Antwoord op vragen van de leden Groothuizen en Sjoerdsma over het bericht ‘Oeigoeren in Europese landen worden onder druk gezet door de Chinese overheid’

Hierbij bied ik u, mede namens de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden Groothuizen en Sjoerdsma over het bericht ‘Oeigoeren in Europese landen worden onder druk gezet door de Chinese overheid’. Deze vragen werden ingezonden op 25 augustus 2019 met kenmerk 2019Z16014.

De Minister van Buitenlandse Zaken,




Stef Blok

[Ondertekenaar 2]

[Ondertekenaar 3]

[Ondertekenaar 4]


Antwoorden van de Minister van Buitenlandse Zaken op vragen van de leden Groothuizen en Sjoerdsma (beiden D66) over het bericht ‘Oeigoeren in Europese landen worden onder druk gezet door de Chinese overheid’.

Vraag 1

Kent u het bericht ‘Oeigoeren in Europese landen worden onder druk gezet door de Chinese overheid’?[1]

Antwoord

Ja.

Vraag 2

Kunt u bevestigen dat Oeigoerse asielzoekers en statushouders in Europa, waaronder Nederland, onder druk staan van de Chinese overheid en geïntimideerd worden? Zo ja, hoe beoordeelt u dit?

Antwoord

Het staat vast dat er in Nederland en elders in Europa door Oeigoeren melding wordt gemaakt van druk die door Chinese veiligheidsdiensten wordt uitgeoefend op personen in China om hun familieleden in Europa aan te sporen persoonsgegevens met hen te delen. In gevallen waarbij in Nederland woonachtige Oeigoeren worden bedreigd of geïntimideerd door functionarissen van de Chinese autoriteiten, kan er sprake zijn van ongewenste buitenlandse inmenging. Het kabinet vindt dergelijke ongewenste buitenlandse inmenging volstrekt onacceptabel, omdat statelijke actoren hiermee aan het fundament van de Nederlandse democratische rechtsorde en open samenleving kunnen komen.

Vraag 3

Klopt het volgens uw informatie dat nagenoeg alle Oeigoeren die zich buiten China begeven in de gaten worden gehouden, niet alleen degene die zich politiek kritisch uitlaten? Kunt u uw antwoord toelichten met een beschrijving van de situatie?

Antwoord

Het ‘Thematisch ambtsbericht Oeigoeren in China’ uit 2016 [2] vermeldt dat het volgens meerdere bronnen aannemelijk is dat de Chinese veiligheidsdienst in staat en doende is Chinezen in het buitenland te volgen. De Chinese autoriteiten zouden over het algemeen op de hoogte zijn van wie asiel heeft aangevraagd en of Chinezen in het buitenland betrokken zijn bij ‘China onwelgevallige’ praktijken.

Vraag 4

Deelt u de mening dat dergelijke druk en intimidatie totaal onwenselijk is, waar dit ook plaatsvindt, en zeker als dit ook in Nederland gebeurt?

Antwoord

Het kabinet vindt ongewenste buitenlandse inmenging zeer kwalijk aangezien dit het politieke en maatschappelijke systeem kan ondergraven en raakt aan het fundament van de Nederlandse democratische rechtsorde en open samenleving.[3]

Vraag 5

Welke manieren en mogelijkheden ziet u om Oeigoeren die in Nederland en Europa asielzoeker of statushouder zijn te beschermen tegen deze intimidaties vanuit de Chinese overheid?

Antwoord

Het kabinet staat voor het beschermen van de rechten van iedereen in Nederland, inclusief asielzoekers of statushouders. Dat betekent ook het beschermen tegen druk vanuit het land van herkomst. In de Kamerbrief van Minister Grapperhaus (JenV) en minister Ollongren (BZK) over ongewenste buitenlandse inmenging[4] staat dat de overheid verschillende middelen kan inzetten zoals monitoren en informeren, het nemen van maatregelen in het kader van de openbare orde en veiligheid, en diplomatieke middelen waaronder aanspreken, toegang tot Nederland weigeren, reizen naar Nederland ontmoedigen, en – in het uiterste geval – het uitzetten van diplomaten. Deze middelen worden ingezet, wanneer dat nodig, haalbaar en effectief is.

