Antwoord op vragen van de leden Bisschop, Geurts, Baudet en Moorlag over de tariefverhogingen van Rendac

AH 3329

2020Z07399

Antwoord van minister Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 29 juni 2020)

Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019-2020, nr. 2672

1

Heeft u kennisgenomen van de kritiek van de Land- en Tuinbouworganisatie Nederland, de Producentenorganisatie Varkenshouderij en de Nederlandse Melkveehoudersvakbond op de recente verhoging van de tarieven voor het ophalen van kadavers door Rendac? 1) 2) 3)

Antwoord

Ja.

2

Hoe verklaart u de verdubbeling van de tarieven per eenheid dieren in de afgelopen jaren ten opzichte van de tarieven in de periode 2011-2016?

Antwoord

De tarieven worden door Rendac[1] berekend op basis van de werkelijke kosten verminderd met de verkoopopbrengsten van eindproducten uit het destructieproces. Belangrijke oorzaken die Rendac heeft aangeven bij de verhogingen in de afgelopen jaren waren:

-stijging van de brandstof-, energie- en onderhoudskosten, stijging van de lonen en inflatie in het algemeen;

-daling van de opbrengsten uit de verwerking van de kadavers voor diermeel en vetten;

-daling opbrengst huiden;

-de schaalvergroting in de veehouderij en de daarmee samenhangende afbouw van het aantal veehouders. Hierdoor moeten bepaalde vaste kosten van Rendac door minder veehouders worden opgebracht.

3

Hoe verklaart u de verhoging van de tarieven per stop in 2020 ten opzichte van 2018 met 20% (regulier) tot 35% (gepland)?

Antwoord

De belangrijkste oorzaak van de stijging is dat de tarieven voor 2018 gebaseerd waren op 590.000 stops en dat Rendac voor de tarieven voor 2020, mede na overleg met de sectoren en het Ministerie van LNV, is uitgegaan van 500.000 stops. De aanname hierbij is dat er sprake is van een daling in het aantal veehouders ten opzichte van 2018. Door uit te gaan van minder stops moeten bepaalde vaste kosten over een lager aantal stops worden omgeslagen.

In absolute zin is geen sprake van hogere transportkosten. Die zijn over die periode ongeveer gelijk gebleven aan ca. € 11 miljoen per jaar.

4

Kunt u nader inzicht geven in de onderbouwing van de tarieven voor 2020 en bijbehorende tariefwijzigingen?

Antwoord

De tarieven 2020 zijn door Rendac berekend conform de afspraken die hierover met het Ministerie van LNV zijn gemaakt. De controle of afspraken worden nagekomen vindt plaats door de externe accountant van Rendac en de ADR. Voor de tarieven 2020 heb ik daarnaast ook zelf inzage gekregen in de berekeningen van Rendac en daarbij vastgesteld dat de afspraken zijn nageleefd. De verkregen bedrijfsvertrouwelijke informatie kan ik niet delen met derden.

5

Kunt u een overzicht van de ontwikkeling van de destructietarieven per diercategorie gedurende de jaren 2014 tot en met 2020 aan de Kamer beschikbaar stellen?

Antwoord

De destructietarieven worden jaarlijks in de Staatscourant gepubliceerd, in de bijlage vindt u deze voor de periode van 2014 t/m 2020.

6

Hoe weegt u de tariefverhogingen in het licht van de conclusie uit eerder onderzoek dat Rendac een te hoge ondernemersvergoeding in rekening bracht? 4)

Antwoord

De hoogte van de ondernemings- of vermogenskostenvergoeding heeft geen invloed gehad op de tariefstijging.

De hoogte ervan is gerelateerd aan de renteontwikkeling van staatsobligaties en een risico-opslag daarop. Aangezien de rente op staatsobligaties de afgelopen jaren flink is gedaald, is daarmee ook het percentage voor de ondernemingsvergoeding navenant lager geworden. In het kader van de huidige actualisatie van de afspraken tussen de Staat en Rendac komt herijking van het vergoedingspercentage ook aan de orde.

7

Heeft u, zoals aanbevolen door Rebel, sterkere efficiëntieprikkels ingebouwd om ervoor te zorgen dat Rendac werk maakt van het verlagen van kosten? Zo ja, hoe? 5)

Antwoord

In de bestaande afspraken met Rendac is een efficiëntieprikkel ingebouwd voor de transportkosten. Maar zoals Rebel aangeeft kan een efficiëntieprikkel ook leiden tot hogere winsten voor de ondernemer dan dat het geval zou zijn bij een kostprijsplus model. Dit vraagstuk is één van de elementen van de nieuw te maken afspraken tussen de Staat en Rendac. Van een commercieel bedrijf zoals Rendac wordt verwacht dat het zijn processen efficiënt uitvoert. De wettelijke taken lopen in deze processen mee.

