2017Z16451
Vragen van de leden Kuiken en Dijksma (beiden PvdA) aan de staatssecretarissen
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Volksgezondheid, Welzijn en
Sport over kindermisbruik op Aruba (ingezonden 28 november 2017)
1
Kent u het bericht “Kindermisbruik op Aruba groot probleem”1) en herinnert u
zich de motie van de bijzondere gedelegeerde Thijsen c.s. van juni 2015 (34 038,
nr. 8), waarin de Koninkrijksregering werd verzocht een samenwerkingsprotocol
op het gebied van huiselijk geweld en kindermishandeling tot stand te brengen?
Ja.
2
Deelt u de mening van de Arubaanse Task Force Kinderrechten dat er indicaties
zijn dat een op de vijftien kinderen op het eiland te maken heeft met huiselijk
geweld, seksueel misbruik, mishandeling of verwaarlozing en dat mogelijk sprake
is van “underreporting vanwege het ontbreken van een meldcode voor
kindermishandeling”? Zo ja, hoe verhouden dergelijke cijfers zich tot de
Nederlandse situatie? Zo nee, welke cijfers zijn dan wel correct?
De uitspraak dat 1 op de 15 kinderen te maken heeft met huiselijk geweld,
seksueel misbruik en mishandeling komt uit een onderzoek van 2008. Een van de
conclusies luidt:
“De signalen die uit het veld kwamen voor wat betreft de Kindermishandeling en
Verwaarlozing worden door dit onderzoek zeker onderbouwd. De situatie voor wat
betreft deze problematiek is ernstig. We hebben het bij een voorzichtige schatting
over één op de 15 kinderen. Vergeleken met de onderzoeken in Nederland en de
VS is de situatie hier aanzienlijk erger. Ook als we kijken naar hoeveel kinderen te
maken hebben met meerdere vormen van mishandeling en verwaarlozing en naar
de schade die de mishandeling veroorzaakt, is onze situatie niet rooskleurig”.
Van het Arubaanse lid van de Taskforce kinderrechten, werkzaam bij de Directie
Sociale Zaken zijn de volgende cijfers ontvangen:
Hierbij dient te worden opgemerkt dat het Algemeen Meldpunt
Kindermishandeling (Bureau Sostenemi) dat in 2005 is opgericht, nog in
afwachting is van een aanwijzing voor een juridische status. Ook worden de
afspraken omtrent centralisatie van de registratie van de cijfers niet door alle
instanties opgevolgd. Dit zou kunnen leiden tot underreporting
Voor de Nederlandse situatie gaan we tot nu toe uit van een aantal van 119.000
kinderen dat slachtoffer is van huiselijk geweld. Dit cijfer is gebaseerd op
prevalentieonderzoek uit 2010. Dit onderzoek wordt momenteel herhaald zodat in
de zomer van 2018 meer recente cijfers beschikbaar zijn.
De cijfers van Aruba gaan over het aantal registraties, adviezen en meldingen bij
het Algemeen Meldpunt Kindermishandeling. Het Nederlandse cijfer is gebaseerd
op een informantenstudie via beroepskrachten. Daardoor zijn de cijfers niet
vergelijkbaar en kunnen er ook geen uitspraken worden gedaan over de
verhouding tussen de cijfers.
3
Deelt u de mening dat uit het feit dat de genoemde motie al meer dan twee jaar
geleden is ingediend en het feit dat er nu nog steeds geen gezamenlijke aanpak
van kindermishandeling bestaat, dat dat duidt op een gebrek aan urgentie? Zo ja,
waarom? Zo nee, waarom niet?
4
Deelt u de mening dat, ook al ligt er na de recente orkaan prioriteit bij de opbouw
van Sint Maarten, Saba en Sint Eustatius, een gezamenlijke aanpak van
kindermishandeling - waar al in 2015 om is gevraagd - niet langer uitstel kan
gedogen? 2) Zo ja, deelt u dan ook de mening dat niet op een gezamenlijke
werkconferentie over weer een half jaar moet worden gewacht en hoe gaat u hier
gevolg aan geven? Zo nee, waarom deelt u die mening niet?
