Hierbij doe ik u de antwoorden toekomen op de vragen gesteld door de leden
Kröger (Groen Links), Laçin (SP) en Van Raan (PvdD) over het MAA-besluit. Tevens
doe ik u conform het verzoek van de vaste commissie voor Infrastructuur en
Waterstaat een afschrift toekomen van de reactie op de brief van de gemeente
Gulpen-Wittem en Vaals over het Luchthavenbesluit Maastricht waar in deze
Kamervragen ook naar verwezen wordt.
Vraag 1.
Bent u bereid de berekeningen naar de effecten van de nieuwe invoergegevens
voor de geluidcontouren en de grenswaarden in de handhavingspunten uit het
Luchthavenbesluit naar de Kamer te sturen? Zo nee, kunt u dit toelichten?
Ja, daar ben ik toe bereid. Zoals ik in mijn brief van 5 december 2017 (Kamerstuk
31 936 nr. 429) heb aangegeven zal ten behoeve van de wijzigingsprocedure van
het Luchthavenbesluit de door de luchthaven opgestelde m.e.r.-beoordelingsnotitie
worden geactualiseerd. De nieuwe invoergegevens, de validatie daarvan en de
berekeningen die daarmee worden gedaan vormen hier onderdeel van. De nieuwe
versie van de m.e.r.-beoordelingsnotitie zal getoetst worden door de Commissie
voor de m.e.r.
In de wijzigingsprocedure wordt het ontwerp wijzigingsbesluit in voorhang aan het
parlement aangeboden en ter inzage gelegd. Daarbij wordt ook de nieuwe m.e.r.-
beoordelingsnotitie gevoegd. Belanghebbenden krijgen de gelegenheid hierop een
zienswijze in te dienen.
Vraag 2.
Zijn de gevolgen van het besluit om meer vrachtverkeer vanuit Maastricht Aachen
Airport (MAA) te vliegen in kaart gebracht, niet alleen voor het vliegveld, maar ook
voor de omgeving, zoals toerisme en horeca, kwaliteit van de leefomgeving en het
woongenot van omwonenden?
.
Bij de aanvraag van het Luchthavenbesluit zijn een m.e.r.-beoordelingsnotitie en
een economische onderbouwing ter onderbouwing bijgevoegd waarin op deze
aspecten wordt ingegaan. In het Verantwoordingsdocument waarin op alle
ingediende zienswijzen een reactie wordt gegeven en in de toelichting op het
Luchthavenbesluit komen deze aspecten ook nadrukkelijk aan de orde en welke
afweging hierover heeft plaatsgevonden.
Vraag 3.
Is er een berekening gedaan van de planschade die de omwonenden lijden als
gevolg van de ingebruikname van de stopway?
Op voorhand is niet aan te geven of en zo ja welke schade optreedt als gevolg van
de ingebruikname van de 2.750 meter baan voor startend vrachtverkeer.
Belanghebbenden kunnen een verzoek voor schadevergoeding indienen. In
beginsel zullen alle schadeclaims worden behandeld volgens de Beleidsregel
nadeelcompensatie Infrastructuur en Milieu 20141
. Hierin is uitgewerkt hoe de
procedure van een schadeverzoek verloopt, hoe de schade wordt bepaald en
welke criteria hierbij worden gehanteerd.
Vraag 4.
Is er een voorziening daartoe getroffen door de daartoe aangewezen overheid?
Zie antwoord op vraag 3.
Vraag 5.
Bent u op de hoogte van de bezwaren vanuit de gemeenten Meersen, Vaals en
Gulpen-Wittem met betrekking tot de plannen voor vrachtverkeer vanaf MAA? Kunt
u de Kamer laten weten op welke manier hun bezwaren zijn meegenomen in de
belangenafweging?
