Hierbij zend ik u de antwoorden op de Kamervragen van het lid Jasper van Dijk (SP) over de ‘Ontmanteling van sw-bedrijf Soweco’.
de Staatssecretaris van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
T. van Ark
2019Z20246
Vragen van Jasper van Dijk (SP) aan de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de ontmanteling van SW-bedrijf Soweco (23-10-2019)
1
Wat is uw oordeel over het bericht 'Twentse gemeenten stoppen met sociale werkplaats Soweco'? (1)
Antwoord 1
Het is aan gemeenten, die de eigenaren zijn van de sociale
ontwikkelbedrijven, waaronder Soweco, om te bepalen welke rol deze
bedrijven in de toekomst kunnen spelen. Gemeenten hebben beleidsvrijheid
bij de wijze waarop zij het aan de slag helpen van mensen met een
arbeidsbeperking organiseren. Er bestaat niet één model om succesvol te
kunnen zijn. Soms zijn keuzes gericht op een verbetering van de
bedrijfsvoering en daarmee op het verbeteren van de financiële prestaties,
waarbij het gewenste ondersteuningsaanbod beschikbaar blijft. Uiteraard
zijn de omstandigheden waaronder de mensen hun werk kunnen verrichten het
belangrijkst. Het is belangrijk dat gemeenten zich daar rekenschap van
geven.
Meer in het algemeen constateer ik dat sociale ontwikkelbedrijven veel kennis en expertise hebben die goed bruikbaar is om onder andere nieuwe beschut werkplekken te organiseren, of om mensen uit de brede doelgroep van de Participatiewet toe te leiden naar een plek bij een reguliere werkgever.
2
Begrijpt u dat dit een enorme klap is voor de meer dan 2.000 mensen die in volle tevredenheid via Soweco aan het werk zijn?
Antwoord 2
Elke verandering zorgt voor onzekerheid. Daarom bereiden de gemeenten de
transitie zorgvuldig door. De gemeenten hebben aangegeven dat voor de
werkenden geldt dat de baan zelf, het salaris en de begeleiding
gecontinueerd zullen worden.
3
Wat vindt u van het feit dat de ondernemingsraad tot op heden op geen enkele wijze betrokken is geweest bij dit besluit en zoals het nu lijkt pas na een definitief besluit om input wordt gevraagd?
Antwoord 3
De gemeenteraden moeten zich nog uitspreken over het voornemen van de
colleges van de zes betrokken gemeenten. In een vervolg, waarbij de
organisatie-inrichting besproken wordt, zullen alle partijen, dus ook de
ondernemingsraad, binnen hun formele positie betrokken worden, zo blijkt
uit navraag bij de betrokken gemeenten.
4
Deelt u de mening dat de wethouders van de zes gemeenten veel onrust veroorzaken bij het personeel, aangezien Soweco een goedlopend sociale werkvoorziening (SW)-bedrijf is?
Antwoord 4
Ik heb geen oordeel over het functioneren van wethouders in gemeenten, het
is aan de gemeenteraad om het college van Burgemeester en Wethouders te
controleren.
5
Erkent u dat het besluit indruist tegen de aangenomen motie van het lid Jasper van Dijk die u verzoekt om in gesprek te gaan over het behoud van de infrastructuur van Soweco? (2)
Antwoord 5
Het voorgenomen besluit van de gemeenten om de uitvoering op een andere
wijze vorm te geven betekent niet dat de infrastructuur van Soweco niet
behouden kan blijven.
6
Wanneer gaat u in gesprek met betrokken gemeentes conform de motie van het lid Jasper van Dijk? Hoe houdt u ons op de hoogte van de vorderingen?
Antwoord 6
Op 5 december staat een gesprek gepland tussen het ministerie en de
betrokken gemeenten.
7
Is het waar dat de zes afzonderlijke gemeenten een vetorecht hebben over een eventuele ontbinding van Soweco? (3)
Antwoord 7
Soweco voert diensten uit voor de Gemeenschappelijke Regeling als geheel
(de Wsw) en voor de individuele gemeenten (onder meer Participatiewet,
Wmo). In de statuten is vastgelegd dat unaniem moet worden besloten tot
eventuele opheffing van de Gemeenschappelijke Regeling. Elke gemeente kan
zelfstandig besluiten of en in welke mate de individuele dienstverlening
voortgezet wordt.
8
Deelt u de mening dat de regering, conform de aangenomen motie van het lid Buma, de plicht heeft om de bestaande kennis en infrastructuur van SW-bedrijven in stand te houden?
Antwoord 8
Ik deel de mening dat het verstandig is om de bestaande kennis en
infrastructuur van de sw-bedrijven in te blijven zetten voor de brede
doelgroep van de Participatiewet. Ik ben een verkenning gestart om te
bezien op welke wijze op dit moment al dan niet invulling wordt gegeven aan
het beschikbaar stellen van detacheringsfaciliteiten in de
arbeidsmarktregio’s. De uitkomsten van deze verkenning komen in het
voorjaar beschikbaar en bespreek ik met alle betrokken organisaties.
9
Hoe voorkomt u dat Soweco wordt ontmanteld, wat volledig in strijd is met de beide aangenomen moties?
Antwoord 9
Zie mijn antwoord op vraag 1 en het antwoord op vraag 5.
(1) RTV Oost, 18 oktober 2019, https://www.rtvoost.nl/nieuws/319926/Twentse-gemeenten-stoppen-met-socia le-werkplaats- Soweco?fbclid=IwAR1eYRRJY9b7dNC3KW4SSmSUEQzzrEeL1QeWZFGUvTiGZb6Kl6td0KBPw2w
(2) Kamerstuk 34 352, nr. 170
(3) Tubantia, 21 oktober 2019, https://www.tubantia.nl/regio/betrokken-twentse-gemeenten-hebben-veto-bij- opdoeken-soweco~a71434ba/
(4) Kamerstuk 35 000, nr. 14