AH 1479
2019Z22619
Antwoord van minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media), mede
namens de minister voor Medische Zorg (ontvangen 27 januari 2020)
Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019-2020, nr. 1374
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht “Onderzoek: de lucht is vuiler op
achterstandsscholen”? 1)
Ja.
Vraag 2
Bent u bekend met het begrip ‘fijnstofscholen’?
Dit begrip heb ik gelezen in het artikel van OneWorld en De Groene
Amsterdammer, maar verder gebruik van deze term is mij niet bekend. Het
lijkt te gaan om scholen die gevestigd zijn in een ‘fijnstofzone’, een term
uit het artikel die gebruikt wordt voor gebieden die onder de Amsterdamse
Richtlijn gevoelige bestemmingen luchtkwaliteit vallen. Deze richtlijn
wijkt af van het landelijke Besluit gevoelige bestemmingen luchtkwaliteit,
doordat het besluit zich beperkt tot locaties waar de Europese grenswaarden
voor luchtkwaliteit worden overschreden. Beide richtlijnen hebben alleen
betrekking op nieuwe locaties en substantiële uitbreidingen van bestaande
locaties, en hebben geen betrekking op bestaande bestemmingen. Landelijk
wordt niet gesproken van ‘fijnstofzones’ en ook niet van ‘fijnstofscholen’.
Vraag 3
Wat vindt u ervan dat de ouders van kinderen die op een dergelijke
fijnstofschool zitten, niet weten dat er sprake is van een
fijnstofprobleem?
Er zijn mij geen gegevens bekend over de kennis van fijnstofproblematiek
bij ouders. Informatie over de luchtkwaliteit per gebied wordt door het
RIVM jaarlijks gepubliceerd in de vorm van luchtkwaliteitskaarten. Deze
kaarten worden als onderdeel van de Atlas Leefomgeving gepubliceerd. Het
onderwerp krijgt zeker bestuurlijke aandacht. Op gemeentelijk niveau uit
dit zich bijvoorbeeld in de Amsterdamse Richtlijn gevoelige bestemmingen
luchtkwaliteit.
Vraag 4
Deelt u de mening dat de basisscholen die in een fijnstofgebied gelegen
zijn, voorlichting dienen te geven aan de ouders van kinderen over de
gevaren van fijnstof en de manieren waarop de school hiermee omgaat?
Ik vind het belangrijk dat de luchtkwaliteit rondom scholen goed is.
Scholen zijn hier niet altijd van op de hoogte en kunnen daarom ouders niet
goed informeren. Het is aan gemeenten om schoolbesturen te informeren over
de luchtkwaliteit en gezondheidseffecten, en maatregelen te treffen om
blootstelling aan lokale bronnen te verminderen.
Vraag 5
Deelt u de mening dat het bewustzijn van de gevaren van fijnstof voor
kinderen op scholen en bij schoolbesturen laag is? Zo ja, welke maatregelen
wilt u dan nemen om dit probleem op te lossen? Zo nee, waar baseert u dit
op?
Het is mij niet bekend in hoeverre schoolbesturen op de hoogte zijn van de
gevaren van fijnstof. De expertise over de gezondheidseffecten van
luchtkwaliteit is belegd bij de regionale GGD’en. Zij adviseren daarover
aan allerlei partijen, waaronder scholen.
Vraag 6
Bent u bekend met het feit dat bij een op de vijf kinderen met astma in
Nederland de ziekte gerelateerd is aan luchtvervuiling door het verkeer en
dat in geen enkel ander Europees land dat aantal zo hoog is?
Ja, dit cijfer is afkomstig uit The Lancet Planetary Health. De Nederlandse
score ligt relatief hoog, wat mede veroorzaakt wordt door de hoge
bevolkingsdichtheid.
Vraag 7
Deelt u de mening dat de gezondheid van kinderen lijdt onder de
onwetendheid en laksheid van de scholen? Zo nee, waarom niet?
Schone lucht is een collectieve opgave. Het kabinet heeft de ambitie om,
samen met decentrale overheden, de luchtkwaliteit voor iedereen te
verbeteren; dus ook bij scholen. Deze doelstelling is opgenomen in het
Schone Lucht Akkoord.
Het Schone Lucht Akkoord streeft naar een permanente verbetering van de
luchtkwaliteit waarbij wordt toegewerkt naar de WHO advieswaarden in 2030.
Doel van het akkoord is minimaal 50% gezondheidswinst uit binnenlandse
bronnen te realiseren in 2030 ten opzichte van 2016.
Vraag 8
Erkent u schone lucht als een individueel recht voor iedereen?
Zie antwoord onder vraag 7.
