2019Z18331
Vragen van de leden Belhaj en Groothuizen (beiden D66) en Voordewind
(ChristenUnie) aan de minister van Defensie en de staatssecretaris van
Justitie en Veiligheid over het bericht ‘Vluchtelingenwerk bezorgd om
uitzetting Afghaanse tolk’ (ingezonden 30 september 2019)
-
Bent u bekend met het bericht ‘Vluchtelingenwerk bezorgd om uitzetting
Afghaanse tolk’? 1)
-
Kunt u bevestigen dat een Afghaanse man, die tevens een tolk is geweest
voor het Amerikaanse leger in Afghanistan en asiel heeft aangevraagd in
Nederland, is afgewezen voor een verblijfsvergunning in Nederland en
binnenkort wordt uitgezet?
-
Hoe verhoudt deze uitzetting zich tot uw eerdere antwoorden dat ‘in het
algemeen geldt dat iedereen die in Afghanistan voor een tegenstander
van de Taliban of van ISIS heeft gewerkt, zich in een kwetsbare positie
kan bevinden’ en ‘op 1 maart jl. heeft het Ministerie van Buitenlandse
Zaken een algemeen ambtsbericht over Afghanistan uitgestuurd, waarin
onder meer wordt ingegaan op de positie van specifieke groepen zoals
tolken. In dit ambtsbericht wordt verwezen naar berichten uit
internationale media die een soortgelijke dreiging voor tolken
beschrijven'? 2)
-
Op welke wijze wordt gewogen of tolken die in Afghanistan hebben
gewerkt wel of niet in de categorie vallen van risicogroepen in de zin
van paragraaf C2/3.2 van de Vreemdelingencirculaire? Kunt u uw
overwegingen hierbij toelichten?
-
Waarom is volgens u het enkel kunnen aantonen dat iemand als tolk heeft
gediend voor een tegenstander van de Taliban of ISIS niet voldoende om
in aanmerking te komen voor een asielvergunning? Kunt u zo concreet en
specifiek mogelijk toelichten wanneer wel of geen sprake is van het
deel uit maken van een risicogroep in de zin van paragraaf C2/3.2 van
de Vreemdelingencirculaire en wanneer voorts een asielvergunning wordt
toegekend?
-
Deelt u de mening dat tolken, die bijdragen aan de veiligheid van
internationale militaire missies en de internationale veiligheid in het
algemeen, steun en bescherming van de Nederlandse Staat verdienen? Zo
ja, hoe verhoudt dit antwoord zich tot de eerder genoemde
asielafwijzing en voorgenomen uitzetting van een tolk die heeft gewerkt
voor het Amerikaanse leger in Afghanistan?
-
Waarom wordt er onderscheid gemaakt tussen verschillende tolken die in
Afghanistan gediend hebben voor het wel of niet toekennen van een
asielvergunning in Nederland? 3) Waarop is dit onderscheid gebaseerd?
-
Waarom krijgt niet elke tolk een asielvergunning indien aangetoond kan
worden dat de desbetreffende persoon als tolk in Afghanistan heeft
gediend, gelet op het feit dat onder andere het ambtsbericht van het
ministerie van Buitenlandse Zaken van 1 maart jl. wijst op de dreiging
voor tolken in Afghanistan?
-
Hoeveel Afghaanse tolken hebben een asielverzoek in Nederland
ingediend? Hoeveel daarvan zijn toegekend?
-
Vluchtelingenwerk bezorgd om uitzetting Afghaanse tolk (NOS, 27-9-2019)
-
Antwoorden op schriftelijke vragen van het lid Belhaj (D66), ontvangen
op 4 juli 2019; kamerstuknummer 3278
-
https://www.nd.nl/nieuws/nederland/einde-aan-lange-nachtmerrie-voor-afghaanse-tolk.3543525.lynkx