|
||||||||||||||||||
Antwoorden op de vragen van het lid Van Nispen (SP) aan de minister voor Rechtsbescherming over de verbeteringen voorgesteld door de Vereniging Advocatenbelangen
(ingezonden 31 januari 2020, nr. 2020Z01747)
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de brief van Vereniging Advocatenbelangen van 27 januari 2020? 1) Wat is daarop uw reactie?
Antwoord 1
Ja, ik heb daar kennis van genomen. Voor de reactie vanuit mijn Ministerie verwijs ik naar de brief aan de Vereniging Advocatenbelangen die als bijlage bij deze antwoorden is gevoegd.
Vraag 2
In hoeverre gaat u tegemoet komen aan de verbeteringen die de Vereniging in haar brief voorstelt?
Antwoord 2
Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik naar de in antwoord 1 genoemde brief aan de Vereniging Advocatenbelangen die als bijlage bij deze antwoorden is gevoegd.
Vraag 3
Deelt u de mening dat het aantal punten dat sociaaladvocaten ontvangen nog altijd ontoereikend is voor het werk dat zij verrichten?
Antwoord 3
Ik deel de mening dat het vergoedingensysteem van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand niet mee ontwikkeld is met de maatschappelijke ontwikkelingen en veranderingen in de procespraktijk. Hierdoor is er een scheefgroei ontstaan tussen punttarief en de gemiddelde tijdsbesteding en ontbreekt op sommige rechtsgebieden het forfaitaire karakter. Die scheefgroei en gebrek aan forfait is niet op te lossen met extra geld en behoeft een herinrichting van het stelsel zodat we in de toekomst eerder kunnen anticiperen op ontwikkelingen.
Vraag 4
Wanneer kan de Vereniging uw reactie tegemoet zien?
Antwoord 4
De Vereniging Advocatenbelangen is per eerder genoemde brief van 28 februari 2020 op de hoogte gesteld.
1) Advocatenblad, 27 januari 2020, https://www.advocatenblad.nl/2020/01/27/va-eist-hogere-vergoedingrechtsbijstand-voor-1-maart/
