2017Z12235
Vragen van de leden Bisschop en Dijkgraaf (beiden SGP) aan de minister van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de staatssecretaris van Financiën
over de afschaffing van de huurtoeslag voor bewoners van vakantiewoningen
(ingezonden 18 september 2017)
Vraag 1
Bent u bekend met de uitzending PAUW, 13 september 2017, waarin gesproken
wordt over het stopzetten van toeslagen bij bewoners van vakantieparken?
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Op welke manieren is er sinds het aannemen van het wetsvoorstel
gecommuniceerd over de wetswijziging?
Vraag 3
Zijn er speciale maatregelen genomen om de belanghebbenden te informeren
aangezien het hier vooral gaat om mensen die zeer waarschijnlijk geen
Staatscourant zullen lezen?
Antwoord op vragen 2 en 3
De Belastingdienst/Toeslagen communiceert over de regels van de huurtoeslag via
zijn website. Ook is daar een nieuwsbericht geplaatst over de werkwijze van de
Belastingdienst rond de beëindiging van de huurtoeslag.
Huurders van vakantiewoningen worden niet als afzonderlijke groep
geadministreerd bij Belastingdienst/Toeslagen en zijn ook niet als groep
herkenbaar in de basisadministraties. De registratie van vakantiewoningen
verschilt per soort en per gemeente. Huurders van vakantiewoningen konden
daarom niet vooraf individueel worden geïnformeerd over de wetswijziging.
Vraag 4
Zijn de gemeenten geïnformeerd over de wijziging?
Antwoord
Naar aanleiding van deze recente berichtgeving is gebleken dat de communicatie
over de wijziging van de regels voor huurtoeslag voor vakantiewoningen op
vakantiebestedingsbedrijven niet voor iedereen duidelijk is geweest.
Daarom heeft BZK de VNG gevraagd om gemeenten te informeren. De VNG zal de
gemeenten via de geëigende kanalen informeren over de consequenties van de
gewijzigde regels en de uitvoeringspraktijk van Belastingdienst/Toeslagen daarbij.
Vraag 5
Hebben gemeenten de mogelijkheid om vakantiewoningen legaal permanent te
laten bewonen? Komen deze woningen dan alsnog in aanmerking voor
huurtoeslag?
Antwoord
Gemeenten kunnen permanente bewoning van vakantiewoningen toestaan door in
het bestemmingsplan een woonbestemming toe te kennen, als dat niet in strijd is
met een goede ruimtelijke ordening en daar geen regels van de provincie en het
Rijk aan in de weg staan. Daarnaast kan de gemeente permanente bewoning
toestaan door, onder voorwaarden, een persoonsgebonden omgevingsvergunning
te verlenen of een gedoogbeschikking af te geven aan iemand die een
recreatiewoning al lange tijd onafgebroken bewoont. Het betreft hier verder een
decentrale aangelegenheid waar het Rijk geen bemoeienis mee heeft.
Ongeacht of een gemeente permanente bewoning van een vakantiewoning op een
vakantiebestedingsbedrijf heeft toegestaan, is er met ingang van 1 juli 2016 geen
recht meer op huurtoeslag voor huurders van woningen die zich op een
vakantiebestedingsbedrijf bevinden. Dit is het gevolg van het mogelijk maken van
tijdelijke verhuur ten behoeve van de doorstroming op de woningmarkt.
De Belastingdienst kan bij kortdurende huur niet nagaan of sprake is van huur van
woonruimte of van ‘huur naar zijn aard van korte duur’, waaronder
vakantieverhuur. Vandaar dat ervoor gekozen is om voor huur op
vakantiebestedingsbedrijven in alle gevallen geen huurtoeslag toe te kennen.
Vraag 6
Klopt het dat er pas berichten verzonden worden na het stopzetten van de
huurtoeslag? Hoe verhoudt zich dat tot de belofte dat de huurtoeslag een maand
na de brief wordt stopgezet?
Vraag 7
Waarom heeft het zolang geduurd voordat bewoners werden geïnformeerd? Bent u
van mening dat een maand zeer kort is om een andere oplossing te vinden? Ziet u
mogelijkheden om brieven eerder te versturen en een langere overgangstijd te
gunnen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord op vragen 6 en 7
Nee, dat klopt niet. De belanghebbende ontvangt eerst bericht voordat de
huurtoeslag wordt beëindigd. In de casus die in de uitzending van Pauw aan de
orde kwam, is deze werkwijze abusievelijk niet gevolgd omdat de huurtoeslag al
was stopgezet voordat de belanghebbende hierover was geïnformeerd. Dit is
inmiddels rechtgezet.
Op grond van de wet- en regelgeving had de huurtoeslag voor vakantiewoningen
beëindigd moeten worden op het moment van inwerkingtreding van de wet. Voor
nieuwe huurders van vakantiewoningen is het sindsdien niet meer mogelijk om
huurtoeslag aan te vragen. Voor de zittende huurder van vakantiewoningen is,
vanwege de situatie dat er geen overzicht was van de toeslagontvangers in
vakantiewoningen, via de website van de Belastingdienst gemeld dat de
betreffende huurders bericht zouden krijgen van de beëindiging en dat de
huurtoeslag niet met terugwerkende kracht zou worden stopgezet. Binnenkort zal
de huurtoeslag bij de meeste bewoners van vakantiewoningen zijn beëindigd.
Daarom zal met ingang van 1 april 2018 de vanaf dat moment ontvangen
huurtoeslag voor een vakantiewoning worden teruggevorderd. Huurders van
vakantiewoningen kunnen terugvordering voorkomen door hun huurtoeslag zelf
per 1 april 2018 stop te zetten. Dit zal ook worden gecommuniceerd via de
website van de Belastingdienst/Toeslagen.
De termijn tussen aankondiging en stopzetting kan niet worden verlengd. Het is
een vaste termijn die gehanteerd wordt voor alle toeslagen. De wet- en
regelgeving biedt de Belastingdienst/Toeslagen geen mogelijkheid om hiervan af
te wijken.
1) Uitzending PAUW 13 september 2017, “Krista woont op een vakantiepark. Nu
krijgt zij geen huurtoeslag meer.” https://pauw.bnnvara.nl/media/376886