8

Hoe waardeert u de onvrede van de sectororganisaties over de mate van inzicht in de cijfers die Rendac aanlevert over kosten en opbrengsten?

Antwoord

Ik begrijp deze onvrede. Per slot van rekening moeten de dierhouders de tarieven betalen en hebben ze het gevoel te weinig grip op de totstandkoming te hebben. De sectoren hebben o.a. via de werkgroep kadavertarieven wel de gelegenheid informatie van Rendac te krijgen. In deze werkgroep deelt Rendac gegevens via zogenaamde transparantie indicatoren. Het gaat dan bijvoorbeeld over de verwachte opbrengsten van diermelen en diervetten en de kosten voor transport en verwerking.

De inzet bij de gesprekken die ik momenteel met Rendac voer is om de transparantie van de tariefsopbouw zowel voor LNV als de sectoren te optimaliseren. Hiermee kan ik tegemoet komen aan de wens van de sectoren om een beter inzicht hierin te krijgen.

9

Op welke wijze geeft u inzicht in de opbrengstcijfers van Rendac?

Antwoord

Ik kan geen inzicht in cijfers van Rendac geven, maar zorg dat de afspraken die met Rendac zijn gemaakt duidelijk zijn en worden gerespecteerd. Wanneer de onderbouwing van door Rendac voorgestelde tarieven in lijn met deze afspraken en uitgangspunten is, dan keur ik deze in principe goed. Hiermee wordt beoogd te borgen dat er niet meer betaald wordt dan nodig en de dienstverlening van Rendac conform is aan het in de regelgeving bepaalde. De cijfers die de ADR of ik ter controle bij Rendac kunnen inzien zijn bedrijfsvertrouwelijk en mogen daarom niet worden gedeeld met derden.

10

Op welke wijze heeft Rendac de onderbouwing van de tarieven besproken met de veehouderijorganisaties en hobbydierhouders conform de afspraken die in 2014 zijn vastgesteld om de transparantie te bevorderen?

Antwoord

De tarieven worden minimaal tweemaal per jaar door Rendac met de sectoren en mij besproken in de werkgroep kadavertarieven. Dit wordt gedaan aan de hand van zogenaamde “transparantie indicatoren”, waarbij de verwachte ontwikkelingen voor het komende jaar worden gepresenteerd. De transparantie indicatoren zijn in nauwe samenwerking met de sectoren bepaald. Sectoren krijgen in de werkgroep kadavertarieven de mogelijkheid kritische vragen te stellen over de door Rendac gehanteerde aannames voor de nieuwe tarieven.

Zo nodig worden aannames, zoals de inschatting van het aantal stops en te verwerken tonnages, aangepast en vervolgens opnieuw doorgerekend door Rendac.

11

Klopt het dat u richting de landbouworganisaties slechts zeer beperkt inzicht geeft in de onderbouwing van de tarieven? Zo ja, kunt u uitgebreid toelichten waarom meer transparantie gelet op de monopolypositie van Rendac juridisch niet mogelijk zou zijn?

Antwoord

Zie de antwoorden op de vragen 9 en 10. Ik of de ADR kunnen de landbouworganisaties vanwege de in het antwoord op vraag 9 aangegeven redenen ook geen inzage bieden in de cijfers die zij van Rendac krijgen.

12

Bent u bereid om te zorgen voor meer transparantie bij het vaststellen van de destructietarieven door sectoren en hobbydierhouders meer en beter inzicht te geven in de kosten en opbrengsten van Rendac? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

Ja. Ik voer momenteel het gesprek met Rendac over de actualisatie van de afspraken onder meer met als doel een optimalisatie van de transparantie bij het vaststellen van de destructietarieven.

13

Klopt de veronderstelling dat de Kamer nog niet is geïnformeerd over de uitkomsten van het overleg met stakeholders over herinrichting van de destructiemarkt, zoals eerder toegezegd is? 6)

Antwoord

In de brief die op 26 oktober 2015 door de toenmalige Staatssecretaris van EZ aan uw Kamer is gestuurd staat onder meer dat gegeven de risico’s die gemoeid zijn met het herinrichten van de destructiemarkt, er eerst op basis van de opgestelde rapporten overleg gevoerd zou worden met de verschillende stakeholders en daarna een gewogen besluit genomen zou worden. Op basis van die gesprekken met stakeholders is toen het besluit genomen om deze markt voorlopig niet te liberaliseren. Omdat dit besluit niet heeft geleid tot een aanpassing van de bestaande situatie is uw Kamer daarover destijds niet expliciet nader geïnformeerd.

14

Wat is de stand van zaken van het overleg met stakeholders over herinrichting van de destructiemarkt?

Antwoord

Zie het antwoord op de vorige vraag. Hierover loopt momenteel geen overleg met de stakeholders. Wel is het plan om binnenkort met de sector het gesprek aan te gaan over de markt voor destructie op de middellange termijn.

