Een noodfonds voor de culturele sector

Vragen van de leden Asscher (PvdA), Van den Berge (GroenLinks) en Kwint (SP) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over een noodfonds voor de culturele sector (ingezonden 16 april 2020).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Geen extra coronageld voor redding culturele sector»?1

Vraag 2

Klopt het dat er geen extra geld zal worden vrijgemaakt om de inkomstenderving van de culturele sector (berekend op ruim 1 miljard euro tot 1 juli 2020) als gevolg van de coronacrisis te compenseren? Zo ja, kunt u dit toelichten?

Vraag 3

Hoe vindt u het dat dat een derde van de podia en een kwart van de musea dreigt om te vallen als er niet voor 1 juni extra overheidssteun komt?

Vraag 4

Bent u zich bewust van het feit dat de door de overheid afgekondigde maatregel niet goed aansluit op de structuur van de arbeidsmarkt in de cultuur en creatieve sector?

Vraag 5

Deelt u de mening dat de Kunst- en Cultuursector niet ten onder mag gaan aan de coronacrisis en dat moet worden voorkomen dat de structurele basis van de culturele en creatieve sector wordt aangetast? Zo ja, welke maatregelen bent u van plan te nemen? Kunt u dit toelichten?

Vraag 6

Welke concrete acties en ideeën zijn ontwikkeld buiten de bestaande en voor deze sector niet toereikende maatregelen? Welke acties vloeien daaruit voort nu u stelt dat het voorjaarsseizoen verloren is2 en welke acties worden ondernomen om te voorkomen dat ook het najaarsseizoen verloren gaat?

Vraag 7

Bent u bekend met het het pleidooi voor een noodfonds voor de culturele sector?3

Vraag 8

Hoe oordeelt u over een noodfonds, zoals bepleit door deze partijen?

Vraag 9

Kunt u deze vragen beantwoorden voor 21 april 2020?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Kwint (SP), ingezonden 16 april 2020 (vraagnummer 2020Z06844).