2019Z23697
(ingezonden 29 november 2019)
Vragen van de leden Ellemeet en Özütok (beiden GroenLinks) aan de minister
voor Medische Zorg over de stand van zaken met betrekking tot
transgenderzorg
1. Deelt u de zorgen over de onverminderd lange wachttijden in de
transgenderzorg en over het feit dat u, noch de kwartiermaker tot nu in
staat bent om de problemen in de transgenderzorg op te lossen? 1)
2. Wanneer verwacht u dat de wachttijden wel binnen de Treeknormen liggen,
aangezien u ‘geen garanties kan geven dat de wachttijden binnen afzienbare
termijn binnen de Treeknormen liggen’?
3. Welk meetbaar doel voor het verkorten van wachttijden en
indicatiestelling streeft u na? Wanneer wilt u dit bereikt hebben?
4. Hoe gaat gezorgd worden voor meer maatwerk in de transgenderzorg, een
behoefte die blijkt uit het onderzoek van de kwartiermaker?
5. Kunt u aangeven in hoeverre er wordt gekeken naar lessen uit het
buitenland met betrekking tot transgenderzorg en hoe deze worden en/of zijn
overgenomen?
6. Hoe wordt precies opvolging gegeven aan de aanbevelingen van de
kwartiermaker dat zorgverzekeraars en patiëntenorganisaties meer overzicht
kunnen geven over de zorg die beschikbaar is en welke zorg vergoed wordt?
Wie gaat zorgdragen dat dit ook echt gebeurt? Hoe zal dit gebeuren?
7. Wanneer komt er een nieuw behoefte- en ervaringenonderzoek zoals de
kwartiermaker adviseert, specifieker dan ‘over een paar jaar’? Bent u
bereid dit in 2020 of 2021 weer uit te voeren?
8. Waarom is er minder gebruik gemaakt van de Subsidieregeling
borstvergroting voor transgenders, zoals in de Najaarsnota 2019 is vermeld?
Ligt dit aan het lage aantal operaties? Blijft dit subsidiebudget
beschikbaar voor mensen die in 2020 of later pas geholpen worden door de
lange wachttijden? 2)
9. Begrijpt u dat door uw taakopvatting over uw ‘activerende rol’ waarbij u
partijen blijft aansporen, het idee ontstaat dat u het oplossen van de
wachtlijsten als een inspanningsverplichting ziet, en niet als een
resultaatverplichting? Deelt u de mening dat de problemen onder uw
verantwoordelijkheid opgelost moeten worden?
1) Kamerstuk 31 016, nr. 257.
2) Kamerstuk 35 350 XVI, nr. 2 - Artikel 2.2 Toegankelijkheid en
betaalbaarheid van de zorg.