2017Z15530
Vragen van de leden Kwint (SP) en Westerveld (GroenLinks) aan de Minister
voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media over het bericht dat op de ene
school de helft van de vmbo’ers door gaat naar de havo en op de nadere
niemand (ingezonden 16 november 2017).
Vraag 1
Kent u het bericht dat op de ene school ruim de helft van de vmbo’ers
doorstroomt naar de havo, maar er ook tientallen scholen zijn waar na het
eindexamen niet één vmbo’er verdergaat op de havo? Hoe verklaart u deze
verschillen?1
Vraag 2
Hebben de scholen waar veel vmbo’ers doorstromen naar de havo specifieke
kenmerken ten opzichte van scholen waar dit niet of weinig gebeurt? Zo ja,
welke kenmerken zijn dit?
Vraag 3
Heeft u signalen dat scholen die vanwege angst voor uitval van leerlingen in
4 havo en het feit dat scholen daarop worden afgerekend, vmbo’ers niet laten
doorstromen naar 4 havo? Acht u dit wenselijk? Wat zou volgens u leidend
moeten zijn: het bevorderen van kansen voor leerlingen door middel van
stapelen of goede doorstroomcijfers van scholen? Kunt u uw antwoorden
toelichten?
Vraag 4
Bent u het ermee eens dat leerlingen die een vmbo-diploma behalen niet
belemmerd mogen worden om zich verder te ontwikkelen? Moeten deze
leerlingen de kans krijgen om, naast de mogelijkheid om voor een geschikte
mbo-opleiding te kiezen, te stapelen door te stromen naar de havo zonder
belemmeringen? Zo ja, vormt de eis voor een extra vak een belemmering?
Kunt u uw antwoord toelichten?
1 https://nos.nl/artikel/2202719-op-de-ene-school-gaat-helft-vmbo-ers-door-naar-havo-op-deandere-niemand.html