Antwoord op vragen van het lid Baudet over het bericht dat de president van de Verenigde Staten de banden met de WHO verbreekt

Hierbij bied ik u de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Baudet (FvD) over het bericht dat de president van de Verenigde Staten de banden met de WHO verbreekt. Deze vragen werden ingezonden op 4 juni 2020 met kenmerk 2020Z10096.

De Minister voor Buitenlandse Handel

en Ontwikkelingssamenwerking,

Sigrid A.M. Kaag

[Ondertekenaar 2]

[Ondertekenaar 3]

[Ondertekenaar 4]

Antwoorden van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking op vragen van het lid Baudet (FvD) over het bericht dat de president van de Verenigde Staten de banden met de WHO verbreekt.

Vraag 1

Bent u ermee bekend dat de president van de Verenigde Staten heeft aangekondigd de banden met de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) te verbreken? [1]

Antwoord

Ja, ik ben bekend met de berichtgeving.

Vraag 3

Bent u het ermee eens dat de WHO zich zou moeten opstellen als een onafhankelijke organisatie en dus ook betrouwbare informatie die niet in lijn is met de informatie van de Chinese overheid deugdelijk zou moeten onderzoeken?

Antwoord

Ja. Dit is ook conform de taken die de WHO heeft in het kader van de Internationale Gezondheidsregeling (IHR). De WHO is hierbij wel afhankelijk van de medewerking van de lidstaten.

Vraag 2

Hoe beoordeelt u dat de WHO begin december 2019 betrouwbare informatie omtrent de verspreiding van het nieuwe coronavirus in Wuhan zou hebben genegeerd, omdat die informatie niet in lijn was met de officiële informatie van de Chinese overheid?

Vraag 4

Kunt u bevestigen dat de Taiwanese autoriteiten de WHO er al op 31 december 2019 over hebben geïnformeerd dat het nieuwe virus van mens op mens overdraagbaar zou zijn? Hoe beoordeelt u het dat de WHO deze informatie, vermoedelijk om politieke redenen, niet met de rest van de wereld heeft gedeeld?

Vraag 5

Wat vindt u ervan dat de WHO op 14 januari 2020 heeft beweerd dat het nieuwe coronavirus niet van mens op mens overdraagbaar zou zijn, terwijl Taiwan al eerder melding had gedaan van het tegendeel?

Vraag 6

Klopt het dat landen op grond van internationale gezondheidsrichtlijnen een risico op een gezondheidsnoodtoestand binnen 24 uur moeten rapporteren? Zo ja, hoe beoordeelt u dat China pas op 31 december 2019 melding deed van het nieuwe coronavirus, terwijl het daar al weken eerder van op de hoogte zou zijn geweest?

Vraag 7

Wat vindt u ervan dat de WHO onder druk van China (d.d. 21 januari 2020) op 22 januari 2020 heeft verklaard dat het nieuwe coronavirus niet zou moeten worden beschouwd als een noodtoestand?

Vraag 8

Wat vindt u ervan dat de WHO op 28 januari 2020 vol lof sprak over de «transparante» aanpak van het coronavirus door China, terwijl toen al voor de WHO bekend was dat China censuurmaatregelen had opgelegd aan artsen en instituties omtrent de publicatie van informatie over het virus?

Vraag 9

Hoe beoordeelt u dat de WHO veel lof had voor de reisbeperkingen die China had opgelegd om verspreiding van het virus tegen te gaan, maar tegelijkertijd kritiek had op het Amerikaanse besluit om reizen vanuit China te beperken?

Vraag 10

Wat vindt u ervan dat de WHO onder druk van China andere landen zou hebben opgeroepen om vooral geen beperkingen op te leggen voor vluchten uit China?

Vraag 12

Erkent u dat de WHO grote steken heeft laten vallen omtrent het coronavirus en dat er aanwijzingen zijn dat de WHO vooral in het belang van China gehandeld heeft?

