Antwoord op vragen van het lid Van Toorenburg over het bericht ‘Vrouwelijke IS’er wil naar Nederland’

Hierbij bied ik u, mede namens de minister van Justitie en Veiligheid, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen die zijn gesteld door het lid Van Toorenburg (CDA) over het bericht ‘Vrouwelijke IS’er wil naar Nederland’ .

Deze vragen werden ingezonden op 21 februari 2019 met kenmerk 2019Z03531.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

Mark Harbers

Vragen van het lid Van Toorenburg (CDA) aan de minister en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het bericht ‘Vrouwelijke IS’er wil naar Nederland’ (ingezonden 21 februari 2019, nr. 2019Z03531)

Vraag 1

Kent u het bericht ‘Vrouwelijke IS’er wil naar Nederland’? 1)

Antwoord 1

Ja

Vraag 2 en 3

Hoe beoordeelt u de door vrouwelijke IS’er geschetste mogelijkheid om Nederlands staatsburgerschap aan te vragen nu zij getrouwd is met een Nederlander? Acht u dit wenselijk?

Worden huwelijken gesloten in het Kalifaat of in gebieden die gecontroleerd worden door terroristische organisaties internationaal erkend? Zo ja, waarom?

Antwoord 2 en 3

Zoals u weet ga ik niet in op individuele zaken. Wel kan ik in zijn algemeenheid aangeven dat vreemdelingen op verschillende manieren Nederlander kunnen worden; van rechtswege (door geboorte of erkenning), door optie of naturalisatie. Hiervoor gelden aparte voorwaarden. In het geval een vreemdeling getrouwd is met een Nederlander kan de vreemdeling genaturaliseerd worden als het huwelijk reeds drie jaar heeft geduurd én sprake is van onafgebroken samenwoning. Daarnaast geldt dat het moet gaan om een in Nederland wettelijk gesloten huwelijk of een buiten Nederland gesloten huwelijk dat volgens het Nederlands internationaal privaatrecht kan worden erkend. Een alleen kerkelijk, religieus of anderszins ceremonieel gesloten huwelijk, ongeacht waar dat is gesloten, wordt niet erkend.

Tegen het verblijf van de verzoeker in Nederland mogen geen bedenkingen bestaan. De vreemdeling mag geen gevaar voor de openbare orde of de nationale veiligheid zijn.

Vraag 4

Bestaat de mogelijkheid dat uitgereisde IS’ers die met een Nederlander kinderen hebben gekregen, welke dus de Nederlandse nationaliteit bezitten, via hun Nederlandse kinderen een verblijfsvergunning in Nederland kunnen krijgen?

Antwoord 4

De IND onderzoekt bij elke aanvraag waarin sprake is van de aanwezigheid van een Nederlands kind, of er aanspraken zijn op grond van het arrest Chavez-Vilchez. Dit arrest ziet op de toetsing van het verblijfsrecht van een verzorgende derdelander ouder bij een, reeds geboren, minderjarig Nederlands kind. Een werkelijke, actuele en ernstige bedreiging voor een fundamenteel belang van de samenleving, kan een reden zijn dat de vreemdeling niet met succes een beroep kan doen op dit arrest.

Vraag 5

Welke mogelijkheden heeft u om het verkrijgen van Nederlands staatsburgerschap via huwelijken gesloten in het buitenland te blokkeren?

Antwoord 5

Een naturalisatieverzoek kan worden afgewezen als er bedenkingen zijn tegen het verblijf voor onbepaalde tijd in Nederland van de te naturaliseren persoon. Daarvan kan sprake zijn als uit het gedrag blijkt dat een persoon een gevaar vormt voor de openbare orde, de goede zeden of nationale veiligheid.

Vraag 6

Is op het feit dat iemands nationaliteit is ontnomen door een ander land vanwege redenen van nationale veiligheid, van invloed op het verkrijgen van Nederlands staatsburgerschap? Zo nee, bent u bereid dit mogelijk te maken?

Antwoord 6

Bij de beoordeling van het verkrijgen van het Nederlanderschap zal zo mogelijk de informatie van een ander land omtrent een mogelijk gevaar voor de nationale veiligheid betrokken worden.

Vraag 7

Ziet u nieuwe mogelijkheden ten aanzien van het ontnemen van het Nederlanderschap van jihadisten nu in het Verenigd Koninkrijk de Britse nationaliteit van een vrouwelijke IS’er is ontnomen omdat ze ook aanspraak kon maken op een andere nationaliteit, zonder dat ze daadwerkelijk die andere nationaliteit bezat?

Antwoord 7

De waarborg dat intrekking van het Nederlanderschap ingevolge art 14, tweede en vierde lid, Rijkswet op het Nederlanderschap niet toegepast wordt als de betrokken persoon daardoor staatloos wordt, wordt gehanteerd. Op grond van artikel 7 Europees Verdrag inzake Nationaliteit is verlies van de nationaliteit in deze gevallen niet mogelijk als de betrokkene daardoor staatloos wordt.

1) Telegraaf, 20 februari 2019: https://www.telegraaf.nl/nieuws/3180918/vrouwelijke-is-er-wil-naar-nederland

Indiener(s)