Antwoord op vragen van het lid Krol over een WOB-verzoek met betrekking tot de correspondentie herindeling Groningen, Haren en Ten Boer

Hierbij bied ik u de antwoorden aan op de schriftelijke vragen die zijn gesteld door het lid Krol (Krol) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over een Wob-verzoek met betrekking tot de correspondentie herindeling Groningen, Haren en Ten Boer.

Deze vragen werden ingezonden op 5 oktober 2020 met kenmerk 2020Z17923.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,




drs. K.H. Ollongren

2020Z17923

Vragen van het lid Krol (Krol) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over een WOB-verzoek met betrekking tot de correspondentie herindeling Groningen, Haren en Ten Boer (ingezonden op 5 oktober 2020).

Vraag 1:

Is het u bekend dat de heer Van der Laan, lid van de Groninger Statenfractie van de Partij voor het Noorden, u op 7 juli jl. heeft verzocht op grond van de Wet openbaarheid van bestuur hem alle correspondentie te verstrekken die de schriftelijke beantwoording van de door mij ingediende schriftelijke vragen over herindeling in het algemeen en die van de gemeente Haren in het bijzonder mogelijk heeft gemaakt over de periode 27 mei 2020 tot 1 juli 2020?

Antwoord 1:

Ja, dat is mij bekend.

Vraag 2:

Is het u bekend dat de verzoeker op 9 september jl. per brief namens u werd bericht dat de verzoeker uiterlijk op 17 september jl. een beslissing op zijn verzoek zou krijgen, omdat de opschorting in verband met de zienswijzeprocedure was beëindigd?

Antwoord 2:

Ja, dat is mij bekend.

Vraag 3:

Kunt u toelichten waarom desondanks de verzoeker nog steeds geen beslissing op zijn verzoek heeft ontvangen? Kunt u aangeven wanneer verzoeker een beslissing mag verwachten?

Antwoord 3:

De verzoeker heeft op 6 oktober 2020 een beslissing op het verzoek ontvangen. In verband met het zomerreces kon het verzoek niet binnen de gebruikelijke termijn behandeld worden. Bij het voorliggende besluit was een derde partij betrokken die een zienswijze heeft ingediend op mijn voornemen deze documenten openbaar te maken. Latere vertraging is ontstaan door nadere interne afstemming. Het besluit op het Wob-verzoek en de stukken die als gevolg hiervan (deels) openbaar zijn gemaakt, zijn zoals gebruikelijk gepubliceerd op de website rijksoverheid.nl.[1]

Vraag 4:

Kunt u deze vragen met spoed beantwoorden, gezien het feit dat afgesproken termijnen niet worden nagekomen en verzoeker nu al ruim twee weken in het ongewisse wordt gelaten?

Antwoord vraag 4:

Ja.

[1]https://www.rijksoverheid.nl/documenten/wob-verzoeken/2020/10/06/besluit-wob-verzoek-over-kamervragen

Indiener(s)