15

Op welke wijze heeft de conclusie uit eerder onderzoek dat Rendac een te hoge ondernemersvergoeding in rekening brengt zijn weerslag gekregen in de overeenkomst tussen het Rijk en Rendac?

Antwoord

Conclusie van het rapport van Rebel (2015) was ook dat herijking van het vergoedingspercentage periodiek maar ook niet te vaak moet plaats vinden. Herijking wordt onderdeel van de nieuwe afspraken die momenteel met Rendac worden gemaakt. Zie ook antwoord op vraag 6.

16

Wat is, gelet op voorgaande punten, uw inzet in het traject ‘om de afspraken met Rendac over de te hanteren uitgangspunten bij de toerekening van kosten en opbrengsten, alsmede de te verstrekken informatie, met ingang van 2020 te actualiseren’? 7)

Antwoord

Ik ben daarover momenteel in gesprek met Rendac. Dit gesprek moet leiden tot nieuwe afspraken tussen de Staat en Rendac. Deze gesprekken zijn vertrouwelijk en het is niet in het belang van de uitkomst, om gedurende de gesprekken daarover nu nadere informatie te geven.

17

Kunt u aangeven in hoeverre in omliggende landen als België en Duitsland de overheid een deel van de destructiekosten voor haar rekening neemt?

Antwoord

In België en in een aantal Duitse deelstaten neemt de overheid een deel van de destructiekosten voor haar rekening.

18

Hoe waardeert u de oproep van de landbouworganisaties om de tarieven voor 2020 te bevriezen op het niveau van 2019 totdat er meer transparantie is en een nieuwe overeenkomst afgesloten kan worden, en om de kosten voor de sector te plafonneren?

Antwoord

Ik heb de mogelijkheid om de door Rendac voorgestelde tarieven niet goed te keuren indien de tarieven hoger zijn dan noodzakelijk, uitgaande van een redelijke toerekening van totale kosten en opbrengsten. Zoals in het antwoord op vraag 4 aangegeven, is dit niet het geval. 

De tarieven behelzen 2 componenten:

  1. De verwerkingskosten per dier. Deze kosten dalen gemiddeld met 4% in 2020. Deze daling moet ten gunste komen van de aanbieders van aangewezen dierlijke bijproducten die door Rendac worden opgehaald en verwerkt.
  2. Transportkosten per stop. De transportkosten per stop stijgen uitsluitend omdat er in de voorcalculatie van de tarieven is uitgegaan van een daling van het aantal stops van 580.000 in 2019 naar 500.000 in 2020. Hierdoor zullen vaste kosten van Rendac moeten worden omgeslagen over een beperkter aantal stops, waardoor het tarief per stop stijgt.

Indien de stoptarieven zouden worden bevroren op het niveau van 2019 zou dit betekenen dat Rendac het tekort dat hierdoor ontstaat, mag doorberekenen in de toekomstige tarieven voor 2022. Dit is een ongewenste situatie omdat de aanbieders van kadavers in 2022 zouden moeten opdraaien voor kosten van aanbieders die inmiddels met hun bedrijf gestopt zouden kunnen zijn. Deze optie had niet de voorkeur van alle sectoren.

Om bovengenoemde redenen is niet gekozen voor het bevriezen van de tarieven op het niveau van 2019.

1) Melkvee, 20 april 2020, LTO en NMV boos over zoveelste verhoging Rendac-tarieven: https://www.melkvee.nl/artikel/245456-lto-en-nmv-boos-over-zoveelste-verhoging-rendac-tarieven

2) PIGBUSINESS, 19 april 2020, POV en LTO boos over zoveelste verhoging Rendac-tarieven: https://www.pigbusiness.nl/artikel/245415-pov-en-lto-boos-over-zoveelste-verhoging-rendac-tarieven

3) LTO, 17 april 2020, LTO en POV niet akkoord met voorgestelde Rendac-tarieven 2020: https://www.lto.nl/lto-en-pov-niet-akkoord-met-voorgestelde-rendac-tarieven-2020/

4) Brief (incl. bijlagen) van de Staatssecretaris van Economische Zaken, 26 oktober 2015, Onder-zoeksrapporten destructiemarkt: Kamerstuk 34 300 XIII, nr. 62

5) Brief (incl. bijlagen) van de Staatssecretaris van Economische Zaken, 26 oktober 2015, Onder-zoeksrapporten destructiemarkt: Kamerstuk 34 300 XIII, nr. 62

6) Brief (incl. bijlagen) van de Staatssecretaris van Economische Zaken, 26 oktober 2015, Onder-zoeksrapporten destructiemarkt: Kamerstuk 34 300 XIII, nr. 62

7) Auditdienst Rijk, 18 oktober 2019, Review controleverklaring BDO bij financiële verantwoording Rendac over 2018  

[1] Raadpleegbaar via tweedekamer.nl

Indiener(s)