Antwoord op vragen van het lid Gijs van Dijk over meer vaart maken met de veiligheid van industriecomplex Chemelot

Geachte voorzitter,

Hierbij beantwoord ik de vragen van het lid Gijs van Dijk (PvdA) over meer vaart maken met de veiligheid van industriecomplex Chemelot.

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht 'Onderzoeksraad: Meer vaart maken met veiligheid Chemelot'[1]?

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Deelt u de mening dat omwonenden van Chemelot zeker moeten kunnen zijn dat zij veilig kunnen wonen?

Antwoord 2

Ja. Ik zet mij in voor een gezonde en veilige leefomgeving, die ook als zodanig wordt ervaren. Hierbij geldt ook dat omwonenden van de zes chemieclusters in Nederland, waar Chemelot er een van is, veilig moeten kunnen wonen. Landelijk geldt het basisbeschermingsniveau voor iedere omwonende, dus ook voor omwonenden van Chemelot. Over de beleidsaanpak van milieurisico’s (voorkomen, beheersen en betrekken) heb ik uw Kamer geïnformeerd met mijn brief van 5 juni 2018. [2]

Vraag 3

Hoe komt het dat de aanbeveling, uit 2018, van de Onderzoeksraad voor Veiligheid door het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en de provincie nog niet zijn overgenomen? Neemt u deze aanbevelingen wel serieus?

Antwoord 3

De aanbevelingen van de Onderzoeksraad zijn voor mij zeer belangrijk en neem ik zeker serieus. Dit moge blijken uit mijn reactie aan de Onderzoeksraad van 19 december 2018, waarover ik de Kamer met mijn brief van 21 januari 2019[3] heb geïnformeerd. Mijn reactie aan de Onderzoeksraad heeft geleid tot gesprekken tussen het ministerie en de Onderzoeksraad over de acties die genomen worden en nog kunnen genomen worden om de veiligheid binnen en rond chemieclusters te versterken.


Deze acties heb ik samengevat in een tweede brief aan de Onderzoeksraad van 9 juli 2019 (zie bijlage). Daarbij gaat het onder meer om de inventarisatie van collectieve maatregelen die al door chemieclusters worden genomen om de veiligheid te versterken en het delen van de kennis daarover. Dit heeft plaatsgevonden binnen het programma Duurzame Veiligheid 2030. Daarnaast verandert het instrumentarium voor het omgaan met de veiligheid rond bedrijven die met gevaarlijke stoffen werken met de Omgevingswet, die naar verwachting in 2021 in werking treedt. Zo schrijft de Omgevingswet overheden voor om omgevingsvisies op te stellen. In omgevingsvisies wordt aangegeven hoe met de beperkte beschikbare ruimte wordt omgegaan en potentieel conflicterende activiteiten, zoals industriële activiteit en wonen, ruimte houden. Ook biedt het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) straks de bevoegdheid aan het bevoegd gezag om een chemiecluster als een risicogebied aan te wijzen in het omgevingsplan. Hierbinnen zijn kwetsbare en zeer kwetsbare objecten niet toegestaan maar kunnen risicovolle bedrijven zich wel ontplooien, zolang zij binnen de risicocontour van het gebied blijven. Daarmee kan voor de lange termijn enerzijds ruimte gereserveerd worden voor economisch belangrijke risicovolle activiteiten en anderzijds ruimte gereserveerd worden voor de veilige ontwikkeling van niet-risicovolle functies, in het bijzonder wonen.

Vraag 4

Gaat u nu echt aan de slag om deze aanbevelingen over te nemen? Kunt u een termijn geven wanneer de aanbevelingen zijn overgenomen?

Antwoord 4

Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik ook naar het antwoord op de vorige vraag en de brieven die ik naar de Onderzoeksraad heb gestuurd. In samenspraak met de Onderzoeksraad wil ik vaststellen wat concreet nodig is in de aanpassing van het wettelijk instrumentarium om de veiligheid in en rond chemieclusters te borgen.

Hoogachtend,

DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT,

S. van Veldhoven - Van der Meer



[2] Kamerstuk 28 089, nr. 88

[3] Kamerstuk 28663, nr. 73

Indiener(s)