Antwoord 3 en 4:
Op verschillende fronten werken we als (ei)landen samen aan de aanpak van
huiselijk geweld en kindermishandeling.
De motie waarnaar in deze Kamervragen wordt verwezen, slaat terug op de
ratificatie van het Verdrag van Istanbul dat gaat over geweld tegen vrouwen/
huiselijk geweld. Naar aanleiding van dit Verdrag is voor de aanpak van huiselijk
geweld op Caribisch Nederland (Bonaire, Sint Eustatius en Saba) een specifiek
traject gestart. Dit is uitgemond in een bestuursakkoord met de Openbare
Lichamen over de aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling
(Kamerstukken II, 28 345, nr. 183). Doel hiervan is te komen tot een volwaardige
en duurzame aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling op de eilanden.
Voor Aruba geldt dat de aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling een
verantwoordelijkheid is van het land zelf. Dit laat onverlet dat er door Nederland
diverse acties worden ondernomen om het land Aruba daarbij te helpen.
Om de samenwerking en de kennisdeling rond de aanpak van huiselijk geweld en
kindermishandeling binnen het Koninkrijk te stimuleren was er voor november
2017 een werkconferentie gepland te Sint Maarten. Vanwege de gevolgen van de
orkanen Irma en Maria is deze conferentie verplaatst naar maart 2018 te Aruba.
Een werkgroep, bestaande uit betrokken medewerkers van de (ei)landen binnen
het Koninkrijk, bereidt deze werkconferentie samen met VWS en BZK voor.
Financiering vindt plaats door VWS. In de voorbereiding op en tijdens de
conferentie wordt met de (ei)landen geïdentificeerd welke afspraken gemaakt
kunnen worden, onder andere op het gebied van inter(ei)landelijke opvang,
deskundigheidsbevordering en preventiecampagnes.
Naast de specifieke aanpak voor de aanpak van huiselijk geweld werken de landen
van het Koninkrijk (Nederland, Curaçao, Aruba en Sint Maarten) samen om de
kinderrechten in alle (ei-)landen binnen het Koninkrijk te verbeteren. De
Interlandelijke Taskforce Kinderrechten - bestaande uit vertegenwoordigers van
BZK, VWS, Curaçao, Aruba en Sint Maarten - heeft in dit verband een
Safetynetconferentie georganiseerd in december 2015 waaraan circa 80
jeugdmedewerkers van de verschillende (ei)landen hebben deelgenomen. Deze
conferentie heeft maart 2017 een vervolg gekregen in een interlandelijke
opvoedconferentie te Bonaire met ruim 150 deelnemers van alle zes de
(ei)landen. Tijdens de opvoedconferentie zijn zes belangrijke opvoedthema’s
geïdentificeerd: 1) Grenzen stellen/discipline/structuur, 2) Liefde en aandacht, 3)
Communicatie (op alle lagen), 4) Normen en waarden 5) Ouderbetrokkenheid en
ouderbewustzijn en 6) Opvoedingsondersteuning. De afgevaardigde van Unicef
benadrukte in zijn toespraak dat juist op de plaatsen waar kinderen het veiligst
zouden moeten zijn (thuis en op school) zij het vaakst geweld meemaken. Hij
sprak over de gevolgen van geweld, over de manieren hoe dit aan te pakken en
de rol van cultuur. De opvoedconferentie van Bonaire krijgt een vervolg in een
voor mei 2018 geplande opvoedconferentie te Curaçao. Ook deze conferentie
vindt plaats onder verantwoordelijkheid van de Interlandelijke Taskforce
Kinderrechten, met medewerking van Unicef en medefinanciering van BZK en
VWS.
1) https://nos.nl/artikel/2204777-kindermisbruik-op-aruba-groot-probleem.html
2) Kamerstuk 28 345 nr. 183, brief van de staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport inzake aanpak huiselijk geweld