Antwoord op vragen van het lid Groothuizen over de situatie op en rond de Middellandse Zee

Hierbij bied ik u, mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen die zijn gesteld door het lid Groothuizen (D66) aan de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over de situatie op en rond de Middellandse Zee.

Deze vragen werden ingezonden op 29 juli 2019 met kenmerk 2019Z15427.


De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

Ankie Broekers-Knol

2019Z15427

(ingezonden 29 juli 2019)

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel ‘Libya: Europe-bound migrants sent to bombed detention centre’? 1)

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Klopt het dat migranten die door de Libische kustwacht zijn opgepikt op de Middellandse Zee naar het Libische detentiecentrum zijn gestuurd dat kort geleden is gebombardeerd? Zo ja, deelt u de mening dat dit zeer gevaarlijk is en niet zou mogen gebeuren? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Bent u van plan dit in Europees verband aan te kaarten en zich ervoor in te spannen dat dit niet nogmaals zal gebeuren? Zo nee, waarom niet?

Antwoord vraag 2 en 3

Dit bericht is inderdaad bevestigd. Samen met Europese en andere internationale partners als UNHCR en IOM, heeft Nederland er bij de Libische autoriteiten op aangedrongen om aan wal gebrachte drenkelingen niet meer naar dit centrum te brengen. Ook is de situatie in Libië ter sprake gekomen tijdens een bijeenkomst georganiseerd door Frankrijk op 22 juli jl. Hierbij zijn autoriteiten van Libië opgeroepen te stoppen met automatische detentie van vluchtelingen en migranten. Nederland heeft deze oproep ondersteund.

Het Ministerie van Binnenlandse zaken van de door de VN gesteunde Regering van het Nationale Akkoord (GNA), heeft op 1 augustus jl. besloten drie detentiecentra te sluiten, waaronder het centrum in Tajoura. Het kabinet volgt de implementatie van dit besluit nauwlettend.

Vraag 4

Welke veilige alternatieven ziet u om deze migranten naartoe te brengen?

Antwoord vraag 4

In Libië is mede dankzij druk van de internationale gemeenschap een door UNHCR geleid centrum geopend. Echter, dit centrum heeft momenteel onvoldoende plekken beschikbaar om alle migranten en vluchtelingen die in de detentiecentra zitten op te vangen. Nederland heeft daarom ook de Libische autoriteiten opgeroepen om meer open en veilige centra te creëren. De Libische autoriteiten hebben daarop in verschillende gesprekken aangegeven mee te willen werken aan het opzetten van dergelijke centra met IOM en UNICEF om specifieke kwetsbare groepen op te vangen, waaronder minderjarige migranten. Dit is een initiatief dat het kabinet, samen met EU-partners, ten volle ondersteunt. Daarnaast is het van belang om de vrijwillige terugkeer vanuit Libië met ondersteuning van IOM onverminderd te blijven ondersteunen om migranten een uitvlucht uit het conflictgebied te bieden. Sinds het uitbreken van het geweld in Tripoli in april 2019 zijn meer dan 4.000 migranten met steun van IOM vanuit Libië veilig teruggekeerd naar hun landen van herkomst.

Vraag 5

Hoe staat het met de onderhandelingen over het vervolg van operatie Sophia en de mogelijkheid om vanuit operatie Sophia weer schepen te gaan inzetten? Bent u bereid de Kamer direct nader te informeren als er meer duidelijkheid is over het vervolg van operatie Sophia in september dit jaar?

Antwoord vraag 5

Kortheidshalve verwijs ik u naar het schriftelijke overleg voorafgaand aan de informele JBZ-raad van 18-19 juli jl. dat met uw Kamer is gevoerd, als ook naar de beantwoording van vragen van het lid Groothuizen over dit onderwerp.[1] Inmiddels heeft het Politiek en Veiligheidscomité (PVC) van de EU besloten om het mandaat van Sophia voor 6 maanden onveranderd te verlengen.