Ja, daarvan ben ik op de hoogte. De gemeente Meerssen heeft een zienswijze
ingediend op het ontwerp Luchthavenbesluit Maastricht welke is meegewogen in
het vastgestelde, maar aangehouden Luchthavenbesluit. In het
Verantwoordingsdocument dat een reactie bevat op alle ingediende zienswijzen op
het ontwerp Luchthavenbesluit en welke inmiddels openbaar is gemaakt wordt
ingegaan op de zienswijze van de gemeente Meerssen.
De gemeenten Vaals en Gulpen-Wittem hebben geen zienswijze op het
ontwerpbesluit ingediend, maar in oktober 2017 een brief gestuurd waarin zij
kortweg hun zorgen kenbaar maken over de gevolgen van de groei van het
(vracht)verkeer voor de leefomgeving en het toerisme in Zuid-Limburg. Conform
het verzoek van de vaste commissie van Infrastructuur en Waterstaat doe ik u
hierbij een afschrift toekomen van het antwoord op deze brief.
Verder verwijs ik u naar het antwoord op vraag 2.
Vraag 6.
Wanneer zal de Commissie voor de milieueffectrapportage (commissie m.e.r.) een
advies uitbrengen over de milieueffectrapportage (m.e.r.) met de aangepaste
berekeningen?
Het gaat om een actualisatie van de eerder door de luchthaven opgestelde m.e.r.-
beoordelingsnotitie (bijlage bij Kamerstuk 31 936, nr. 368) in een nieuwe notitie.
Daarin zullen de milieueffecten met de aangepaste berekeningen in kaart worden
gebracht. Zodra deze nieuwe m.e.r.-beoordelingsnotitie is afgerond – naar
verwachting het eerste kwartaal van 2018 – zal deze voor advies worden
voorgelegd aan de Commissie voor de m.e.r.
Vraag 7.
Is getoetst welke gevolgen het besluit om MAA open te stellen voor vrachtverkeer
heeft voor de luchtvervuiling in de regio? Zo ja, zijn hierbij naast de extra
vliegtuigemissies ook de emissies van het extra wegverkeer van en naar het
vliegveld meegenomen? Wat zijn hierbij de bevindingen geweest? Zo nee, bent u
bereid deze toetsing alsnog uit te voeren?
Ja. Voor de beoordeling van de effecten van het voorgenomen gebruik met de
2.750 meter baan is in de m.e.r.-beoordelingsnotitie ten behoeve van de aanvraag
van het Luchthavenbesluit gebruik gemaakt van eerder uitgevoerd
luchtkwaliteitsonderzoek. Daarbij is de bijdrage van omringende industrie en alle
andere bronnen in de omgeving (waaronder ook het verkeer op de A2 na
ingebruikname van de tunnel in Maastricht) volgens de meest recente inzichten
opnieuw geëvalueerd. Hierbij is gebruik gemaakt van de informatie uit de NSLmonitoringstool
(www.nsl-monitoring.nl).
Zoals in de m.e.r.-beoordelingsnotitie is aangegeven zijn de conclusies uit het
eerder uitgevoerde luchtkwaliteitsonderzoek op basis van deze nieuwste inzichten
herbevestigd. Dat betekent dat MAA een bijdrage levert van enkele μg/m3
aan de
totale concentraties luchtverontreinigende stoffen. De grenswaarden voor
luchtverontreinigende stoffen worden niet overschreden.
In de actualisatie van de m.e.r.-beoordelingsnotitie zal worden beoordeeld of
herstel van de foutieve invoergegevens voor de geluidberekeningen invloed heeft
op de effecten op het gebied van luchtkwaliteit. De verwachting is dat dit niet het
geval is.
Vraag 8.
Klopt het dat tijdens informatiebijeenkomsten voor omwonenden in juni 2016 over
de toename van het aantal vliegbewegingen van het groot vliegverkeer per dag
aantallen zijn gepresenteerd, waarbij de toename minder dan de helft is van de
aantallen genoemd in de aanvraag van het luchthavenbesluit richting ministerie?
