2019Z08634
Vragen van het lid Kuiken (PvdA) aan de ministers van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport en voor Rechtsbescherming over het bericht dat jongeren
die grensoverschrijdend gedrag vertonen niet worden behandeld (ingezonden
25 april 2019)
-
Heeft u kennisgenomen van het bericht ‘Tientallen jongeren met
grensoverschrijdend gedrag worden niet behandeld’? [1]
-
Heeft u een landelijk overzicht van het aantal jongeren met soortgelijk
risicovol gedrag dat hiervoor forensische gezondheidszorg ontvangt?
Laten deze cijfers een zelfde trend zien als in Rotterdam? Zo nee, bent
u bereid deze inventarisatie op te nemen in uw huidige onderzoek naar
de staat van de jeugdzorg?
-
Deelt u de mening dat tekenen van dit type gedrag bij jongeren uiterst
serieus genomen moeten worden en door de juiste, forensisch
gespecialiseerde, klinieken dienen te worden behandeld?
-
Heeft u inzicht in hoe het kan voorkomen dat een rechterlijk vonnis tot
behandelen niet wordt nageleefd? Welke rol spelen wachttijden hierbij?
Welke mogelijke maatregelen kunnen worden genomen om te voorkomen dat
dit gebeurt?
-
Bent u bereid, zoals de gemeenten vragen, deze signalen serieus te
nemen en gehoor te geven aan de financiële vraag zodat deze risicovolle
groep jongeren tijdig geholpen wordt? Zo nee, waarom niet?
-
Hoe interpreteert u deze signalen vanuit de forensische ggz in het
licht van de recente groepsverkrachtingen die zich in dezelfde regio
afspeelden? [2] Is dit naar uw mening aanleiding om een nationale
aanpak door uw ministeries gezamenlijk te laten formuleren?
[1]
https://nos.nl/artikel/2281174-tientallen-jongeren-met-grensoverschrijdend-gedrag-worden-niet-behandeld.html
[2]
https://www.nrc.nl/nieuws/2019/04/16/drie-minderjarigen-vast-om-groepsverkrachtingen-rotterdam-en-schiedam-a3957083