In antwoord op uw brief van 7 maart 2019, deel ik u mee dat de schriftelijke vragen van het lid Van Nispen (SP) inzake het belemmeren van de vrije advocatenkeuze door rechtsbijstandsverzekeraars, worden beantwoord zoals aangegeven in de bijlage van deze brief.
De Minister voor Rechtsbescherming
Sander Dekker
2019Z04457
Vragen van het lid Van Nispen (SP) aan de minister voor Rechtsbescherming over het belemmeren van de vrije advocatenkeuze door rechtsbijstandsverzekeraars. (ingezonden 7 maart 2019)
1
Kent u de aflevering van Kassa over rechtsbijstandsverzekeraars die de
vrije advocatenkeuze belemmeren voor hun klanten? 1)
Antwoord vraag 1
Ja.
2
Wat is uw reactie op de kritiek die geuit wordt door oud-advocaat Ton Steinz dat Nederland het enige land is waar juristen in loondienst werken en op die manier twee heren dienen, enerzijds de belangen van de rechtszoekenden, anderzijds de instructies van de maatschappij waarvoor ze werken om snel veel dossiers af te werken? 2)
3
Wat vindt u ervan dat in alle andere Europese landen deze dubbele positie van de jurist bij een rechtsbijstandsverzekeraar verboden is? Vindt u niet dat dit in Nederland ook het geval zou moeten zijn?
Antwoord vraag 2 en 3
Van de rechtsbijstandverlener mag worden verwacht dat deze voldoende
kwaliteit levert. Er zijn diverse instrumenten om die kwaliteit te bewaken.
In de Europese Rechtsbijstandsverzekeringsrichtlijn (in Nederland
geïmplementeerd in de artikelen 4:64 tot en met 4:69 van de Wet op het
financieel toezicht) is bepaald dat een rechtsbijstandsverzekeraar de
rechtsbijstand op meerdere manieren kan uitoefenen. Eén van de manieren is
rechtsbijstandverlening in natura, zoals verzekeraars of juridisch
zelfstandig schaderegelingskantoren in Nederland hun verplichtingen
uitvoeren. Hierbij geldt onverkort dat het een verzekerde vrij staat een
advocaat of een andere rechtens bevoegde deskundige te kiezen indien zich
een belangenconflict voordoet, dat een verzekerde bij verschil van mening
met de verzekeraar een second opinion kan vragen en dat de
verzekeraar een verzekerde hierop moet wijzen. De Autoriteit Financiële
Markten (AFM) houdt op de naleving hiervan (risico georiënteerd) toezicht.
Daarnaast staat voor een verzekerde de gang naar de rechter of het
Klachteninstituut financiële dienstverlening (Kifid) open ingeval van een
klacht en zijn verzekeraars onderworpen aan onafhankelijke tuchtrechtelijke
toetsing door de Tuchtraad Financiële dienstverlening. In het rapport The
Legal Protection
Insurance Market in Europe[1]
, wordt een overzicht gegeven van de services die door juristen van
rechtsbijstandverleners in diverse landen in Europa worden gegeven en de
restricties die daarbij in die landen gelden. Hieruit komt een divers beeld
naar voren, maar in zijn algemeenheid kan gezegd worden dat ook in andere
landen in Europa juristen in loondienst van rechtsbijstandsverzekeraars in
natura rechtshulp geven dan wel dat in sommige landen de mogelijkheid voor
hen bestaat in bepaalde gevallen zaken voor de rechter te behandelen.
In 2016 heeft het WODC de verhoging van de competentiegrens voor zaken bij
de Kantonrechter in 2011, geëvalueerd. Daarbij is het WODC uitvoerig
ingegaan op de kwaliteit van hulp die gemachtigden boden vóór en na de
verhoging van de competentiegrens. Over dit onderzoek heb ik uw Kamer
geïnformeerd bij de beantwoording van de Kamervragen van het lid
Groothuizen d.d. 22 augustus 2018. [2] Uit de evaluatie van de
verhoging van de competentiegrens bleek dat – op basis van het
kwaliteitsoordeel van professionals en de tevredenheid van klanten – de
rechtshulp die wordt geleverd in het kader van een
rechtsbijstandverzekering als beste werd beoordeeld. Ook gaven verzekerden
aan meer tevreden te zijn wanneer procedures door eigen juristen van
verzekeraars worden verricht, dan wanneer dat door een externe advocaat
wordt gedaan.
4
Wat is uw reactie op de kritiek van Ton Steinz op Nederlandse rechtsbijstandverzekeringen dat de vrije advocaatkeuze vaak wordt belemmerd? Is het toegestaan dat de maximale bedragen die worden verzekerd voor een externe advocaat veel lager zijn dan die van de toegewezen jurist?
5
Wat is uw reactie op de uitspraak van Ton Steinz dat het Hof van Justitie van de Europese Unie in artikel 4 van de richtlijn 87/344/EEG de vrije keuze op een advocaat bij rechtsbijstandsverzekerden verplicht heeft gesteld? Wordt dat op dit moment wel correct nageleefd door de rechtsbijstandsverzekeraars in Nederland?
6
Wat gaat u doen om te zorgen dat de vrije advocatenkeuze niet belemmerd
wordt door rechtsbijstandsverzekeraars?
Antwoord vraag 4, 5 en 6
Het Verbond van Verzekeraars heeft laten weten dat
rechtsbijstandsverzekeraars hun verzekerden via diverse kanalen voorlichten
over de vrije keuze van rechtshulpverlener, hoe dit werkt en wat de
verzekerde kan verwachten. Dit gebeurt via diverse kanalen zoals de
website, de polisvoorwaarden en de verzekeringskaart. Ook dienen
rechtsbijstandsverzekeraars verzekerden actief op het keuzerecht te wijzen
op het moment dat er een procedure gevoerd moet worden. Dit is als bindende
zelfregulering opgenomen in de Kwaliteitscode Rechtsbijstand van het
Verbond van Verzekeraars.
Uit vaste jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Unie blijkt dat een rechtsbijstandsverzekeraar beperkingen kan stellen aan de kosten die worden vergoed voor de inschakeling van een rechtshulpverlener door de verzekerde. De vrijheid van advocatenkeuze mag echter niet door de beperking van de te vergoeden kosten illusoir worden gemaakt. Het is aan de rechter om te beoordelen of er zodanige beperkingen zijn gesteld dat hiervan sprake is.
Daarnaast heeft het Verbond van Verzekeraars laten weten dat bij veel
verzekeraars de verzekerde bij het aanschaffen van een verzekering een
keuze kan maken tussen verschillende bedragen voor externe rechtshulp. Voor
het voeren van een gerechtelijke of administratieve procedure door een
eigen jurist of advocaat in dienstbetrekking geldt geen kostenmaximum omdat
dit vergoeding in natura betreft. Dit duale karakter is kenmerkend voor (op
dit moment alle) Nederlandse rechtsbijstandverzekeringen. Bij het Verbond
van Verzekeraars zijn geen signalen bekend dat het gestelde kostenmaximum
onvoldoende zou zijn.
1) Kassa, 2 maart 2019, https://kassa.bnnvara.nl/media/685412
Nederlands Juristenblad, 15 juni 2018, Gaat het wel goed met onze rechtsbijstandsverzekeringen?, Ton Steinz, https://www.njb.nl/Uploads/2018/6/NJB23-Focus-2.pdf