Antwoord op vragen van het lid Futselaar over de ontstane situatie in het hoger onderwijs als gevolg van de uitbraak van het corona-virus

 

Antwoorden op de schriftelijke vragen van het lid Futselaar van de Tweede Kamer der Staten-Generaal aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de ontstane situatie in het hoger onderwijs als gevolg van de uitbraak van het corona-virus (ingezonden d.d. 18 maart 2020).

 

1)

Wat is de algemene stand van zaken met betrekking tot het onderwijs op afstand en in hoeverre ondersteunt het ministerie de instellingen hierbij? In hoeverre komen er bij het ministerie verzoeken van instellingen binnen die vragen om aanpassing van de regels omtrent (afstands)onderwijs?

 

Ik weet dat alle instellingen momenteel druk bezig zijn om onderwijs op afstand te organiseren. Ik ben hier ook op dit moment over in gesprek met de VSNU, de Vereniging Hogescholen en de NRTO, de vakbonden en de studentenbonden. Voor het overige verwijs ik u naar mijn brief over de COVID-19 aanpak hoger onderwijs die ik heden aan uw Kamer heb gezonden.

 

2)

In hoeverre worden studenten die studievertraging oplopen tegemoet gekomen? Op welke wijze worden zij in staat gesteld om tentamens en hertentamens op een later tijdstip te maken? Bent u daarnaast bereid om te kijken of de harde knip, die stelt dat je pas aan een masteropleiding kunt beginnen als je je bacheloropleiding hebt afgerond, onder strikte voorwaarden los te laten? Zo nee, waarom niet en welke maatregelen gaat u nemen?

 

Instellingen hebben de inspanningsverplichting om te zorgen dat studenten zo min mogelijk nadeel ondervinden van de situatie, door alternatieve oplossingen te bieden en onderwijsactiviteiten zoveel mogelijk op een later moment of op andere wijze te organiseren. Dit geldt ook voor het maken van (her)tentamens. Ik weet dat instellingen hier momenteel hun uiterste best voor doen. Voor het overige verwijs ik u naar mijn brief over de COVID-19 aanpak hoger onderwijs die ik heden aan uw Kamer heb gezonden.

 

3)

Bent u bereid om, in navolging van de Hogeschool Rotterdam, andere hogescholen en universiteiten te vragen het bindend studieadvies op te schorten?

 

Zo nee, hoe gaat u er dan voor zorgen dat studenten niet worden weggestuurd vanwege studievertraging naar aanleiding van de uitbraak van het coronavirus?

Voor de antwoorden op deze vragen verwijs ik u naar mijn brief over de COVID-19 aanpak hoger onderwijs die ik heden aan uw Kamer heb gezonden.

 

 

4)

Op welke wijze gaat u studenten tegemoet komen die vanwege de uitbraak van het coronavirus langer over hun studie doen en daardoor ook langer moeten lenen? Bent u bereid studenten enige korting op hun studieschuld te geven in het geval dat studenten meer lenen? Zo nee, welke oplossing ziet u voor deze groep studenten?

 

Studenten zullen door het afbreken van hun uitwisseling tegen allerlei vragen aanlopen, zowel financiële als andere vragen bijvoorbeeld over hun studievertraging. Studenten die vragen hebben over hulp bij opgelopen studievertraging kunnen op een aantal plekken terecht voor antwoorden.

Allereerst is op veel vragen antwoord te vinden in beschikbaar gestelde Q&A’s

voor het hoger onderwijs op de website van de Rijksoverheid: https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/coronavirus-covid-19/veelgestelde-vragen-over-coronavirus-en-het-onderwijs/vragen-over-hoger-onderwijs.

 

DUO wijst daarnaast op de mogelijkheid om tijdelijk per maand meer te lenen. Dat kan ook met terugwerkende kracht, tot aan het begin van het studiejaar. Ook kunnen studenten nog collegegeldkrediet aanvragen. Zij kunnen dit zelf regelen in mijnDUO. Mocht dit onvoldoende zijn, kunnen zij contact opnemen met DUO over de mogelijkheden. DUO betracht maximale coulance richting studenten die met financiële tegenslagen kampen door de coronamaatregelen.

 

Ten slotte is mijn ministerie in contact met de studentenorganisaties LSVb en ISO, langs welke weg tevens vragen van studenten worden beantwoord vanuit het ministerie.

Op het moment wordt gewerkt aan het beschikbaar stellen van Q&A’s op de website van de Rijksoverheid in het Engels; deze zullen op korte termijn beschikbaar zijn.

 

5)

Kunnen studenten daarnaast aanspraak maken op het profileringsfonds vanwege studievertraging door uitbraak van het coronavirus? Zo ja, hoe gaat u voorkomen dat er grote verschillen tussen instellingen gaan ontstaan als het gaat om tegemoetkoming uit het profileringsfonds?

 

Wettelijk kunnen studenten aanspraak maken op het profileringsfonds indien ze vanwege bijzondere omstandigheden studievertraging oplopen. Het is aan instellingen om verstandig om te gaan met de toekenning van de middelen uit het profileringsfonds.

 

Ik ben op dit moment in gesprek met de VH en VSNU over wat de huidige situatie betekent voor het profileringsfonds.

 

6)

In hoeverre brengt u de vragen en antwoorden onder de aandacht van studenten en instellingen en bent u ook voornemens om deze vragen en antwoorden in andere talen beschikbaar te stellen?

 

Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik naar mijn antwoord op vraag 4.

 

7)

Bent u bereid met instellingen en verhuurders te kijken of er soepel met huurovereenkomsten kan worden omgegaan, omdat sommige studenten, met name internationale studenten, slechts beperkte tijd hier studeren en daarom ook beperkte contracten hebben?

 

Zoals gemeld in mijn brief over de COVID-19 aanpak hoger onderwijs die ik heden aan uw Kamer heb gezonden, roep ik verhuurders op om coulance te betrachten richting huurders die door COVID-19 maatregelen tegen financiële problemen aanlopen

Indiener(s)