Antwoord op vragen van het lid Markuszower over de berichten rond Rinus Otte

In antwoord op uw brief van 17 april 2019, deel ik u mee, mede namens de minister voor Rechtsbescherming, dat de schriftelijke Kamervragen van het lid Markuszower (PVV) over de berichten rond Rinus Otte, worden beantwoord zoals aangegeven in de bijlage bij deze brief.

De Minister van Justitie en Veiligheid ,

Ferd Grapperhaus

Antwoorden van de minister van Justitie en Veiligheid op de vragen van het lid Markuszower (PVV) over de berichten rond Rinus Otte (ingezonden 17 april 2019, nr. 2019Z07924 )

Vraa 1
Klopt het dat drie maanden voordat Rinus Otte Michael P. in hoger beroep strafkorting gaf, er anders dan hij zelf beweert, wel degelijk een rapport over Michael P. was geschreven waarin stond dat Michael P. een hoog recidiverisico vormde? 1) 2) 3)

Antwoord 1

De reclassering heeft op een aantal momenten gedurende de strafrechtelijke procedure adviezen uitgebracht, waaronder een advies ten behoeve van de behandeling in hoger beroep. Dit advies is uitgebracht op 5 juli 2012. In dit advies werd het recidiverisico ingeschat als hoog-gemiddeld. Deze feiten conflicteren niet met de uitspraken van de heer Otte, die zien op het voorhanden zijn van gedragsdeskundige rapportages waarin geconcludeerd wordt dat er sprake is van een stoornis.

Vraag 2
Wat vindt u van het feit dat Rinus Otte in een interview heeft laten weten dat bij hem als rechter de inhoudelijke prikkel was verdwenen en hij zich niks aantrok van gedragsdeskundigen?

Antwoord 2

In de bovenstaande vraagstelling herken ik de uitspraken van de heer Otte zoals hij die binnen een bredere context in het NRC-interview heeft gedaan niet.

Vraag 3
Deelt u de conclusie dat als de raadskamer het rapport van de reclassering wel had meegewogen, de straf van de rechtbank in eerste aanleg in stand was gebleven en TBS was opgelegd, Michael P. in 2017 nog vast had gezeten en Anne Faber nog geleefd had? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 3

De rechtspraak in Nederland is onafhankelijk. Het past mij als minister niet om te oordelen over een vonnis of de beraadslaging die in dat kader heeft plaatsgevonden.


Vraag 4
Bent u bekend met het feit dat Rinus Otte niet met de familie van Anne Faber in gesprek wil gaan omdat volgens hem de zaak besmet is geraakt? Deelt u de mening dat niet zozeer de zaak besmet is maar eerder Rinus Otte zelf?

Antwoord 4

Ik heb daar kennis van genomen. Uit het interview in de NRC maak ik op dat het niet alleen een gesprek zou zijn tussen de heer Otte en de familie maar ook met twee journalisten en dat dit laatste de reden is dat het gesprek niet heeft plaatsgevonden.

Overigens heeft er wel een gesprek plaatsgevonden met de president van het gerechtshof.

Vraag 5
Kunt u uitleggen waarom u zo’n arrogante, kwaadaardige en/of luie rechter niet heeft ontslagen maar in plaats daarvan heeft gepromoveerd tot het College van procureurs-generaal? Bent u bereid Rinus Otte alsnog te ontslaan?

Vraag 6
Hoe kan deze man, die totaal geen gevaar zag in Michael P, die Michael P. een strafkorting gaf van maar liefst 5 jaar en nu als lid van het College van procureurs-generaal zelfs het hele openbaar ministerie aanstuurt, in staat zijn Nederland adequaat te beschermen tegen toekomstige moordenaars en verkrachters zoals Michael P.?

Antwoord 5 en 6

Bij uitspraken in strafzaken in hoger beroep zijn drie raadsheren betrokken. Zij komen gezamenlijk tot een oordeel. Dat oordeel kan niet aan één van de drie rechters worden toegerekend. Rechters kunnen ook niet persoonlijk aangesproken worden op uitspraken in zaken.

1) 'Anne krijgen we er niet meer terug’, Telegraaf 13 april 2019

2) https://www.nrc.nl/nieuws/2018/11/02/het-strafrecht-is-niet-bedoeld-als-maatschappelijk-werk-a2753728

3) https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/open-brief-wim-faber-de-moord-op-onze-anne-had-voorkomen-moeten- worden~bb13d764/

Indiener(s)