2018Z01016
Antwoorden op vragen van de leden Middendorp en Koopmans (beiden VVD) over
het bericht 'Online burgerinspraak kan leiden tot teleurstelling in politici' en het
rapport van het Rathenau instituut 'Online meebeslissen' (ingezonden 24 januari
2018)
1
Kent u het bericht 'Online burgerinspraak kan leiden tot teleurstelling in politici' 1)
en het rapport van het Rathenau instituut 'Online meebeslissen'? 2)
Ja.
2
Op welke wijze wordt digitale inspraak in Nederland nu vormgegeven?
Op het landelijke niveau is de website www.internetconsultatie.nl een belangrijk
instrument voor digitale inspraak van burgers, bedrijven en instellingen over
voorstellen van beleid en wetgeving. Het bevordert de inbreng van suggesties en
ideeën in een vroegtijdig stadium van het beleid- en wetgevingsproces om de
kwaliteit van de voorstellen te verbeteren. Sinds 2011 zet het kabinet dit
instrument structureel in waardoor steeds meer voorstellen via de site bekeken en
van commentaar voorzien kunnen worden. Uit de evaluaties in 2011 en 2016 blijkt
dat de site goed wordt gewaardeerd.
Op het regionale en lokale niveau worden door overheden tal van digitale
instrumenten - met wisselend succes - ingezet om bewonersbetrokkenheid te
stimuleren.
3
Worden op het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
mogelijkheden onderzocht hoe de digitale technologie ingezet kan worden voor
meer inspraak? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe wordt dat gedaan en welke
mogelijkheden worden bekeken? Wordt hierbij ook gekeken naar lokale en/of
regionale initiatieven die als voorbeeld kunnen dienen?
Begin 2017 verscheen in opdracht van BZK het rapport ‘Digitale empowerment
van de demos’. Hierin inventariseerde de Universiteit Tilburg verschillende edemocratie
praktijken uit binnen- en buitenland. Inzichten uit dit rapport hebben
o.a. geresulteerd in de ontwikkeling van een zgn. ‘proeftuin digitale democratie’.
In de beantwoording van vraag 7 ga ik hier nader op in.
Ook is er met steun van BZK een website (www.e-dem.nl) en een handreiking
verschenen voor het gebruik van verschillende open source participatietools. Deze
tools komen (gedeeltelijk) voort uit het EU programma D-CENT (Decentralised
Citizens Engagement Technologies). Voor de totstandkoming van de handreiking
zijn verschillende lokale en regionale initiatieven geraadpleegd.
4
In hoeverre is de ontwikkeling van digitale inspraak - bijvoorbeeld in het
wetgevingsproces - onderdeel van de Wet digitale overheid? Zo nee, is dit dan
ergens anders belegd?
Digitale inspraak wordt niet geregeld in de Wet digitale overheid. Het voorstel voor
de Wet digitale overheid bevat regulering van de digitale overheid op het gebied
van standaarden, informatieveiligheid en de generieke infrastructuur, waaronder
de inrichting van stelsels voor elektronische identiteiten (eID) voor burgers en
bedrijven. Om de continuïteit van (semi)publieke dienstverlening aan burgers te
borgen wordt in het wetsvoorstel de mogelijkheid opgenomen om op basis van
nader door de minister van BZK vast te stellen eisen een of meer private
inlogmiddelen voor burgers toe te laten, als alternatief naast DigiD. De wet
verplicht dienstverleners om voor hun elektronische diensten een passend
betrouwbaarheidsniveau te bepalen en daarvoor de door de minister van BZK
aangewezen generieke inlogmiddelen te accepteren. Het zou immers voor burgers
en bedrijven onaanvaardbaar zijn, alsmede voor de overheid inefficiënt zijn, om bij
elke dienstverlener of elke sector een andere inlogmethode te moeten hanteren.
Digitale inspraak in het beleid- en wetgevingsproces is op dit moment
vormgegeven via internetconsultatie. Het is bestaande praktijk dat deze stap in
het beleids- en wetgevingsproces plaatsvindt voorafgaand aan de
ministerraadbehandeling van wet- en regelgeving en steeds meer ook bij
beleidsvoorstellen. De basis hiervoor is niet gelegen in de Wet digitale overheid of
andere regelgeving; het betreft geïnstitutionaliseerd beleid.
5
Bent u bekend met de in het rapport geschetste problemen bij het digitale
inspraakproces? Zo ja, hoe probeert u die bij de digitale inspraak op nationaal of
regionaal niveau in Nederland te voorkomen?
De twee problemen die in het rapport worden gesignaleerd worden herkend. Voor
het probleem van de beperkte impact van digitale inspraakinitiatieven op de
politieke besluitvorming geldt dat in deze besluitvorming verschillende elementen
een rol spelen waarvan inspraak er een is. Het probleem dat de groep deelnemers
niet representatief is, is niet bij elke vorm van digitale inspraak aan de orde. Zo is
de consultatie via de website www.internetconsultatie.nl niet gericht op het
verkrijgen van representatief commentaar, maar op het ontvangen van suggesties
en ideeën die helpen om de kwaliteit van de voorstellen te verbeteren.
Binnen de proeftuin digitale democratie krijgen de deelnemende (lokale en
regionale) overheden ondersteuning op verschillende uitdagingen die het
Rathenau Instituut constateert bij het digitale inspraakproces.
6
Deelt u de conclusie van de onderzoekers dat de bekendheid van
internetconsultatie.nl - de internetconsultatiewebsite voor nieuwe wetgeving - te
laag is? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat wordt er aangedaan om deze bekendheid
te vergroten?
De conclusie over de bekendheid van de internetconsultatiewebsite wordt
gedeeld. In de kabinetsbrief over transparantie van het wetgevingsproces
(Kamerstukken II, 2016-2017, 33009, nr. 39) is aangegeven dat de evaluatie uit
2016 al liet zien dat de bekendheid van de site beperkt is. Zoals toegezegd in de
kabinetsbrief is het kabinet bezig om de bekendheid met en het bereik van de site
te verbeteren door het inzetten van meer en op doelgroepen gerichte
communicatie over nieuwe internetconsultaties.
7
Welke initiatieven neemt u dit jaar voor het bevorderen van digitale inspraak ter
bevordering van de democratische participatie?
Voor wat betreft digitale participatie op het landelijke niveau worden aanvullende
maatregelen m.n. bezien in samenhang met het verschijnen van het rapport van
de Staatscommissie Parlementair Stelsel. Deze commissie is mede door uw Kamer
ingesteld en zal zich o.m. buigen over de kansen en risico’s van de
voortschrijdende digitalisering voor de democratie.
Voor wat betreft het regionale en lokale niveau start in april aldus een proeftuin
digitale democratie. In deze tweejarige proeftuin ondersteunt BZK - enkele -
gemeenten bij de inzet van open source digitale participatietools. Deze tools
komen (gedeeltelijk) voort uit het EU programma D-CENT (Decentralised Citizens
Engagement Technologies). Gemeenten gaan daarbij, onder begeleiding van
experts, met nieuwe inzichten en (digitale) hulpmiddelen aan de slag. Deelnemers
trekken hierin gezamenlijk op om zo veel mogelijk van elkaar te leren. Het doel is
het stimuleren van meer directe burgerbetrokkenheid in lokale
beleidsontwikkeling. Ook zal gedurende de proeftuin bezien worden of er – indien
gewenst - ook nog overige decentrale overheden kunnen instromen.