Antwoord op vragen van het lid Jasper van Dijk over verdwenen Vietnamese kinderen

2019Z06716

Vragen van het lid Jasper van Dijk (SP) aan de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over verdwenen Vietnamese kinderen (ingezonden 4 april 2019)

 

 

1

Kent u de uitzending van het programma Argos over verdwenen Vietnamese minderjarigen? 1) Wat is uw oordeel daarover?

 

Antwoord

Ja. De in de uitzending van Argos besproken signalen waren mij reeds bekend en zijn zorgelijk.

 

2

Klopt het dat meer dan 10.000 kinderen na aankomst in Europa zijn verdwenen?

 

Antwoord

Ik herken het genoemde aantal. Het is een inschatting die door Europol is gemaakt over 2015. Er bestaan echter geen betrouwbare Europese cijfers over het aantal minderjarige vreemdelingen die met onbekende bestemming zijn vertrokken. Ik kan dit aantal dan ook niet verifiëren.

 

3

Klopt het voorts dat volgens de cijfers van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) de afgelopen vijf jaar in Nederland meer dan duizend kinderen zijn verdwenen? Om hoeveel kinderen gaat het exact?

 

Antwoord

Dat klopt. Tussen 2014 en februari 2019 zijn ongeveer 1400 alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv’s) zelfstandig zonder toezicht vertrokken uit opvanglocaties.

 

2014

2015

2016

2017

2018

2019

100

160

300

360

380

110

Bron: KMI+; tot en met februari 2019. Afgerond op tientallen.

 

4

Hoe groot is de groep kinderen die met onbekende bestemming uit de beschermde opvang is verdwenen? Hoeveel van de kinderen zijn van Vietnamese afkomst?

 

Antwoord

Tussen 2014 en februari 2019 zijn ongeveer 50 amv’s zelfstandig zonder toezicht vertrokken uit de beschermde opvang. Ongeveer 40 hiervan hadden de Vietnamese nationaliteit.

 

2014

2015

2016

2017

2018

2019

0

< 10

30

10

10

0

Bron: KMI+; tot en met februari 2019. Afgerond op tientallen.

 

 

 

5

Klopt het dat Vietnamese kinderen als een bijzondere groep gezien worden binnen het COA omdat zij een grote kans hebben slachtoffer te worden van mensenhandel?

 

6

Klopt het dat Vietnamese kinderen zonder uitzondering in beschermde opvang worden geplaatst omdat zij een zeer grote kans maken slachtoffer te worden van mensenhandel?

 

Antwoord vraag 5 en 6

Het klopt dat er speciale maatregelen zijn genomen voor Vietnamese amv’s. Bij aankomst in Ter Apel krijgen alle amv’s een voogd van Stichting Nidos toegewezen. De voogd bepaalt in welke vorm van opvang de amv wordt geplaatst. Bij signalen van slachtofferschap mensenhandel wordt de amv in de beschermde opvang geplaatst. Vietnamese amv’s worden op dit moment standaard in de beschermde opvang geplaatst. Daarnaast is voor deze specifieke groep met Nidos de afspraak gemaakt dat Nidos voor jongeren met de Vietnamese nationaliteit een machtiging voor gesloten opvang jeugdzorg kan aanvragen bij de rechter als de verwachting er is dat zij de opvang vroegtijdig gaan verlaten. Een dergelijke machtiging is bij enkele jongeren aangevraagd en voor een beperkte termijn verkregen.

 

7

Deelt u de mening dat het onacceptabel is dat alleenstaande minderjarigen voor wie de overheid een zorgplicht heeft, met onbekende bestemming uit een beschermde opvang kunnen verdwijnen, terwijl zij in die opvang werden geplaatst omdat zij bescherming nodig hadden?

 

8

Wat doet u teneinde te achterhalen wie deze kinderen zijn, waar zij exact vandaan komen, waar hun familie is en wat de exacte reden is waarom zij in Nederland zijn en of daarbij sprake is van mensenhandel?

 

9

Hoe lang bent u al op de hoogte van deze problematiek?

 

10

Wat heeft u ondernomen teneinde deze afschuwelijke vorm van mensenhandel te bestrijden dan wel bloot te leggen?

 

11

Bent u bereid een onderzoek in te stellen naar deze problematiek? Zo ja, wanneer krijgen wij hiervan de resultaten?

 

12

Deelt u de mening dat de Nederlandse overheid er alles aan moet doen te voorkomen dat in de toekomst nog meer kinderen met onbekende bestemming verdwijnen en dat menskracht en middelen daarbij geen beperking zouden mogen zijn?

 

 

 

13

Realiseert u zich dat als u niet in staat bent om deze Vietnamese kinderen te beschermen, u daarmee onbedoeld een keten van mensenhandel in stand houdt? Zo nee, hoe rijmt u dat met de feiten?

 

14

Bent u bereid de opsporing van deze kinderen ook internationaal te bevorderen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat gaat u ondernemen?

 

Antwoord vraag 7 tot en met 14

Zoals ik aan uw Kamer heb gemeld (bijvoorbeeld in de beantwoording van Kamervragen van de leden Bouali en Groothuizen van 14 december 2018), kan ik verdwijningen uit de opvang nooit helemaal tegengaan. Reguliere opvang van amv’s vindt plaats in een open setting. Hoewel in de beschermde opvang extra beschermingsmaatregelen worden getroffen, zoals extra toezicht, is ook deze vorm van opvang geen gesloten setting. Dat betekent dus ook dat amv’s de opvang kunnen verlaten.

 

Vermeende signalen van mensenhandel bij Vietnamese amv’s hebben in 2016 geleid tot een onderzoek van de Landelijke Recherche, in gezamenlijkheid met de Koninklijke Marechaussee en het Team Mensenhandel en Mensensmokkel van de politie Noord-Nederland. Dit onderzoek heeft niet geleid tot vaststelling van strafbare feiten. In veel gevallen bleek bovendien geen sprake van minderjarigheid. Over dit onderzoek, het zogeheten Pasadena-onderzoek, heeft mijn voorganger uw Kamer bij brief van 5 september 2016 (vergaderjaar 2015-2016, 27 062, nr. 103) geïnformeerd.

 

Het bovenstaande neemt niet weg dat ik signalen, zoals in het programma Argos naar voren gebracht, altijd serieus neem. De komende maanden zal het EMM als expertisecentrum een fenomeenonderzoek doen naar enerzijds de verdwijningen van Vietnamese amv’s uit de beschermde opvang en anderzijds de betrokkenheid van vreemdelingen met de Vietnamese nationaliteit bij mensenhandel en mensensmokkel in Nederland. Daarnaast laat ik een analyse uitvoeren van binnen de migratieketen beschikbare gegevens over de verdwijningen van amv’s (dus niet alleen amv’s met de Vietnamese nationaliteit) uit amv-opvangvoorzieningen. Over dit onderzoek en deze analyse heb ik uw Kamer bij brief van 24 april jl. geïnformeerd.[1] De resultaten daarvan zullen dit najaar gereed zijn.

 

Zoals ik ook nader toelicht in mijn brief van 24 april jl. zet Nederland zich in toenemende mate in om door internationale samenwerking migratiecriminaliteit en mensenhandel te voorkomen en te bestrijden. Zo wordt Nederland trekker van het Europol-project EMPACT THB (‘Trafficking Human Beings’), waarin Europese operationele samenwerking tegen mensenhandel plaatsvindt.

 

 

 1) Argos, 30 maart 2019

 

 

[1] Kamerstukken II, 2018/19, 27 062, nr. 108.

Indiener(s)