Antwoord op vragen van de leden Wilders en Agema over het bericht dat de onderzoeker stelt dat bij de uitbraak van corona in een zorginstelling de ventilatie vrijwel zeker een rol heeft gespeeld.

Geachte voorzitter,

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de Kamerleden Wilders (PVV) en Agema (PVV) over het bericht dat de onderzoeker stelt dat bij de uitbraak van corona in een zorginstelling de ventilatie vrijwel zeker een rol heeft gespeeld.

(2020Z15065).

Hoogachtend,

de minister van Volksgezondheid,

Welzijn en Sport,

Hugo de Jonge

Antwoorden op Kamervragen van de Kamerleden Wilders (PVV) en Agema (PVV) over het bericht dat de onderzoeker stelt dat bij de uitbraak van corona in een zorginstelling de ventilatie vrijwel zeker een rol heeft gespeeld.

(2020Z15065)

1)

Wat is uw reactie op de conclusies van de onderzoeker in de uitzending van het televisieprogramma Op1 dat het vrijwel zeker is dat de ventilatie een rol speelde bij de besmetting met corona in een zorginstelling in Maassluis? (*)

Antwoord 1.

De conclusies van de onderzoeker worden niet gestaafd door de uitkomsten van het onderzoek dat de GGD Rotterdam-Rijnmond, afdeling Infectieziektebestrijding heeft uitgevoerd in samenwerking met Argos Zorggroep / De Tweemaster, Afdeling LCI (Landelijke Coördinatie Infectieziektebestrijding) en afdeling LCHV (Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid) – RIVM, Afdeling Viroscience, Erasmus MC, Afdeling Medische Microbiologie en Infectiepreventie - Franciscus Gasthuis en Vlietland en Ingenieursadviesbureau Sweco. Hieruit blijkt dat voor verspreiding binnen de instelling een aantal mogelijke routes aanwijsbaar is:

  1. a) onderlinge contacten tussen bewoners voordat bekend werd dat er sprake was van een uitbraak van COVID-19;
  2. b) verspreiding tussen medewerkers, enerzijds door niet optimaal PBM gebruik en anderzijds door het niet houden van 1,5 meter afstand tijdens gezamenlijke pauzes;
  3. c) mogelijk onvoldoende ventilatie, door afwijkende instellingen of uitschakeling van ventilatiesystemen.

2)

Wat is uw reactie op het feit dat het coronavirus in aanzienlijke mate werd aangetroffen op de ventilatieapparatuur?

Antwoord 2.

Het coronavirus is niet in aanzienlijke mate aangetroffen op de ventilatieapparatuur, integendeel, er is een hele lage hoeveelheid viraal RNA aangetroffen.

3)

Wat is uw reactie op het persbericht van de GGD Rotterdam-Rijnmond van diezelfde dag dat zij op basis van het onderzoek die conclusies niet waarschijnlijk achten? Op welke peer reviewed onderzoeken baseren zij dit?

Antwoord 3

Ik heb kennisgenomen van dit persbericht. Ik heb vernomen dat er uitbraak onderzoek heeft plaatsgevonden, sequencing onderzoek en onderzoek naar het functioneren van het ventilatie/klimaatsysteem. De conclusies die ook in de publieksversie zijn opgenomen zijn getrokken op basis van

hetgeen in die feitelijke onderzoeken gevonden is.

4)

Hoe kan de GGD Rotterdam-Rijnmond deze conclusies trekken als de onderzoeken nog niet openbaar zijn?

Antwoord 4.

De GGD Rotterdam-Rijnmond heeft deze onderzoeken, in samenwerking met een aantal partners, uitgevoerd zoals ik in antwoord op vraag 1 heb aangegeven. Dat betekent dat zij in staat waren conclusies te trekken.

5)

Per wanneer worden deze onderzoeken openbaar zodat de Kamer (de regering regeert en de Kamer controleert) haar controlerende taak kan uitvoeren?

Antwoord 5.

Ik heb de publieksversie van het onderzoek, die op de website van de GGD Rotterdam-Rijnmond is gepubliceerd, bijgevoegd.

Indiener(s)