Antwoord op vragen van het lid Sneller over het betalen door de regering voor het werk van koningin Máxima als speciaal pleitbezorger namens de Verenigde Naties

Hierbij bied ik u antwoorden aan op de vragen van het lid Sneller (D66) over het betalen door de regering voor het werk van koningin Máxima als speciaal pleitbezorger namens de Verenigde Naties d.d. 26 september 2019, kenmerk 2019Z18130.

DE MINISTER-PRESIDENT,
Minister van Algemene Zaken,





Mark Rutte

De Minister voor Buitenlandse Handel

en Ontwikkelingssamenwerking,

Sigrid A.M. Kaag


2019Z18130

(ingezonden 26 september 2019)

Vragen van het lid Sneller (D66) aan de minister-president over het betalen door de regering voor het werk van koningin Máxima als speciaal pleitbezorger namens de Verenigde Naties.

Vraag 1

Kent u het bericht ‘Regering betaalt jaarlijks 150.000 euro voor VN-werk Máxima’?[1]

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Is het waar dat koningin Máxima jaarlijks € 150.000 besteedt uit de post 'speciale multilaterale activiteiten' op de begroting van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking voor haar VN- activiteiten? Zo ja, om hoeveel geld gaat het over de afgelopen 10 jaar?

Antwoord 2

Koningin Máxima zet zich als speciale pleitbezorger van de Secretaris Generaal van de Verenigde Naties (UNSGSA) actief in voor inclusieve financiering, in het bijzonder in ontwikkelingslanden. Dit doet ze door dit onderwerp onder de aandacht te brengen op multilaterale fora, bij gesprekken met regeringsleiders, maar ook door werkbezoeken te brengen aan (ontwikkelings)landen waar projecten op het gebied van inclusieve financiering en ontwikkeling lopen. Het werk van de Koningin als UNSGSA sluit aan bij het beleid van de Nederlandse regering op het gebied van ontwikkelingssamenwerking en de verwezenlijking van de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG’s) in het bijzonder.

De inhoudelijke ondersteuning van de VN-werkzaamheden van de UNSGSA wordt hoofdzakelijk gedaan door het UNSGSA-kantoor, dat is gehuisvest binnen UNDP (United Nations Development Programme) bij de VN in New York. Deze ondersteuning bestaat onder meer uit de inhoudelijke voorbereiding, organisatie en opvolging van de werkzaamheden van UNSGSA, activiteiten en reizen, het schrijven van toespraken, het jaarverslag en andere teksten, communicatie en het onderhouden van contacten en de uitvoering van activiteiten met de samenwerkingspartners van UNSGSA.

De werkzaamheden van het UNSGSA-kantoor worden gefinancierd door de VN, die hiervoor een bijdrage ontvangt van de Bill en Melinda Gates Foundation. De financiering van het UNSGSA-kantoor (op jaarbasis gemiddeld 1,5 miljoen dollar) heeft betrekking op uitgaven voor salarissen, reis- en verblijfkosten van zeven medewerkers, huur kantoorruimte, administratie, drukkosten, evenementen en communicatie. De UNSGSA zelf ontvangt een symbolisch jaarsalaris (USD 1). Het contact van UNSGSA met het UNSGSA-kantoor en de partners van UNSGSA verloopt in belangrijke mate via telefonische gesprekken en videoconferenties.

Bij de ondersteuning van werkzaamheden van UNSGSA vanuit de begroting van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (BHOS) gaat het voor een belangrijk deel om de kosten ten behoeve van reis en verblijf, met inbegrip van transportkosten ter plaatse, voor UNSGSA en een medewerker van de Dienst Koninklijk Huis (DKH). Deze uitgaven vallen binnen de begroting van BHOS onder het budget voor ‘speciale multilaterale activiteiten’.

Omdat de uitgaven door de jaren heen variëren, is desgevraagd naar de media een bedrag van gemiddeld 150.000 euro per jaar aangehouden. Uit de administratie van BHOS blijkt dat het totaal van deze uitgaven onder het budget voor speciale multilaterale uitgaven voor de negen boekjaren 2010-2018 bijna 1,2 miljoen euro bedraagt. De uitgaven voor het lopende boekjaar 2019 bedragen tot op heden ongeveer 100.000 euro. Zie ook het antwoord op vragen 3, 4 en 5.

Vraag 3

Is het waar dat er nog meer kosten zijn die buiten de begroting van de Koning vallen, zoals beveiligingskosten of het werk voor koningin Máxima in haar hoedanigheid als speciaal pleitbezorger, voor medewerkers van de Rijksvoorlichtingsdienst of de Dienst Koninklijk Huis, die op de begrotingen van Algemene Zaken en Justitie & Veiligheid staan? Als dit waar is, om hoeveel geld gaat dit (sinds haar aantreden als speciaal pleitbezorger)?

Vraag 4

Hoe verhoudt het bedrag dat de Nederlandse regering jaarlijks betaalt voor het VN-werk van koningin Maxima via de begroting van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking zich tot hetgeen u tijdens de begroting Algemene Zaken en begroting van de Koning op 7 oktober 2014 hebt gezegd? [2]
Klopt deze bewering nu nog? Zo nee, kunt u aangeven op welke posten, van welke begroting, er nog meer kosten van het Koninklijk huis opgenomen zijn?

