2019Z10943
Vragen van het lid Van Nispen (SP) aan de minister voor Rechtsbescherming
over het verlagen van drempels voor de herziening van afgesloten strafzaken
(ingezonden 3 juni 2019)
-
Deelt u de mening dat onterechte veroordelingen het vertrouwen in een
goed functionerende rechtsorde kunnen aantasten, ook wanneer het niet
om de zwaarste zaken gaat, mede omdat dit betekent dat de eigenlijke
dader vrij rondloopt?
-
Wat is uw reactie op de vraag die de Adviescommissie afgesloten
strafzaken (ACAS) opwerpt of niet vaker dan nu gebeurt, moet worden
bekeken of sprake is van onterechte veroordelingen? Zo ja, wat gaat u
daar aan doen teneinde dat te bewerkstelligen? 1)
-
Wat vindt u van het voorstel de drempel te verlagen zodat ook zaken
waarop minder dan twaalf jaar gevangenisstraf staat voor herziening in
aanmerking komen? 1)
-
Wat vindt u van het voorstel, zoals dat geuit werd tijdens en na het
rondetafelgesprek Evaluatie wet hervorming herziening ten voordele op
22 mei 2019, het novum-criterium te verruimen? 2) Zou het niet beter
zijn onschuldige veroordeelden een betere kans op herziening te bieden
door bijvoorbeeld als criterium te hanteren dat er een reële
mogelijkheid van een onterechte veroordeling is of dat er sprake moet
zijn van gerede twijfel aan de juistheid van de veroordeling?
-
Deelt u de mening dat een dergelijk verruimd novum-criterium het
voordeel heeft dat niet ingeschat hoeft te worden hoe het Hof
geoordeeld zou hebben en deze nieuwe formulering zich richt op de
kernvraag, namelijk of de persoon onterecht veroordeeld is?
-
Bent u bereid de voordelen van dergelijke verruimingen, te weten dat
het van groot belang is justitiële dwalingen te kunnen herstellen,
nogmaals af te wegen tegen uw bezwaren tegen deze voorgestelde
verruimingen? Kunt u deze afweging motiveren en inzichtelijk maken?
-
Kunt u deze vragen afzonderlijk beantwoorden?
1) Jaarverslag 2018 van de Adviescommissie Afgesloten Strafzaken (ACAS). ‘
De ACAS wijst erop dat dubieuze veroordelingen in zaken waarbij het
gaat om minder ernstige feiten eveneens het vertrouwen in een goed
functionerende rechtsorde kunnen aantasten. Vanuit de gedachte dat een
dubieuze veroordeling ook in dergelijke zaken teruggedraaid zou moeten
kunnen worden kan het zodoende een optie zijn om de drempel die is
opgeworpen alvorens de ACAS een verzoek in behandeling kan nemen, in de
toekomst enigszins te verlagen.
’
2) Rondetafelgesprek Evaluatie wet hervorming herziening ten voordele, d.d.
22 mei 2019