Bent u bekend met het bericht «Tuchtraad zet morrend punt achter schending bankierseed»?1
Deelt u de kritiek van de voorzitter van de Tuchtcommissie dat het bankentuchtrecht slechts beperkte mogelijkheden heeft om te beoordelen of een bankierseed wordt geschonden, bijvoorbeeld inzake witwaspraktijken of exorbitante loonsverhogingen?
Bent u het ermee eens dat het onwenselijk is wanneer het Tuchtrecht Banken niet tot een oordeel kan komen als gevolg van onvoldoende inzicht in het gedrag van (oud)medewerkers en bestuurders?
Welke mogelijkheden ziet u om bijvoorbeeld het Tuchtrecht Banken inzicht te geven in de toetsing door de De Nederlandsche Bank (DNB) op de betrouwbaarheid en/of geschiktheid van bestuurders?