De dominante marktpositie van Vlaamse mediabedrijven

Vragen van het lid Eppink (JA21) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over de dominante marktpositie van Vlaamse mediabedrijven (ingezonden 15 juni 2021).

Vraag 1

Heeft u reeds kennisgenomen van het overgrote marktaandeel van de Vlaamse mediabedrijven DPG en Mediahuis van 95 procent van alle Nederlandse kranten?1

Vraag 2

Bent u ervan op de hoogte dat Mediahuis en de Persgroep staatssteun van de Belgische overheid krijgen, zoals een btw-nultarief en gratis verzending door Bpost?

Vraag 3

Zijn er, vanwege deze Belgische staatssteun, bezwaren aan te merken op het aandeel van Vlaamse mediebedrijven in Nederland wat betreft oneerlijke concurrentie?

Vraag 4

Bent u van mening dat de mediaconcentratie van 95 procent van Nederlandse kranten onder slechts twee buitenlandse mediabedrijven kan leiden tot een dominante positie van deze mediabedrijven op de Nederlandse markt van regionale en landelijke bladen?

Vraag 5

Is het aannemelijk dat Mediahuis en de Persgroep politieke en sociale invloed kunnen uitoefenen op de Nederlandse samenleving?

Vraag 6

Beschrijft u de Nederlandse krantenmarkt als een eerlijk speelveld, aangezien Belgische staatssteun deze mediabedrijven van liquide middelen voorziet om acquisitie van Nederlandse kranten mogelijk te maken?

Vraag 7

Bent u van mening dat de regionale en landelijke kranten in Nederland beschermd moeten worden tegen oneerlijke concurrentie uit het buitenland?

Vraag 8

Bent u voornemens om door middel van Autoriteit Consument & Markt een onderzoek te initiƫren naar de dominante marktpositie van de Vlaamse mediabedrijven, die mogelijk op monopolistische wijze het politieke discours in handen hebben? Zo nee, waarom niet?

Vraag 9

Bent u voornemens om op een andere wijze de Nederlandse krantenmarkt eerlijker of bestendiger te maken tegen buitenlandse overnames van kranten?

Indiener(s)