Antwoord op vragen van het lid Baudet over het fysiek bijwonen van Provinciale Statenvergaderingen gedurende de coronacrisis

2020Z05467

Vragen van het lid Baudet (FvD) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het fysiek bijwonen van Provinciale Statenvergaderingen gedurende de coronacrisis (ingezonden 23 maart 2020) 

Vraag 1:
Kent u de oproep van de Commissaris van de Koning (CdK) van Flevoland aan de Flevolandse Statenleden (met kenmerk 2575627) om op woensdag 25 maart alsnog fysiek de Provinciale Statenvergadering bij te wonen, nadat deze vergadering eerst was geannuleerd?

Vraag 2:
Bent u bekend met het feit dat onder andere de herbenoeming van de CdK dan op de agenda staat?

Antwoord 1 en 2:

Ik heb begrepen dat de vergadering aanvankelijk doorgang zou hebben vanwege onderwerpen met een groot economisch belang. Daarnaast stonden er enkele hamerstukken op de agenda zoals voorgesteld door de procedurecommissie, waaronder het vaststellen van de verordening op de vertrouwenscommissie ten behoeve van de herbenoeming van de commissaris van de Koning.

Inmiddels heb ik het signaal ontvangen dat provinciale staten van Flevoland hebben besloten alle fysieke vergaderingen tot nader order uit te stellen, dit in verband met het corona-virus.

Vraag 3:
Hebt u signalen ontvangen dat er binnenkort nog meer Provinciale Statenvergaderingen doorgang zullen vinden? Zo ja, in welke provincie(s)?

Antwoord 3:

Ik heb geen signalen in die richting ontvangen.

Vraag 4:
Deelt u de opvatting dat overheden in deze tijd het goede voorbeeld moeten geven, aangezien alle Nederlanders is gevraagd hun activiteiten de komende weken drastisch in te perken ten behoeve van de volksgezondheid?

Vraag 5:
Hoe verhouden de risico’s voor de volksgezondheid zich tot het verzoek van een CdK om de Statenleden fysiek bijeen te laten komen?

Vraag 6:
Bent u bereid om de CdK’s te instrueren alle Provinciale Statenvergaderingen die niet met de coronacrisis te maken hebben uit te stellen, inclusief eventuele herbenoemingen van CdK’s?

Vraag 7:
Bent u bereid contact op te nemen met een CdK met wie u van mening verschilt over het doorgang laten vinden van een Provinciale Statenvergadering? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4, 5, 6 en 7:

Indachtig de richtlijnen van het RIVM en de maatregelen van het kabinet, heeft het ministerie van BZK decentrale overheden opgeroepen slechts indien strikt noodzakelijk ter besluitvorming in fysieke vergadering bijeen te komen. Het beeld is dat aan die oproep breed gehoor wordt gegeven. Maar er zijn uitzonderingen denkbaar, zoals de bestrijding van het corona-virus maar ook aangelegenheden die van een groot economisch belang zijn.

Uiteindelijk is de beslissing om al dan niet te vergaderen aan provinciale staten, als democratisch gekozen orgaan, en niet aan de commissaris van de Koning of de minister van BZK. Ik heb er alle vertrouwen in dat provinciale staten hier in de huidige situatie verantwoorde keuzes in maken. Daarbij wijs ik erop dat zij ook voor een digitale beraadslaging kunnen kiezen. In een digitale beraadslaging kan echter niet gestemd worden. Wel is het zo dat als over een voorstel geen stemming wordt gevraagd, het voorstel is aangenomen (artikel 32 lid 3 Provinciewet). Indien ten minste één lid om stemming vraagt, dient alsnog een fysieke vergadering te worden gehouden om over het voorstel te kunnen stemmen.

Vraag 8:
Bent u bereid om te werken aan de wettelijke mogelijkheid voor provincies om de besluitvorming digitaal plaats te laten vinden, in het geval dat de huidige crisismaatregelen worden verlengd? Zo ja, wanneer wordt dit voorstel verwacht? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 8:

De Provinciewet gaat uit van fysieke openbare statenvergaderingen; dit is en blijft een belangrijk uitgangspunt in ons staatsrecht. Provinciale staten staan als rechtstreeks gekozen volksvertegenwoordiging aan het hoofd van de provincie. Zij stellen de algemeen verbindende voorschriften en de begroting vast, benoemen de gedeputeerden en bepalen de hoofdlijnen van het beleid. De openbaarheid van hun vergaderingen en het stemmen zonder last zijn in de Grondwet vastgelegd; beide komen in een fysieke vergadering het best tot hun recht.

Digitale besluitvorming door provinciale staten is thans juridisch niet mogelijk. Ik ben echter van mening dat daar in deze uitzonderlijke omstandigheden een tijdelijke uitzondering op moet komen, mits de openbaarheid van statenvergaderingen behouden blijft en voor zolang een openbare fysieke vergadering niet of niet goed mogelijk is, teneinde de continuïteit van het bestuur en de rechtmatigheid van besluitvorming te waarborgen. Met het oog op de vele gewichtige maatschappelijke opgaven is het van groot belang dat het openbaar bestuur zoveel mogelijk blijft functioneren. Afgaande op de eerste signalen vorige week, heb ik de voorbereidingen voor een tijdelijke voorziening direct ter hand genomen. Een daartoe strekkend wetsvoorstel zal Uw Kamer zo spoedig mogelijk bereiken.

 

Vergaderingen van gedeputeerde staten zijn besloten. De besluiten die gedeputeerde staten (of de afzonderlijke leden in mandaat) nemen, hebben een overwegend voorbereidend en uitvoerend karakter. Dat maakt dat voor gedeputeerde staten digitale besluitvorming op grond van de Provinciewet thans al mogelijk is. Mijn ministerie heeft vorige week overigens direct in voorlichting over de bestaande mogelijkheden voorzien.

Zie ook mijn antwoord op de vragen van het lid Kuiken (PvdA) over digitale besluitvorming in gemeenten en provincies (2020Z05461).

 

Indiener(s)