven van inkomsten die
verband houden met het strafrechtelijke verleden van een gedetineerde. Gelet op
bovenstaande mogelijkheden acht ik aanvulling van bovenstaande wet- of
regelgeving niet onmiddellijk noodzakelijk.
Vraag 6
Kan de inhoud van het boek een rol spelen bij het lopend hoger beroep
in deze zaak een rol spelen? Zo ja, op welke manier? Zo nee, waarom
niet?
Het boek behoort niet tot het strafdossier van het hoger beroep, omdat het geen
onderdeel is van de zaak in eerste aanleg. De betrokkene kan wel verklaringen
afleggen die gelijkluidend zijn aan de inhoud van het boek.