Geachte Voorzitter,
Hierbij doe ik u toekomen de antwoorden op de vragen van het lid Bromet (GroenLinks) over de berichten “Bewegingsjacht om dierziekte te voorkomen, veel gedoe voor weinig opbrengst” en “Omstreden jacht met bijna 80 man levert op: één dood zwijn (kenmerk 2019Z00653, ingezonden 17 januari 2019) en van de heer Wassenberg (PvdD) over het bericht “Omstreden jacht met bijna 80 man levert op: één dood zwijn” en over het “Verslag bewegingsjacht 5 januari 2019 Wildbeheerseenheid Zuid-Oost Twente” (kenmerk 2019Z00928, ingezonden 22 januari 2019).
Carola Schouten
Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
2019Z00653
Vragen van het lid Bromet (GroenLinks) over de berichten ‘Bewegingsjacht om dierziekte te voorkomen ‘veel gedoe voor weinig opbrengst’’ en ‘Omstreden jacht met bijna 80 man levert op: één dood zwijn’ (ingezonden 17 januari 2019).
1
Bent u bekend met het artikel ‘Bewegingsjacht om dierziekte te voorkomen ‘veel gedoe voor weinig opbrengst’’ en het artikel ‘Omstreden jacht met bijna 80 man levert op: één dood zwijn’?[1] [2]
Antwoord
Ja.
2
Bent u bekend met het door de Volkskrant aangehaalde openbare jachtverslag van de wildbeheereenheid Zuid-Oost Twente, waarin verslag wordt gedaan van een grootschalige bewegingsjacht op wilde zwijnen op 5 januari jongstleden?
Antwoord
Ja.
3
Valt de in het jachtverslag van de wildbeheereenheid Zuid-Oost Twente beschreven bewegingsjacht, waarbij 79 geweerdragers, 61 drijvers en een onbekend aantal jachthonden een gebied van 17 aaneengeschakelde jachtvelden hebben doorkruist, onder uw definitie van beperkte bewegingsjacht zoals u deze heeft beschreven in uw brief van 12 oktober 2018, inhoudende maximaal 6 geweerdragers, 3 jachthonden en 6 drijvers die hoorbaar een jachtgebied doorkruisen en kunt u uw antwoord toelichten? [3]
4
Is het wat u betreft onder de geldende ministeriële regeling toegestaan dat jachtvelden op de hierboven beschreven wijze gecombineerd worden, waardoor er in de praktijk in één jachtveld tientallen jagers en drijvers rondlopen en kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 3 en 4
Uit informatie van de provincie Overijssel blijkt dat er sprake was van een
telling van wilde zwijnen over in totaal 17 jachtvelden in het gebied
Zuid-Oost Twente. Dit vond plaats in een groot areaal van enkele duizenden
hectares aan weerszijden van de grens met Duitsland. In sommige van die
jachtvelden is ook een beperkte bewegingsjacht, uitgevoerd met maximaal 6
jagers en 6 drijvers per jachtveld. Hierbij zijn in totaal vier wilde
zwijnen gedood. Deze aanpak past binnen de definitie van de beperkte
bewegingsjacht, zoals door mij is neergelegd in de Regeling preventieve
maatregelen Afrikaanse varkenspest van 19 oktober 2018.
5
Vindt u het in algemene zin wenselijk dat uw besluit om beperkte
bewegingsjacht toe te staan in de praktijk nu heeft geleid tot een
jachtevenement waar 140 jagers aan hebben deelgenomen, met alle verstoring
voor het in het gebied aanwezige wild van dien, met als resultaat één
gedood wild zwijn? Zo ja, waarom wel?
Antwoord
Zoals uit het vorige antwoord blijkt, past dit binnen de definitie van beperkte bewegingsjacht. Er was daarnaast sprake van een telling in een groot gebied om een beeld te krijgen van de aanwezigheid en de aantallen wilde zwijnen in het gebied Zuid-Oost Twente. Deze telling werd gecombineerd met een afschotactie aan Duitse kant van de grens. Er was dus geen sprake van een jacht waaraan 140 jagers hebben deelgenomen. Wel is het zo dat er meer jagers bij de telling waren betrokken.
6
Hoe verhoudt de in het jachtverslag beschreven invulling van ‘beperkte
bewegingsjacht’ zich tot de uitspraak in uw brief van 12 oktober
jongstleden dat beperkte bewegingsjacht een vorm is die de bezwaren die er
zijn tegen het drijven in het algemeen (ecologische schade, verstoring, een
niet-selectieve werking en dierenwelzijnsissues) wegneemt? Kunt u uw
antwoord toelichten?
