Antwoord op vragen van het lid Kerseboom over de vervolging van de Syrisch-Orthodoxe monnik Aho in Turkije

Vragen van het lid Kerseboom (FvD) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de vervolging van de Syrisch-Orthodoxe monnik Aho in Turkije (ingezonden 12 april 2021).

Antwoord van Minister Blok (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 12 mei 2021).

Vraag 1

Kent u het bericht «Assyrische monnik in Turkse gevangenis omdat hij Koerden te eten gaf»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Bent u bereid om uw ambtgenoot in Turkije te benaderen over deze kwestie en er alles aan te doen om de veroordeling van de monnik in kwestie ongedaan te maken? Zo niet, waarom niet? Bent u in dat geval bereid iets anders te doen om de monnik vrij te krijgen?

Antwoord 2

De Nederlandse ambassade volgt net als enkele andere gelijkgestemde landen de ontwikkelingen in deze kwestie op de voet. In algemene zin dringt Nederland zowel bilateraal als in multilateraal verband er bij Turkije op aan om de rechtsstaat en de mensenrechten te respecteren, waaronder een eerlijke rechtsgang. Er loopt momenteel een hoger beroep procedure bij de Turkse rechter.

Vraag 3

Erkent u dat de positie van de christenen in Turkije met de dag slechter wordt?

Antwoord 3

De Europese Commissie constateert in haar laatste landenrapport over Turkije (2020) dat vrijheid van religie en levensovertuiging in het algemeen wordt gerespecteerd in Turkije, maar wijst op specifieke problemen en incidenten. Als voorbeelden noemt de Commissie de moord op een buitenlandse protestantse pastoor in november 2019, de uitzetting van enkele tientallen buitenlandse protestanten uit Turkije, langlopende claims rondom de teruggave van land aan de Syrisch-Orthodoxe gemeenschap en het ontbreken van een rechtspersoonlijke titel voor bepaalde religieuze gemeenschappen. Het kabinet onderschrijft deze constatering van de Commissie en de suggestie om de aanbevelingen van de Venetië-Commissie aan Turkije uit 2010 ten aanzien van religieuze minderheden uit te voeren.

Vraag 4

Wat gaat u doen om de positie van de christenen in het Midden-Oosten, en in dit geval specifiek in Turkije, te verbeteren?

Antwoord 4

Het kabinet zal zich zowel bilateraal als via diverse multilaterale fora in blijven zetten voor de vrijheid van religie en levensovertuiging, ook in het Midden-Oosten, waarbij het kabinet specifiek aandacht heeft voor individuen, waaronder christenen, die slachtoffer zijn van discriminatie en vervolging omwille van hun religie. Daarnaast financieren de Nederlandse ambassades met het Mensenrechtenfonds diverse projecten in het Midden-Oosten ter bevordering van de vrijheid van religie en levensovertuiging. In Irak, Libanon en de Palestijnse gebieden wordt er onder andere een project uitgevoerd waarbij aandacht is voor de bestrijding van discriminatie op grond van religie door lokale, nationale en religieuze autoriteiten en in de samenleving.

Ten aanzien van Turkije verwijs ik u naar het antwoord op vraag 3. Bovendien heeft Nederland ook in Turkije aandacht voor religieuze minderheden, waaronder christenen, onder andere in de vorm van mensenrechtenprojecten met religieuze gemeenschappen. Ook hebben de Nederlandse ambassade in Ankara en het Nederlandse Consulaat-Generaal in Istanbul met regelmaat contact met de vertegenwoordigers van de diverse religieuze gemeenschappen, inclusief vertegenwoordigers van christelijke gemeenschappen in Zuidoost-Turkije.

Vraag 5

Kunt u de gestelde vragen tijdig en afzonderlijk van elkaar beantwoorden?

Antwoord 5

Omdat de beantwoording van deze vragen gelijktijdig plaats vindt met de beantwoording van de aanvullende vragen van de leden Segers, van der Staaij, van Dijk en Mulder, is een kleine vertraging in de beantwoording opgetreden.


X Noot
1

Nederlands Dagblad, 8 april 2021), «Assyrische monnik in Turkse gevangenis omdat hij Koerden te eten gaf» (https://www.nd.nl/geloof/geloof/1029002/assyrische-monnik-in-turkse-gevangenis-omdat-hij-koerden-te-ete#).

Indiener(s)

Stef  Blok