Antwoord op vragen van het lid Koerhuis over het bericht dat Laurens Wonen in opspraak is

Hierbij bied ik u de antwoorden aan op de schriftelijke vervolgvragen die zijn gesteld door het lid Koerhuis (VVD) (zoals ingezonden op 18 november 2019 met kenmerk 2019Z22338) over het bericht dat Laurens Wonen in opspraak is.

De minister voor Milieu en Wonen,

S. van Veldhoven – Van der Meer


2019Z22338

Vragen van het lid Koerhuis (VVD) aan de minister voor Milieu en Wonen over het bericht dat Laurens Wonen in opspraak is (ingezonden 18 november 2019)


Vraag 1)
Herinnert u zich de antwoorden op de Kamervragen (ingezonden 24 juni 2019; 2019Z13097) over het bericht ‘Laurens Wonen in opspraak’ herinneren?

Antwoord 1)

Ja.

Vraag 2)
Kunt u de Kamer laten weten welke procedures de Autoriteit Woningcorporaties heeft verbeterd naar aanleiding van het gebrekkige toezicht op het verbod van corporatiedirecteuren met dubbele petten (dubbele personele unies)?

Antwoord 2)

De situatie bij Laurens Wonen heeft ertoe geleid dat de Autoriteit woningcorporaties (Aw) extra aandacht heeft voor toezicht op niet-toegestane dubbele personele unies.

Het toezicht op dubbele personele unies vindt plaats op twee momenten; bij het proces rondom het afgeven van een zienswijze in het kader van geschiktheid en betrouwbaarheid van kandidaat-bestuurders en -commissarissen en bij de beoordeling van de jaarrekening en het jaarverslag van de woningcorporatie. De procedure is voortaan zo ingericht dat op beide momenten specifiek een controle plaatsvindt op het bestaan van dubbele personele unies.

In mijn eerdere antwoorden op Kamervragen van het lid Koerhuis (VVD) van 24 juni 2019 heb ik toegezegd uw Kamer voor het einde van het jaar te informeren over de uitkomsten van het onderzoek van de Aw naar niet-toegestane dubbele personele unies. De Aw heeft mij inmiddels laten weten dat er geen andere niet- toegestane dubbele personele unies zijn aangetroffen.

Vraag 3)
Kunt u het bericht dat de Autoriteit Woningcorporaties 30 april jl. heeft ontvangen van Laurens Wonen met de Kamer delen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 3)

De Aw is de toezichthouder op de Woningwet en valt onder de Aanwijzingen inzake de rijksinspecties van de Minister-President van 30 september 2015. In deze aanwijzing is het beginsel van de onafhankelijkheid van de Rijksinspecties vastgelegd. Het is aan de Aw om, binnen het wettelijk kader, te bepalen welke documenten al dan niet openbaar worden. De Aw geeft jaarlijks middels de openbare oordeelsbrief op transparante wijze inzicht in het toezicht dat is gehouden op individuele corporaties. Zoals aangegeven in mijn antwoorden op eerdere Kamervragen van het lid Koerhuis (VVD) van 24 juni 2019 zal deze casus worden meegenomen in de reguliere, openbare beoordelingsbrief van de Aw over Laurens Wonen.

Vraag 4)

Bent u ervan op de hoogte dat Laurens Wonen het volgende heeft gezegd “Laurens Wonen heeft laten onderzoeken of de mogelijkheid bestaat terug te vorderen. Deze mogelijkheid is er niet”? Hoe rijmt u dit met uw eerdere antwoord waarin u aangaf dat de Autoriteit Woningcorporaties er op toeziet dat maatschappelijk bestemd vermogen niet weglekt?

Antwoord 4)

Ja, hiervan ben ik op de hoogte.

Vanuit oogpunt van preventie is het aan de Aw om het weglekken van vermogen uit de corporatiesector zoveel mogelijk te voorkomen. Vanuit deze rol dient de Aw ook te toetsen hoe een corporatie handelt wanneer onverhoopt toch sprake is geweest van een weglek van maatschappelijk vermogen. De Aw ziet er dan op toe dat de corporatie zich in voldoende mate inspant om de schade te verhalen. De taak van de Aw om toe te zien dat maatschappelijk bestemd vermogen wordt beschermd brengt niet mee dat een eventuele weglek van maatschappelijk vermogen te allen tijde kan worden voorkomen. Noch dat eventueel weggelekt maatschappelijk vermogen altijd wordt teruggevorderd. Terugvordering is immers niet altijd mogelijk. Ik kan me daarnaast voorstellen dat een bestuur van een woningcorporatie besluit het weggelekte vermogen niet terug te vorderen als dit meer (maatschappelijk) geld kost dan het mogelijk zal opleveren.

Vraag 5)

Heeft Laurens Wonen ook al aan de Autoriteit Woningcorporaties laten weten dat zij geen geld gaan terugvorderen? Zo ja, wanneer was dat?

Antwoord 5)

Of Laurens Wonen dit aan de Aw heeft laten weten valt onder de toezichtrelatie, conform mijn eerdere antwoorden zal de Aw in de reguliere openbare oordeelsbrief ingaan op hetgeen bij Laurens Wonen heeft gespeeld. De Aw betrekt in haar toezicht uiteraard niet uitsluitend signalen van de ondertoezichtgestelde maar ook andere signalen, zoals openbare bronnen.

Vraag 6)

Welke stappen gaat u zetten om ervoor te zorgen dat het geld alsnog wordt teruggevorderd?

Antwoord 6)

Het is aan het bestuur van de woningcorporatie zelf om stappen te nemen over het eventueel terugvorderen van al dan niet onterechte betalingen. Het is vervolgens aan Aw om te toetsen hoe een corporatie handelt wanneer onverhoopt toch sprake is geweest van een weglek van maatschappelijk vermogen. De Aw ziet er dan op toe dat de corporatie zich in voldoende mate inspant om de schade te verhalen. De Aw zal hierop ingaan in de komende reguliere oordeelsbrief over Laurens Wonen. Gelet op deze taak van de Aw, is het niet aan mij om hierin stappen te zetten.

Vraag 7)

Kunt u deze vragen beantwoorden voor het algemeen overleg Woningcorporaties/Evaluatie Woningwet/Huurakkoord?

Antwoord 7)

Ja.


1) https://dagblad010.nl/Bouw%20&%20Wonen/laurens-wonen-in-opspraak-

2) http://kjonker.blogspot.com/2019/08/geen-actie-tegen-ex-voorzitter.html

Indiener(s)