Vraag 6

Bent u bekend met het bericht ‘Italy passes law to fine people who rescue refugees at sea’? 2)

Antwoord vraag 6

Ja.

Vraag 7

Welke gevolgen voorziet u nu Italië deze wet heeft aangenomen? Wat voor consequenties heeft dat voor zowel Nederland als de andere EU-lidstaten?

Antwoord vraag 7

Omdat de nieuwe Italiaanse regering nog maar net is aangetreden, is het nog te vroeg om een inschatting te maken van het effect van de aangenomen wet en de consequenties ervan voor andere EU-lidstaten.

Vraag 8

In hoeverre is deze wet in overeenstemming met Europese en internationale regels en normen, zoals het VN zeerechtverdrag?

Vraag 9

Hoe verhoudt deze nieuw aangenomen wet zich tot het principe uit het VN-zeerechtverdrag dat er een verplichting is, voor zowel kapiteins van schepen als voor staten, om hulp te bieden aan in nood geraakte schepen?

Antwoord vraag 8 en 9

In internationale regelgeving waaronder het VN Zeerechtverdrag zijn verplichtingen van staten en kapiteins vastgelegd inzake het redden van personen in nood op zee en het vinden van een veilige plaats voor deze personen.

In algemene zin dient nationale wetgeving in lijn te zijn met deze verplichtingen. Het is aan de Italiaanse rechtspraak om dit te beoordelen.

Vraag 10

In hoeverre zijn er sancties mogelijk tegen Italië, indien blijkt dat de nieuw aangenomen wet in strijd is met Europese of internationale regels en normen?

Antwoord vraag 10

Indien een lidstaat van de EU wetgeving aanneemt of een praktijk ontwikkelt die strijdig is met het EU acquis, is het aan de Europese Commissie om dit te constateren en eventueel stappen te zetten.

Vraag 11

Bent u bekend met het bericht ‘Macron: 14 states agree on a migration mecahnism’? 3)

Vraag 12

Wat is de inhoud van het voorstel van de Franse president Macron?

Vraag 13

Wie was namens Nederland aanwezig bij de gesprekken waarbij dit voorstel is besproken? Indien u niet aanwezig was, waarom niet?

Vraag 14

Wat is het Nederlandse standpunt over het voorstel van president Macron? Wat is het Europese krachtenveld?

Antwoord vragen 11 t/m 14

Kortheidshalve verwijs ik u naar de aanbiedingsbrief bij het verslag van de informele JBZ-raad van 18-19 juli jl. [2] Nederland was in Parijs op hoogambtelijk niveau vertegenwoordigd. Ten opzichte van Helsinki was slechts beperkt sprake van vooruitgang. Een zestal lidstaten gaf aan bereid te zijn deel te nemen, een achttal nam dit in overweging. Zoals toegelicht in de aanbiedingsbrief bij het verslag van de informele JBZ-Raad van 18 – 19 juli jl., hebben deze bijeenkomsten niet geresulteerd in een tijdelijk mechanisme dat, wat het kabinet betreft, kan bijdragen aan de gewenste structurele oplossing voor ontscheping.

Vraag 15

Kunt u deze vragen zo spoedig mogelijk beantwoorden?

Antwoord 15

Bij deze.

1)

https://www.aljazeera.com/news/2019/07/libya-europe-bound-migrants-bombed-detention-centre-1907241533 55469.html?utm_source=IOM+External+Mailing+List&utm_campaign=7c09bb6e25EMAIL_CAMPAIGN_2019_07_25_04_17&utm_medium=email&utm_term=0_9968056566-7c09bb6e25-60013029

2)

https://www.independent.co.uk/news/world/europe/italy-refugee-rescue-fine-emergency-decree-fine-boatsmatteo-salvini-a8954986.html

3)

https://euobserver.com/political/145514



[1] Tweede Kamerstuk, 2018-2019, Aanhangsel van de Handelingen, nr. 2134.

[2] Tweede Kamerstuk, vergaderjaar 2018-2019, 31 317, nr. 568.

Indiener(s)


Stef  Blok