Voor een overzicht van recente diplomatieke inspanningen verwijs ik u naar de antwoorden op Kamervragen van de leden Kuzu en Ploumen over het bericht dat er nieuw bewijs is van China's missie om de moskeeën in Xinjiang te verwoesten (kenmerk 2019Z10940). [5]

Vraag 6

Klopt het volgens uw informatie dat de druk op Oeigoeren in het buitenland de laatste jaren is toegenomen? Wat is volgens u hier de reden voor?

Antwoord

In Nederland is het aantal meldingen van Oeigoeren die druk vanuit China ervaren de afgelopen jaren toegenomen. In de Kamerbrief over de mensenrechtensituatie in Xinjiang en het rapport van Human Rights Watch 'Eradicating Ideological Viruses' constateert dit kabinet dat Oeigoeren in Europa en Nederland zich zorgen maken over hun familieleden in Xinjiang en over druk van de Chinese autoriteiten om persoonsgegevens te delen. [6] De toegenomen zorgen over familieleden in Xinjiang houden verband met de verregaande beperkingen op fundamentele vrijheden van Oeigoeren en andere moslimminderheden die de laatste jaren in Xinjiang zijn ingevoerd. Onder andere de zogenaamde politieke heropvoedingscentra in Xinjiang, waarin volgens berichtgeving naar schatting enkele honderdduizenden tot mogelijk een miljoen personen vastzitten of hebben gezeten, zijn een belangrijk punt van zorg die ook dit kabinet consequent uitdraagt richting China.

Vraag 7

Deelt u de mening dat Oeigoeren met een status in Nederland het recht hebben op vrijheid van meningsuiting en dat dit dus ook moet gelden wanneer zij kritisch zijn over de Chinese overheid, zonder dat zij hierdoor bedreigd of geïntimideerd worden?

Antwoord

Ja. Het recht op vrijheid van meningsuiting geldt voor iedereen in Nederland, behoudens ieders verantwoordelijkheid voor de wet.

Vraag 8

Hoeveel asielverzoeken krijgt Nederland jaarlijks van Oeigoeren? Hoeveel worden daarvan toegekend?

Antwoord

Gegevens waaruit etniciteit dan wel godsdienstige of levensovertuigingen blijken, zijn gevoelige persoonsgegevens in de zin van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Daarom worden deze gegevens niet geregistreerd op een manier die het mogelijk maakt om een antwoord op deze vraag te genereren vanuit de geautomatiseerde informatiesystemen van de migratieketen. Wel staat vast dat Nederland in 2018 160 eerste asielaanvragen van Chinese onderdanen heeft ontvangen, en dat in datzelfde jaar in Nederland 60 eerste asielaanvragen van Chinese onderdanen werden ingewilligd. Hierbij dient aangemerkt te worden dat de eerste aanvragen en de ingewilligde eerste aanvragen niet noodzakelijkerwijs dezelfde procedures betreffen. Een aanvraag en de afhandeling daarvan hoeven niet in dezelfde periode te geschieden.

Vraag 9

Levert Nederland Oeigoeren uit aan China? Zo ja, hoeveel uitleveringen hebben er de laatste jaren plaats gevonden?

Antwoord

Nederland heeft geen uitleveringsverdrag met China. Er hebben de afgelopen jaren geen uitleveringen aan China plaatsgevonden.

Vraag 10

Heeft u het onder druk zetten van Oeigoeren in Nederland eerder aangekaart bij de Chinese autoriteiten? Ziet u (verdere) aanleiding om deze situatie (opnieuw) bij de Chinese autoriteiten aan te kaarten? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

Het onder druk zetten van Oeigoeren in Nederland is op verschillende niveaus aangekaart bij de Chinese autoriteiten. De antwoorden op de hierboven genoemde Kamervragen van de leden Kuzu en Ploumen bevatten een overzicht van recente diplomatieke inspanningen. Zolang daar aanleiding toe is, zal dit onderwerp op de agenda blijven.

Vraag 11

Bent u bereid deze berichtgeving te bespreken met de Chinese ambassadeur in Nederland? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

Soortgelijke berichtgeving is reeds eerder besproken met de Chinese ambassadeur in Nederland.



[4] Ibid.

Indiener(s)

Stef  Blok