2019Z11444
Vragen van de leden Alkaya (SP) en Van den Hul (PvdA) aan de minister voor
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over leefbaar loon in de
kledingindustrie. (ingezonden 6 juni 2019)
-
Kunt u reageren op het rapport van de Schone Kleren Campagne over het
feit dat grote kledingverkopers nauwelijks kunnen aantonen dat degenen
die hun product maken een leefbaar loon ontvangen, terwijl zij dit wel
als doel benoemen voor hun inkoopbeleid? 1)
-
Wat onderneemt u om leefbare lonen in de productielanden op de agenda
te krijgen? Welke resultaten zijn op dit vlak te benoemen? Is een
eventueel gebrek hieraan aanleiding om uw beleid te wijzigen?
-
In hoeverre zijn leefbare lonen onderdeel van het convenant Duurzame
kleding en textiel? In hoeverre zijn de hierover in het convenant
opgenomen regels afdwingbaar?
-
Neemt u leefbare lonen op in uw evaluatie van het convenantenbeleid en
bent u bereid het bieden van een leefbaar loon op te nemen als
afdwingbaar criterium in eventuele wetgeving die gaat volgen op dit
beleid?
-
Kunt u aangeven hoe de kostprijs van kledingstukken in productielanden
zich verhouden tot de verkoopprijs in Nederlandse winkels? Zou het
bieden van een leefbaar loon in een land als Bangladesh tot
significante prijsverhogingen leiden? Zo ja, wie profiteert hier het
meest van in de keten en ziet u mogelijkheden om verkoopprijzen gelijk
te houden bij het bieden van een leefbaar loon?
1)
https://www.schonekleren.nl/wp-content/uploads/2019/06/TailoredWages-Full-Report-in-English.pdf