Vraag 9
Bent u bekend met het bericht dat 16 van de 26 fijnstofscholen in Amsterdam
“achterstandsscholen” zijn? Zo ja, wat vindt u ervan dat het probleem
onevenredig veel “achtergestelde” kinderen treft?
Er bestaan in Nederland onderwijsachterstanden. Gemeenten en scholen kunnen
aanspraak maken op rijksgelden om onderwijsachterstanden tegen te gaan. Op
basis van de onderwijsachterstandenindicator van het CBS ontvangt ongeveer
de helft van de basisscholen in Nederland hier in meer of mindere mate geld
voor.
Uit navraag bij de Gemeente Amsterdam is gebleken dat op het moment van het
onderzoek vijf basisscholen voorzien waren van F9-filters. Onder deze vijf
bevonden zich ook scholen met een (volgens de CBS
onderwijsachterstandenindicator) relatief hoge achterstandsscore.
Vraag 10
Wat is uw reactie op de berichtgeving dat, voordat de gemeente Amsterdam
scholen begon te subsidiëren, zeven “achterstandsscholen” in fijnstofzones
helemaal geen filtersysteem hadden in hun schoolgebouw, terwijl
“niet-achterstandsscholen” wel allemaal een filtersysteem hadden?
Zie antwoord onder vraag 9.
Vraag 11
Deelt u de mening dat de oneerlijke verdeling van de hoeveelheid
luchtvervuiling op scholen te maken heeft met de welvaart waarin de
kinderen leven? Zo nee, waarom niet?
Zie antwoord onder vraag 9.
Ook de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft budget
ter beschikking gesteld aan gemeenten om gezondheidsachterstanden aan te
pakken.
Vraag 12
Vindt u dat er sprake is van structurele ongelijkheid als je als grondslag
de gezondheidsverschillen neemt? Zo nee, waarom niet?
Zie antwoord onder vraag 9 en 11.
Vraag 13
Bent u bekend met de berichtgeving dat leerlingen van een montessorischool
in Amsterdam zich verplicht moeten huisvesten in de “achterstandsschool” de
Rosaschool, die zich bevindt in een fijnstofgebied, en dat de gemeente
hierdoor een F9-filterinstallatie heeft geïnstalleerd in de Rosaschool, er
geld vrijkomt voor het opknappen van de lokalen, er een subsidie van 70.000
euro voor een nieuw groen plein komt, en dat de gemeente ook het schooldeel
van 50.000 euro heeft betaald?
Ja.
Vraag 14
Deelt u de mening dat het een kwalijke zaak is dat bovengenoemde
investeringen in de Rosaschool pas gedaan zijn sinds bekend is dat de
nieuwe leerlingen van deze montessorischool zich hier zullen vestigen? Zo
ja, vindt u dat er sprake is van ongelijke behandeling van leerlingen? Zo
nee, waarom niet?
Bij navraag bij de Gemeente Amsterdam is aangegeven dat er plannen in
ontwikkeling waren om de Rosaschool op korte termijn te verhuizen naar een
andere plek. In afwachting hiervan heeft de school besloten om onderhoud
uit te stellen. Op het moment dat duidelijk werd dat de verhuisplannen niet
op korte termijn zouden worden gerealiseerd, is alsnog besloten de filters
te installeren. Dit viel samen met het besluit om hier leerlingen van de
montessorischool tijdelijk te huisvesten.
Vraag 15
Kunt u aan de Kamer doen toekomen wat voor maatregelen er worden genomen
bij de bestaande basisscholen die gevestigd zijn in een fijnstofgebied?
Zie antwoord onder vraag 3.
Vraag 16
Bent u ervan op de hoogte dat onderhoud aan de filters cruciaal is voor het
wegfilteren van ongezond fijnstof en dat een groot deel van de basisscholen
helemaal geen onderhoud verricht aan de filters? Zo ja, wat gaat u hieraan
doen?
Het is van belang om goed onderhoud te plegen en regelmatig filters te
vervangen. De GGD adviseert scholen en gemeenten hier ook over.
Vraag 17
Deelt u de mening dat fijnstoffilters en groene pleinen door het Rijk
gefinancierd moeten worden? Zo nee, waarom niet?
Het past niet in de huidige structuur van het stelsel om scholen en
gemeenten specifiek te financieren voor fijnstoffilters en groene pleinen.
Het is aan schoolbesturen en gemeenten om zelf een afweging te maken in de
inzet van de beschikbare budgetten. Ook hebben verschillende provincies en
gemeenten subsidies beschikbaar om groene schoolpleinen te realiseren.
1)
https://www.oneworld.nl/mensenrechten/onderzoek-de-lucht-is-vuiler-op-achterstandsscholen/