Vraag 5

Zo ja, hoe verhouden deze kosten, die gemaakt worden voor een lid van het Koninklijk Huis via een andere begroting dan de eerder door u genoemde begrotingen, zich tot de regels die opgesteld zijn door de commissie-Zalm?

Antwoorden 3, 4 en 5

Tijdens de bezoeken van Koningin Máxima als UNSGSA wordt ondersteuning verleend vanuit lokale kantoren van de VN en (logistieke) ondersteuning door medewerkers van de Nederlandse diplomatieke vertegenwoordigingen. Verder wordt zij bij deze bezoeken, zoals ook bij haar andere activiteiten gebruikelijk, begeleid door medewerkers, zoals van de Dienst Koninklijk Huis (DKH), de Rijksvoorlichtingsdienst (RVD) en de Dienst Koninklijke en Diplomatieke Beveiliging (DKDB). In lijn met de algemene opzet van de rijksbegroting worden de uitgaven geraamd op basis van algemene beleidsdoelstellingen waarbij specifieke kosten voor onderdelen hiervan niet als zodanig in de departementale begrotingen zijn vermeld. De raming van hun personeelslasten en/of reis- en verblijfskosten, evenals incidenteel gebruik door UNSGSA van het regeringsvliegtuig, vormt een onderdeel van de begrotingen van de respectieve ministeries. Medewerkers maken géén uitsplitsing van hun uren naar werk ten behoeve van de Koningin en ten behoeve van de Koningin in haar hoedanigheid als speciale pleitbezorger.

In 2009 heeft de Commissie Zalm (Kamerstukken II,2008-2009, 31700 I, nr. 5) aanbevelingen gedaan om te komen tot een transparant stelsel van te ramen en te verantwoorden uitgaven die samenhangen met de uitoefening van het koningschap. Dit heeft, vanaf 2010, geleid tot een nieuwe opzet van de begroting van de Koning. Na vijf jaar is er een externe evaluatie geweest en dit heeft geleid tot een aanvulling van de begroting van de Koning met een extracomptabele bijlage bij de begroting. Hierin worden de uitgaven gepresenteerd die binnen de rijksbegroting op begrotingen van andere ministeries worden geraamd en die in verband kunnen worden gebracht met het koningschap. Dit vormt het geheel van de uitgaven die direct te relateren zijn aan het koningschap.

Daarnaast zijn er uitgaven die geen relatie hebben met het functioneren van het koningschap en derhalve niet worden opgenomen op de begroting van de Koning. Dit is ook in 2009 beschreven. Het kan daarbij gaan om een subsidie waar men als persoon aanspraak op kan maken. Een voorbeeld hiervan is de subsidie voor het Kroondomein die via de begroting van LNV loopt en die de Koning ontvangt als vruchtgebruiker van het landgoed. Het kan ook gaan om een doeluitgave van een ministerie voor een bepaalde activiteit. Dat is aan de orde bij de VN-activiteiten van Koningin Maxima. Binnen de begroting van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking worden haar werkzaamheden als speciale pleitbezorger ondersteund door het vergoeden van hiervoor genoemde kosten, omdat deze werkzaamheden aansluiten bij Nederlandse beleidsdoelen op het gebied van ontwikkelingssamenwerking (zie ook het antwoord op vraag 2). Voor dergelijke uitgaven dragen de ministers van de onderscheiden beleidsterreinen ministeriële verantwoordelijkheid. In het aangehaalde citaat uit 2014 heb ik ten onrechte de indruk gewekt dat onder de hiervoor beschreven doeluitgaven alleen de subsidie voor het Kroondomein viel.

Vraag 6

Besteedt de Nederlandse Staat geld aan het kantoor en personeel van koningin Máxima bij de Verenigde Naties? Zo ja, hoeveel geeft de Nederlandse Staat hier aan uit en uit welke begrotingen komt dit?

Antwoord 6

Zie het antwoord op vraag 2.

Vraag 7

Bent u bereid deze vragen vóór de behandeling van de begroting van de Koning te beantwoorden?

Antwoord 7

Ja.



[2] “We weten allemaal dat de commissie-Zalm in 2009 de begroting tegen het licht heeft gehouden, op grond waarvan de begroting van de Koning een andere opzet heeft gekregen met drie hoofdstukken, met in totaal ongeveer 40 miljoen euro aan uitgaven. Daar valt eigenlijk alles onder — dat is dé begroting die we vandaag bespreken — op een paar precies omschreven punten na. Wat er niet onder valt, is het onderhoud van de paleizen. Dat valt namelijk onder de begroting van het ministerie voor Wonen en Rijksdienst. Zoals bekend is voor het onderhoud voorzien in een bedrag van 14,7 miljoen. Wat er verder niet automatisch onder valt, zijn de buitenlandse staatsbezoeken. Daarvoor is op de begroting van Buitenlandse Zaken een bedrag voorzien van 2 miljoen euro. Die twee dingen vallen er dus niet onder, wat ook zo is afgesproken in 2009. Wat er ook nog buiten valt — mevrouw Thieme is er niet — zijn kwesties die te maken hebben met eventuele vergoedingen voor en subsidies aan de kroondomeinen. Maar verder valt alles onder de begroting van de Koning, die hier voorligt. Alle bedragen staan erin. Ik meen daarom dat goed is voorzien in transparantie.”

Indiener(s)