Er zijn in juni 2016 twee informatiebijeenkomsten georganiseerd door MAA, de
provincie Limburg, de gemeenten Meerssen en Beek en de Commissie Regionaal
Overleg Luchthaven Maastricht gezamenlijk. Dit hebben zij gedaan in aanloop naar
de aanvraag van het Luchthavenbesluit door de luchthaven bij het ministerie van
Infrastructuur en Waterstaat. De luchthaven heeft hierbij inzicht heeft gegeven in
haar ambitie voor de komende 10 jaar en het daarbij voorziene aantal
vliegtuigbewegingen op jaarbasis. Deze jaaraantallen zijn vervolgens opgenomen
in de aanvraag van het Luchthavenbesluit en uitgangspunt geweest van de
onderliggende berekeningen en het ontwerp Luchthavenbesluit dat ter inzage is
gelegd en ter voorhang aan uw Kamer is aangeboden.
De luchthaven heeft aangegeven dat er tijdens deze informatiebijeenkomsten ook
is gesproken over de vertaling van deze jaaraantallen naar mogelijke aantallen
vliegtuigbewegingen per dag. Bij deze vertaling naar vliegtuigbewegingen per dag
door de luchthaven is mogelijk een misverstand ontstaan. Zoals hiervoor
aangegeven spelen dagaantallen bij het vaststellen van het Luchthavenbesluit
geen rol. Jaaraantallen zijn hierbij uitgangspunt.
Zie verder het antwoord op vraag 10.
Vraag 9.
Klopt het dat tijdens die bijeenkomst ook is uitgesproken dat bij volledige
benutting van het luchthavenbesluit de jaargemiddelde geluidbelasting van de
langere startbaan in combinatie met minder vliegtuigen lager zal zijn dan bij
volledige benutting van de omzettingsregeling?
Ja, dat heeft de luchthaven aangegeven.
Vraag 10.
Deelt u de mening dat hiermee de omwonenden wat betreft de te verwachten
toename van de overlast als gevolg van de beoogde groei van het vliegveld op het
verkeerde been zijn gezet? Zo nee, kunt u dit toelichten?
In de procedure voor het Luchthavenbesluit is gecommuniceerd dat jaaraantallen
vliegtuigbewegingen uitgangspunt zijn. Dit heeft ermee te maken dat met een
Luchthavenbesluit een algemene milieugebruiksruimte wordt vergund welke
berekend wordt op basis van een zogenaamde invoerset met jaaraantallen
vliegtuigbewegingen, conform het rekenvoorschrift voor geluid uit de Regeling
burgerluchthavens. In de m.e.r.-beoordelingsnotitie is dit aangegeven. Op basis
van de jaaraantallen zoals aangegeven in de aanvraag van het Luchthavenbesluit
zijn de berekeningen uitgevoerd ten behoeve van deze m.e.r.- beoordelingsnotitie.
Deze aantallen zijn ook in de toelichting op het Luchthavenbesluit opgenomen en
hierover is de omgeving op verschillende wijzen en via verschillende media
geïnformeerd door het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Zo worden de
jaaraantallen genoemd in de toelichtende tekst op de speciale webpagina over het
Luchthavenbesluit Maastricht van de Directie Participatie van het ministerie van
Infrastructuur en Waterstaat. Verder zijn deze jaaraantallen opgenomen in de
kennisgeving over het ontwerp Luchthavenbesluit Maastricht die in de
Staatscourant en diverse regionale bladen is geplaatst. Deze jaaraantallen zijn ook
gepresenteerd op de informatiebijeenkomst over het ontwerp Luchthavenbesluit
welke op 17 december 2016 heeft plaatsgevonden.
Vraag 11.
Deelt u de mening dat het indienen van een zienswijze medebepaald wordt door
de informatie die direct in de openbaarheid aan betrokken inwoners is verstrekt?
Zo nee, kunt u dit toelichten?
Ja, dat is ook de reden dat in de communicatie vanuit het ministerie van
Infrastructuur en Waterstaat over het aangevraagde Luchthavenbesluit is
aangegeven van welke jaaraantallen vliegtuigbewegingen hierbij is uitgegaan.
