Antwoord op vragen van de leden Den Boer en Raemakers over het bericht “Het raadsel rond de val van burgemeester Peter de Koning: Dit is een stille coup”.

Hierbij bied ik u de antwoorden aan op de schriftelijke vragen die zijn gesteld door de leden Den Boer en Raemakers (D66) over het bericht “Het raadsel rond de val van burgemeester Peter de Koning: Dit is een stille coup”.

Deze vragen werden ingezonden op 6 september 2019, met kenmerk 2019Z16625.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

drs. K.H. Ollongren


Vraag 1

Kent u het bericht ‘Het raadsel rond de val van burgemeester Peter de Koning: ‘Dit is een stille coup’’? 1)

Vraag 2

Wat vindt u van de geschetste gang van zaken in Gennep waarbij het onduidelijk blijkt te zijn voor de burgemeester zelf, voor een deel van de gemeenteraad en voor burgers van Gennep, waarom de burgemeester is “gedwongen” om op te stappen?

Vraag 3

Bent u het eens met de uitspraak van emeritus hoogleraar bestuurskunde Arno Korsten “Wat er in Gennep gebeurt, is hoogst ongebruikelijk én schadelijk voor het aanzien van het lokaal bestuur”? 2)

Antwoord op de vragen 1, 2 en 3.

Ja, ik ben op de hoogte van het bericht. Het vertrek van burgemeester De Koning valt te betreuren. In algemene zin is een kwestie als deze schadelijk voor het openbaar bestuur in het algemeen en voor het aanzien van het burgemeestersambt in het bijzonder.

Ik heb dan ook aanleiding gezien de commissaris van de Koning om ambtsbericht te verzoeken. De commissaris heeft mij geïnformeerd over de aanleiding en achtergronden van het vertrek van de burgemeester.

Inmiddels heeft op 16 september 2019 ook een besloten raadsvergadering plaatsgevonden waarin de gemeenteraad van Gennep is bijgepraat over de situatie.

Vraag 4

Kunt u aangeven of de procedure, inclusief de rol van het College en de vertrouwenscommissie, die in Gennep gevolgd is, in de geest van en conform de Gemeentewet is?

Antwoord op vraag 4

De bestuurlijke verhoudingen binnen het college van burgemeester en wethouders zijn verstoord, zoveel is duidelijk. De burgemeester heeft uiteindelijk ook zelf hierin aanleiding gezien om ontslag te verzoeken.

Van ontslag in de zin van artikel 61b van de Gemeentewet (verstoorde verhouding tussen de burgemeester en de raad, gevolgd door een aanbeveling tot ontslag van de burgemeester) is geen sprake. Noch is er enige formele rol of bevoegdheid van de vertrouwenscommissie in deze aangelegenheid. Die is er immers slechts bij benoeming en herbenoeming van een burgemeester.

In de praktijk is in veel gemeenten, zo ook in Gennep, een semi-permanente vertrouwenscommissie, belast met het voeren van periodieke klankbordgesprekken met de burgemeester. De wet biedt die ruimte.

Vraag 5

Kent u andere gevallen waarbij het voor inwoners en de gemeenteraad onduidelijk is waarom de burgemeester aftreedt? Vindt u dit onwenselijk? Kunt u dit toelichten?

Vraag 6

Wat vindt u ervan dat vertrouwenscommissies en een deel van het college, naar het schijnt, burgemeesters kunnen dwingen af te treden, zonder daarvoor een concrete reden te noemen? Bent u het eens dat er bij het aftreden van een burgermeester meer transparantie gewenst is?

Vraag 7

Onderschrijft u de conclusie van het artikel dat er bij het (gedwongen) aftreden van een burgemeester tekst en uitleg moet zijn?

Antwoord op de vragen 5, 6 en 7.

De burgemeester opereert in een lokaal-politieke context; hoewel hij een onafhankelijke en onpartijdige positie inneemt, is hij voor zijn functioneren feitelijk afhankelijk van de raad, en afgeleid het college. Uiteindelijk moet een burgemeester ook zelf het gevoel hebben dat hij zijn functie met gezag kan vervullen. Dat was hier niet langer het geval, er was naar het oordeel van alle betrokkenen sprake van een onwerkbare situatie.

Met het oog op het vertrouwen van de burger in het openbaar bestuur moet waar mogelijk maximale duidelijkheid worden gegeven over het ontslag van een burgemeester, maar wel met inachtneming van die zaken waarbij op grond van artikel 61b van de Gemeentewet – de gangbare procedure - geheimhouding rust; dat de gemeenteraad in die gevallen over meer informatie beschikt dan het publiek, vloeit logischerwijze voort uit het stelsel.

Vraag 8

Hoe ziet u de rol van de Commissaris van de Koning in situaties als deze, als hoeder van de gemeentelijke integriteit?

Vraag 9

Bent u bereid tot een nader onderzoek over het ontbreken van transparantie rondom het aftreden van burgemeesters? Met de nadruk op de vraag hoe vaak dit gebeurt en hoeveel openheid er is over de reden van aftreden?

Antwoord op de vragen 8 en 9.

De commissaris van de Koning ziet op grond van de Gemeentewet en de Ambtsinstructie commissaris van de Koning toe op een ordelijk verloop van de procedure met betrekking tot het ontslag van een burgemeester. Daarnaast kan de commissaris van de Koning (als rijksorgaan) adviseren en bemiddelen in geval van bestuurlijke problemen en indien de bestuurlijke integriteit van een gemeente in het geding is.

Een en ander laat echter onverlet dat een burgemeester zelf de overtuiging moet hebben dat hij nog in voldoende mate kan functioneren.

Ik zie geen aanleiding voor nader onderzoek. Wel zal ik naar aanleiding van de casus Gennep de thematiek met de commissarissen van de Koning bespreken.

1)

https://www.gelderlander.nl/gennep/het-raadsel-rond-de-val-van-burgemeester-peter-de-koning-dit-is-een- stille-coup~a232385e/

2) https://www.gelderlander.nl/gennep/het-raadsel-rond-de-val-van-burgemeester-peter-de-koning-dit-is-een- stille-coup~a232385e/

Indiener(s)