Antwoord op vragen van het lid Beckerman over de onhoudbare situatie in Woltersum

Geachte Voorzitter,

Hierbij stuur ik u mede namens de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties antwoorden op de schriftelijke vragen van het lid Beckerman (SP) over ‘de onhoudbare situatie in Woltersum’ (ingezonden 25 september 2019, kenmerk 2019Z17945)

Eric Wiebes

Minister van Economische Zaken en Klimaat

1

Kent u het artikel over de situatie van inwoners in Woltersum van wie huizen hersteld en versterkt moeten worden? Wat is hierop uw reactie?

Antwoord

Ik ken het bericht. Mijn reactie is in onderstaande antwoorden uiteengezet.

2

Zijn de huizen die in aanmerking komen voor zowel schadeherstel als versterking in beeld? Zo nee, wanneer is dit duidelijk? Zo ja, om hoeveel huizen gaat het en wanneer worden deze hersteld en versterkt?

5

Kunt u verklaren waarom deze woningen niet met een hoog risico uit het Hazard and Risk Assessment (HRA)-model komen, maar wel als acuut onveilig zijn verklaard? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 2 en 5

In Woltersum hebben enkele panden de afgelopen periode forse schade opgelopen. De bewoners hebben begrijpelijke zorgen over de snelle achteruitgang van hun huizen. De schade is gemeld bij TCMG. TCMG heeft bij één huis een Acuut Onveilige Situatie (AOS) geconstateerd en met spoed stutten geplaatst. De acuut onveilige situatie is daarmee verholpen. Naar aanleiding van de meldingen over de schade zijn de vier adressen met een verhoogd risico met voorrang door NCG opgenomen. Op dit moment wordt het normbesluit voor deze adressen uitgewerkt.

Bij een AOS-melding maakt een bewoner met acute zorgen over hun veiligheid melding bij de TCMG. Een dergelijke melding wordt binnen 48 uur opgepakt waarbij op locatie de actuele situatie wordt beoordeeld. Zo nodig worden er tijdelijke maatregelen genomen. Het is geen beoordeling van de oorzaak van de schade, de omvang van de schade of exacte toetsing aan de normering.

3

Binnen welke termijn is de samenwerking tussen de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) en de Tijdelijke Commissie Mijnbouwschade Groningen (TCMG) uitgewerkt? Kunt u uw antwoord toelichten?

4

Wanneer wordt het convenant in praktijk gebracht?

6

Is u bekend wanneer het gesprek tussen TCMG en NCG plaatsvindt? Zo ja, wanneer is dat? Kunt u de uitkomst met de Kamer delen?

7

Welke redenen zijn er om schadeherstel en versterking niet gezamenlijk aan te pakken?

8

Wat gaat u concreet doen voor de mensen die zowel op schadeherstel als versterking wachten?

Antwoord 3, 4, 6, 7 en 8

Zoals aangekondigd in de onlangs aan uw Kamer gestuurde brief over ‘Diverse onderwerpen Groningen’ (Kamerstuk 33529, nr. 680), hebben NCG en TCMG een convenant gesloten dat mogelijk maakt om zogenoemde ‘combinatiedossiers’ (samenloop versterken en schade) met elkaar af te stemmen. [1] In het op 11 september 2019 gesloten convenant is afgesproken dat de NCG en de TCMG gegevens uitwisselen die nodig zijn voor de uitvoering van hun taken, overeenkomstig de AVG.

In dit convenant zijn afspraken gemaakt om stapsgewijs tot een ‘één-loket-gedachte’ te komen, waarbij de bewoner ervaart dat er één organisatie belast is met de versterking en schadeafhandeling van het gebouw. Dit gebeurt onder meer door te streven de opname voor schade en de opname voor de versterking gelijktijdig uit te voeren, zodat de bewoner een keer te maken krijgt met een instantie. Tevens door te werken met een begeleider die zowel de procedure voor schadeafhandeling als de versterking kan begeleiden. Er wordt gestart met een selectie van dossiers en gebouwen. Hiermee kan worden ervaren tegen welke knelpunten aangelopen wordt en hoe die kunnen worden opgelost.



Indiener(s)