Antwoord 2,4,5,6,7,8,9,10,12

Nederland steunt een onafhankelijke evaluatie van de internationale corona response, inclusief het handelen van de WHO, op een daarvoor geëigend moment wanneer de situatie onder controle is. Een oproep tot dit onderzoek is vastgelegd in een resolutie, die op 19 mei jl. door de World Health Assembly is aangenomen op initiatief van de EU, en ondersteund door 146 landen, inclusief China. De evaluatie zal het internationale handelen ten aanzien van de COVID-19 pandemie nader bekijken. Hieruit zullen lessen getrokken worden over de werkwijze van de WHO en lidstaten. Een dergelijke evaluatie is standaard beleid van de WHO aangaande gezondheidscrises. Het kabinet vindt het belangrijk dat de feiten in een onafhankelijk onderzoek, met gebruikmaking van de juiste en onafhankelijke expertise, worden beoordeeld en vindt het niet wenselijk hier nu op vooruit te lopen.

Er is onlangs een eerste interim rapport over de COVID-response gepubliceerd van de hand van het Independent Oversight and Advisory Committee (IOAC) van het WHO Health Emergencies Programme. Het IOAC stelt dat de WHO volgens de Internationale Gezondheidsregeling (IHR) heeft gehandeld in reactie op COVID-19 uitbraak. Het IOAC stelt verder dat nader onderzoek naar het handelen van de WHO nuttig kan zijn, maar waarschuwt ervoor dat dit niet gedaan moet worden midden in de strijd tegen de pandemie. Dit kan slagkracht van de WHO in de COVID-19 crisis ernstig verstoren. Het kabinet sluit zich hierbij aan en is van mening dat de focus nu moet blijven op het bestrijden van het virus, waar de WHO een essentiële coördinerende rol in speelt.

Nederland steunt de WHO in de strijd tegen het virus, onder andere door de eerder bekendgemaakte extra bijdrage aan de organisatie (Kamerstuk 33625, nr. 293), en zal zich samen met EU-lidstaten ervoor blijven inzetten dat de rol van de WHO en het multilaterale systeem gewaarborgd blijft tijdens deze mondiale gezondheidscrisis.

Vraag 11

Hoe beoordeelt u de beschuldigingen van diverse Afrikaanse landen aan het adres van China, over discriminatie van Afrikanen in China bij de aanpak van het coronavirus?

Antwoord

Het kabinet heeft kennisgenomen van zorgwekkende berichten over de bejegening van Afrikanen en andere buitenlanders in China bij de aanpak van het coronavirus aldaar, en constateert dat verschillende Afrikaanse overheden en anderen, waaronder de EU, zich hierover richting de Chinese overheid hebben uitgesproken. Het kabinet keurt discriminatie in alle gevallen af.

Vraag 13

Hoeveel Nederlands belastinggeld gaat er jaarlijks naar de WHO? Aan de hand waarvan wordt de hoogte van dit bedrag door de regering bepaald?

Antwoord

In 2019 is er vanuit het budget voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking EUR 24,5 miljoen bijgedragen aan de WHO. Voor 2020 is deze bijdrage EUR 34,5 miljoen. De verhoging ten opzichte van 2019 is gerelateerd aan de extra bijdragen die de organisatie zal ontvangen voor de COVID-19 response, inclusief de EUR 7,5 miljoen waarover uw Kamer eerder geïnformeerd is (Kamerstuk 33625, nr. 293). Bijdragen aan VN-organisaties, waaronder de WHO, worden bepaald aan de hand van Nederlandse beleidsprioriteiten, en de appreciatie van het kabinet van het functioneren van de organisaties.

Daarnaast financiert het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport het werk van de WHO met een jaarlijks bedrag van ongeveer EUR 3,9 mln.; een deel hiervan gaat naar samenwerking met het Europese regio-kantoor en Nederlandse kennisinstituten.

Vraag 14

Steunt Nederland de WHO onvoorwaardelijk? Zo nee, welke voorwaarden zijn verbonden aan de Nederlandse steun voor de WHO?

Vraag 15

Bent u bereid de Nederlandse steun aan de WHO op te schorten, totdat na onafhankelijk onderzoek is komen vast te staan dat de WHO onafhankelijk en betrouwbaar functioneert?

Antwoord 14,15

Het kabinet acht het van groot belang voor de bestrijding van de pandemie dat de WHO haar cruciale werk blijft voortzetten, en wacht de bevindingen van de onafhankelijke evaluatie af. Indien er aantoonbaar bewijs is over ernstige misstanden of het niet functioneren van een VN-organisatie kan het kabinet (de hoogte van) haar bijdragen aan deze organisatie heroverwegen of (al dan niet tijdelijk) opschorten.

Indiener(s)