Vragen op dit terrein zijn beantwoord in het Verantwoordingsrapport dat inmiddels
aan de indieners van zienswijzen is aangeboden.
Vraag 12.
Deelt u de mening dat er daarom nieuwe, juiste informatie aan omwonenden moet
worden verstrekt en dat er een nieuwe periode voor indienen van een zienswijze
moet komen? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn gaat u dit uitvoeren? Zo
nee, kunt u dit toelichten?
Nee. Zie mijn antwoord op vraag 10.
Vraag 13.
Herinnert u zich uw brief aan de Kamer d.d. 31 oktober 2017 (Kamerstuk 31 936,
nr. 424) waarin u het volgende schrijft:
“Gezamenlijk is geconcludeerd dat naast snelheid ook zorgvuldigheid van cruciaal
belang blijft, mede gezien de belangen en zorgen van omwonenden. Afgesproken
is dat partijen in direct contact met elkaar staan om tot een gedragen oplossing te
komen, waarbij zowel de belangen van de luchthaven als die van omwonenden
worden afgewogen en waarbij de huidig vergunde gebruiksruimte
randvoorwaardelijk blijft”? Waarom bent u deze afspraak niet nagekomen ten
opzichte van andere partijen dan de Provincie Limburg en MAA?
Met de oplossing met betrekking tot het gebruik van de 2.750 meter baan door
MAA zijn de belangen van alle partijen, ook van omwonenden, afgewogen. Naar
mijn mening is een juiste balans gevonden tussen de economische belangen van
de luchthaven en de vrachtsector enerzijds en de zorgen en belangen van
omwonenden anderzijds. Zoals in de brief aan de Tweede Kamer van 5 december
2017 is aangegeven is de voornaamste overweging om hiertoe te besluiten, dat de
overwegingen zoals eerder zijn geschetst richting uw Kamer bij het ontwerp
Luchthavenbesluit Maastricht nog steeds overeind staan: het aangevraagde
gebruik met de beschikbaarheid van de 2.750 meter baan blijft passen binnen de
huidige gebruiksruimte waarover de luchthaven op grond van de huidige
gebruiksvergunning reeds beschikt.
Mede in het belang van en vanwege de zorgen van de omgeving is in de tijdelijke
beleidsregel2
als belangrijke voorwaarde opgenomen dat de luchthaven binnen de
huidige gebruiksruimte blijft opereren. Ook zijn voorwaarden opgenomen ten
aanzien van veiligheid. Ten aanzien van de veilige operatie op de luchthaven heeft
de Inspectie Leefomgeving en Transport aan de luchthaven een nieuw
veiligheidscertificaat verstrekt.
Vraag 14.
Bent u bereid het door u te nemen luchthavenbesluit daartoe uit te stellen om
aldus het vertrouwen van omwonenden in een rechtvaardige behandeling van hun
belangen en opvattingen te herstellen? Zo nee, kunt u dit toelichten?
Ik deel niet de conclusie dat sprake zou zijn van een onrechtvaardige behandeling
van belangen en opvattingen. Van uitstel van het Luchthavenbesluit om die reden
is geen sprake. Zoals eerder geschetst zal wel een wijzigingsprocedure gestart
worden voor het Luchthavenbesluit in verband met het herstellen van de
geconstateerde fouten in de invoergegevens voor de geluidberekeningen. Daarna
staat beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. In
de procedure van het wijzigingsbesluit bestaat bovendien de mogelijkheid voor
omwonenden om een zienswijze in te dienen op het ontwerp wijzigingsbesluit.
Hoogachtend,
DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT,
drs. C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
1 Stcrt. 2014, 16584.
2 Stcrt. 2017, 72176.
Bijlage: https://www.tweedekamer.nl/downloads/document?id=cf1137bc-e302-472e-8bf4-349462718b01&title=Luchthaven%20Maastricht%20Aachen%20Airport.pdf