7
Hoe verhouden de volgende twee uitspraken uit het Volkskrant-artikel zich tot elkaar en tot bovengenoemde stelling uit uw brief aan de Kamer van 12 oktober jongstleden dat beperkte bewegingsjacht geen ecologische schade aanricht en niet verstorend werkt: ‘de verstoring meeviel door de grote omvang van de jachtvelden’ (uw ministerie volgens de Volkskrant) en deze vorm van jacht ‘toch een aanslag is op de natuur, en we willen de zwijnen niet teveel verstoren’ (de voorzitter van de wildbeheereenheid Zuid-Oost Twente)?
Antwoorden 6 en 7
Het doel van de gehouden bewegingsjacht in Zuid-Oost Twente was primair een
inschatting maken van de omvang van de populatie wilde zwijnen die zich in
de grensstreek met Duitsland ophoudt. Wilde zwijnen zijn lastig te tellen,
omdat zij zich ophouden in dicht struikgewas dat voor mensen en aangelijnde
honden niet of nauwelijks toegankelijk is. Door de bewegingsjacht werden de
zwijnen beperkt opgejaagd en was het mogelijk ze beter te tellen. Deze
telling werd in enkele jachtvelden gecombineerd met het afschot van wilde
zwijnen (in totaal vier) om zo de populatie niet verder te laten groeien in
het kader van preventie van de Afrikaanse varkenspest.
8
Zit er wat u betreft een bovengrens aan het aantal jagers dat simultaan kan deelnemen aan één bewegingsjacht en zo ja, wat is die bovengrens?
Antwoord
Er was niet sprake van één bewegingsjacht, maar van meerdere
bewegingsjachten in meerdere jachtvelden tegelijkertijd. Deze zijn
uitgevoerd conform de Regeling preventieve maatregelen Afrikaanse
varkenspest.
9
Deelt u de mening dat het instrument bewegingsjacht met de grootste zorgvuldigheid moet worden ingezet en alleen als nut en noodzaak onomstotelijk vaststaat vanwege het zijn van een verregaande vorm van faunabeheer die niet voor niets is uitgesloten op grond van de Wet Natuurbescherming en die maatschappelijk gevoelig ligt?
10
Bent u van mening dat dit voorwaarden zijn, zie vraag 9, waar in het hierboven beschreven geval aan is voldaan? Zo ja, waarom wel?
Antwoorden 9 en 10
De bewegingsjacht zoals bedoeld in de Regeling preventieve maatregelen
Afrikaanse varkenspest heeft tot doel de populatie wilde zwijnen te
verkleinen, teneinde het risico op een besmetting met het AVP-virus te
minimaliseren. Uiteraard dient daarbij de grootst mogelijke zorgvuldigheid
in acht te worden genomen, teneinde verstoring aan andere ecologische
waarden zo veel mogelijk te voorkomen. Uit informatie verkregen van
provincie en faunabeheereenheid concludeer ik dat hieraan in het beschreven
geval is voldaan.
11
Hebben er, naast de twee bewegingsjachten op wilde zwijnen in Brabant en Twente, meer bewegingsjachten plaatsgevonden en/of zijn er in de komende maanden meer voorzien en wat waren hiervan de resultaten?
Antwoord
In Noord-Brabant hebben op twee dagen twee bewegingsjachten plaatsgehad. Daarbij zijn in totaal tien wilde zwijnen afgeschoten. Mij zijn geen andere bewegingsjachten bekend dan de twee genoemde bewegingsjachten in Noord-Brabant en de in voorgaande antwoorden bedoelde bewegingsjachten in Zuid-Oost Twente.
12
Bent u bereid de Kamer spoedig te informeren over de bewegingsjachten die hebben plaatsgevonden en/of in de komende maanden zijn voorzien?
Antwoord
Ik ben bereid de Kamer te informeren over de bewegingsjachten die hebben plaatsgevonden.
13
Bent u bereid om op redelijke termijn de effectiviteit en proportionaliteit van de ministeriële regeling te evalueren en de Kamer te informeren over de uitkomsten hiervan?
Antwoord
Ik ben voornemens de Regeling preventieve maatregelen Afrikaanse varkenspest twee jaar na inwerkingtreding te evalueren op effectiviteit en proportionaliteit. Uw Kamer zal ik van de uitkomst van deze evaluatie op de hoogte stellen.
[1] Bewegingsjacht om dierziekte te voorkomen ‘veel gedoe voor weinig opbrengst’, www.volkskrant.nl, 15 januari 2019
[2] https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/omstreden-jacht-met-bijna-tachtig-man-levert-op-een-dood-zwijn~bd368cd0/
[3] Kamerstuk 29 683, nr. 245