Antwoord op vragen van het lid Kerstens over een bonus voor zorgverleners

Geachte voorzitter,

Hierbij zend ik u, mede namens de minister van Financiën, de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Kerstens (PvdA) over een bonus voor zorgverleners (2020Z09540).

Hoogachtend,

de minister van Volksgezondheid,

Welzijn en Sport,

Hugo de Jonge

Antwoorden op Kamervragen van het Kamerlid Kerstens (PvdA) over een bonus voor zorgverleners (2020Z09540).

Vraag 1.

Herinnert u zich dat de Tweede Kamer al op 19 maart jongstleden heeft aangedrongen op een bonus voor alle zorgverleners 1) en dat inmiddels meer dan twee maanden zijn verstreken? Begrijpt u dat het feit dat betrokkenen nog steeds niet weten ‘hoe en wat’ tot toenemende onvrede bij hen leidt en het gevoel dat ze onvoldoende worden gewaardeerd, versterkt? 2)

Vraag 2.

Wilt u het net zover laten komen als in België, waar de premier door zorgverleners demonstratief de rug werd toegekeerd? 3)

Vraag 3.

Bent u bereid nu op zeer korte termijn helderheid te verschaffen over de hoogte van bedoelde bonus en deze snel tot uitbetaling te laten komen aan alle zorgverleners?

Antwoord op vragen 1 t/m 3

De mensen in de zorg hebben de afgelopen maanden een buitengewone prestatie geleverd. Net als uw Kamer wil het kabinet dat er een financiële vorm van waardering komt voor de zorgverleners die zich de afgelopen tijd zo ongelofelijk hard hebben ingespannen.

We zijn daartoe bezig te onderzoeken hoe die waardering eruit moet komen te zien. Zoals ik tijdens het debat van 4 juni 2020 over het coronavirus al met u heb gedeeld is de uitwerking van vorm en inhoud van de bonus echt een ingewikkelde klus. Wat ons betreft moet die beloning rechtvaardig, evenwichtig en goed uitvoerbaar zijn. Daarom vinden we het belangrijk om de vakbonden en zorgwerkgevers goed te betrekken. Hiertoe hebben we, zoals ik u in het nota-overleg care van 15 juni 2020 gemeld heb, een onafhankelijke verkenner benoemd. Deze verkent met vakbonden en zorgwerkgevers hoe deze beloning nader vorm en inhoud kan worden gegeven.

Ik hoop de Kamer en vooral de mensen in de zorg over enkele weken te kunnen melden hoe de beloning er uit gaat zien.

Vraag 4.

Deelt u de mening dat zorgverleners ook structureel beter zouden moeten worden beloond? Zo nee, waarom niet? Zo ja, bent u dan bereid daar extra geld voor uit te trekken?

Antwoord 4

Werknemers in de zorg doen belangrijk en verantwoordelijk werk. Daar mag, of beter gezegd, daar moet ook een fatsoenlijke beloning tegenover staan.

Om een concurrerende salarisontwikkeling mogelijk te maken, stel ik jaarlijks de overheidsbijdrage in de arbeidskostenontwikkeling beschikbaar. Voor 2020 bedraagt deze bijdrage ongeveer € 1,1 miljard. De beschikbare arbeidsvoorwaardenruimte vertaalt zich uiteindelijk in de cao’s die in de sector worden afgesloten. De afgelopen periode zijn goede cao’s afgesloten. Bijvoorbeeld bij de ziekenhuizen (loonsverhoging van 5% in per 1 januari 2020) en bij de VVT (loonverhoging van 3,5% per 1 juni 2020). In meerjarig perspectief zie je ook terug dat de loonstijgingen in de zorg in de pas lopen met die in de markt en overheid.

1) Kamerstuk 25295, nr. 171

2) NU'91, 20 mei 2020(https://www.nu91-leden.nl/news/NU'91_dringt_aan_op_bonus_voor_zorgmedewerkers&id=2052) en FNV, 12 mei 2020

(https://www.fnv.nl/nieuwsbericht/sectornieuws/zorg-welzijn/2020/05/meer-dan-applaus-voor-zorgpersoneel)

3) HLN, 16 mei 2020

(https://www.hln.be/in-de-buurt/brussel/-politiek-keert-ons-ook-voortdurend-de-rug-toe-wilmes-ijskoudonthaald-aan-brussels-ziekenhuis~a235e363)

Indiener(s)